Rivier in het Vizier 166

Rivier in het vizier 166

Door Yvo Bindels

12 december 2009
De zachte temperaturen zijn voorbij. Vannacht heeft het gevroren. Ik leg m’n struinspullen in de auto.  Van de ijzige noordoostenwind word ik wel goed wakker! Het kleinschalige water dat ik ga bevissen zal wel gevoelig zijn voor deze temperatuursomslag.

Dan maar wat aanbeten minder, ik ga er toch op uit. Na een erg drukke en hectische werkweek is het tijd voor ontspanning. Verstand op nul en lekker ongedwongen wat beken en kanalen bevissen. Links of rechts zal er toch wel wat bijten. Onderweg rij ik langs een smal kanaaltje. Nog niet eerder gevist en ook geen idee of dit in de lijst van viswateren voorkomt. Laarzen aan, rugzak op de rug en vissen maar.

Omdat ik veelal met klein kunstaas aan de gang ga, vervang ik de dikke stijve fluorocarbon onderlijn door een dunne  soepel 7-strand stalen onderlijn. Ik werp er een kwartiertje met een kleine shad, maar haak bij elke worp wel een blad. Terug naar de auto. Eerst een kop koffie en een plak ontbijtkoek. Na een kwartiertje rijden kom ik op bekend terrein.

Een klein beekje bleek in oktober behoorlijk wat kleine snoekjes te bevatten. Gemiddelde formaat van een restaurantforel, maar dat geeft niks, alleen al de actie is leuk. Als ze tenminste willen bijten. Na een uur heb ik nog geen teken van leven gezien. Ik nader het punt waar de beek via een grote buis onder de weg doorloopt. Meestal zijn dit wel de betere stekken. En inderdaad, een minisnoekje grijpt gretig het kleine shadje vlak voor de buis.


Minisnoekje.

Na het onthaken schiet de bengel er snel vandoor. De beek aan de andere kant van de weg bevis ik met een jerkbaitje, maar geen enkele vis toont interesse. Verkassen maar weer. Ik kom uit in een rustig dorpje. Het water is er troebeler dan gewoonlijk. Op de stekken waar voorgaande jaren wel wat actie was, blijft het nu stil. Ik wissel geregeld van kunstaas. Spinners, jerkbaitjes, shads en pluggen. Het mag niet baten.

Terwijl ik een Toppie geconcentreerd langs een grote tak tik, hoor ik geritsel vlak achter me in het gebladerte. Een merel? Voorzichtig draai ik m’n hoofd. Het is een klein jachthondje. Geen idee om welk ras het precies gaat. Wit met een enkele zwarte stip. Zodra ik het beestje aankijk barst deze in een vrolijk gekwispel uit. Warme begroeting.

Ik wil eerst even de Toppie veilig in een oog van de hengel hangen. Stel je voor dat ie er naar hapt. De guitige viervoeter drukt een voorpoot even tegen m’n laars aan. Kijkt vrolijk omhoog met de tong uit z’n bek. “Hallo, hier ben ik”, lijkt het hondje te bedoelen. Natuurlijk krijgt de snuiter een goedkeurende aai. Dan klinkt er een fluitje. De hond  sprint direct richting baasje.

Het is ondertussen al middag. Tijd voor de lunch. De zon is even doorgebroken en dat komt prima uit. Kopje koffie en een tarwebol. Er gaat een gemaal open en water uit de weilanden wordt het kanaaltje in gepompt. Piet Driessen vist in de buurt en ik besluit hem even te bellen. Ze hebben daar gelukkig wat meer actie en vooral op oranje en kunstaas van redelijk formaat.


G
emaaltje open.

Het lijkt dat hoe verder ik van m’n startpunt raak, het water steeds minder troebel wordt. Ik besluit daarom een stuk door te rijden. De natuur is er prachtig. De weg loopt parallel aan het water en bij twee bruggetjes stop ik even. Het water is hier inderdaad veel helderder. Ik werp een shad onder het bruggetje door en vis deze vrij dicht langs de oever terug. Elke seconde kan die aanbeet er komen. Of niet.


Sfeervol viswater.

Weer rij ik een stuk verder. Ik ga Piet’s raad opvolgen en hang de knaloranje rapper aan de speld. Al op de eerste worp vliegt een snoekje erachteraan en mist. Volgens mij was het een vis van nog geen veertig centimeter. Herkansing dan. Weer duikt de snoek fanatiek tegen de jerkbait aan, maar z’n bek is simpelweg veel te klein. Ik moet iets makkelijks aanbieden. Ik trek een fluogele mepps aglia spinner maat 5 erlang en dan is het raak. Misschien een beetje flauw, maar na uren werpen wil ik deze vis wel even van dichtbij bewonderen.

Dertig meter verderop hetzelfde tafereel. Een snoekje valt maarliefst vier keer de jerkbait aan, maar het kunstaas is voor dit rakkertje gewoon te groot. Deze keer geen wissel met kleiner kunstaas, maar loop ik verder. In de verte zie ik een vreemde bolle vogel naast een weiland zitten. Van beneden grijs en van boven zwart. Zonder bril kan ik echt niet zien wat het is, maar ben wel nieuwsgierig. De zoomfunctie van de camera wijst uit dat het een stroomkastje of iets dergelijks is. Kan er wel mee lachen.

Het laatste half uurtje gaat aanbeetloos voorbij. Twee visjes in ruim vijf uur werpen is natuurlijk matig. Gelukkig overheerst het ontspannen gevoel en heb ik genoten van de visserij in een mooie omgeving.