**KLAAR**              Megasnoek               101

Megasnoek 101

Door Co Sielhorst

23 oktober 2005.
Ik moet eerst wat sleutelen. Voor het snoeken gebruik ik de lange hengel waar ik ook mee op karper vis en de zelfde molen met nylon. Alleen de opbouw van de laatste meters is heel anders.

Stevige schuifdobber. Kogelloodje van vijf gram. Ik heb nieuw staaldraad, heel dun en erg soepel. Kleinere dreggen dan vorig jaar. Alles net even subtieler dan voorgaande jaren. Er staat bij het snoeken bijna altijd een tweede hengel naast. Er gaat nu ook een tweeponder mee en een molen vol dunne dyneema. Ik wil verder van de kant vissen. Ook hier alles subtieler om de kans op snoekbaars te vergroten.

                       


“Weer een mooie vis”

Het weerzien met de plas geeft al een goed gevoel. Het water is omringd met gloedvolle herfstkleuren. Er dartelen verschillende soorten mezen door de wilgen. Veel struiken beginnen hun blad te verliezen.

De dobberhengel staat als eerste op de steunen. Een hele vis, op de bodem. De andere volgt snel. Een snipper vis direct op de haak. Ik heb het weer helemaal naar mijn zin. Overdag vissen heeft een aantal positieve kanten. Die vis aan de overkant had ik in het donker nooit gezien. Een schubkarper. De vis komt er nóg een keer uit. Stoere bronzen vis. Geluidloos glijdt hij weer terug. Dan klinkt mijn pieper. Een mooi vloeiend riedeltje.

De waker zwiert omhoog. Ik haal het soepele hengeltje op het hoogste punt achterover. Woest stampt de vis aan de andere kant van de rekloze lijn. Moet snoekbaars zijn. De vis vindt nog even houvast achter de zandbank. Ik hou hem licht onder druk. Even later rost hij onder de top zijn laatste rondje. Ik kan hem pakken. Mooi gehaakt. Snel weer zwemmen. Een kwartier later de volgende. Grove tachtiger.

Ik zie het al een poosje aankomen. Donkere wolken pakken samen. Het spettert al. De lucht wordt egaal grijs. Dit is niet zomaar voorbij. Het stormt er pittig bij. De dobber lijkt te schokken. Nu even niet hoor! Ik zie dat ik me vergis. De harde wind zweept de golven hoog op. Aan de horizon zie ik het grijs afbrokkelen. Het wordt rustiger. Een paar minuten later is het droog. Meteen weer een fluitende pieper.

De derde mooie snoekbaars. Aan deze vis heb ik mijn handen even vol. Ik kan hem met moeite uit de andere lijn houden. Kan niet voorkomen dat hij de lijn van de penhengel nu kruist. Hij is er onderdoor gezwommen. Ik steek de hengel onder de andere hengel door. Er komt een mooie gestekelde kam boven water. Deze gaat richting negentig centimeter. Het zijn stuk voor stuk echte knokkers.

Het verbaast me dat er op de andere hengel helemaal niets gebeurt. Ho even! Die kan gedachten lezen. De dobber glijdt traag een stukje tegen de golven in. Klimt dan hoog op het water en zakt weg. Ik draai strak en haal uit. Wat een genot! Even die pauze. Alleen loom gewicht. Het duurt een paar seconden voor de vis wil reageren. Eerst een paar logge sjorren. Dan een krijsende sprint. Het gebeurt allemaal ver van de kant. Die is nog lang niet binnen.

Inmiddels heb ik een toeschouwer. De snoek nadert de kant. Rost voor het eerst schuimspattend door de oppervlakte. De man komt wat dichterbij. De uitbarstingen zijn nog niet te stuiten. Ik heb wel een mooie stevige vis gezien. De hengel wordt nog één keer flink rond getrokken. Dan is het ineens op. Het net ligt al in het water. Ze laat zich gewillig binnen de mazen brengen.

Ik maak een knipgebaar naar mijn publiek. Hij komt meteen. Ik leg hem de camera uit. Eerst een paar dia’s. Minstens tachtig centimeter zegt ie. Jij bent geen timmerman zeg ik. Hij kijkt me verbaasd aan. Deze is een meter zeg ik. Ik leg het meetlint onder de vis. Hij moet me gelijk geven. Ik zal de vis even onthaken. De haak zit iets dieper dan normaal. De aasvis zit in de weg. Ik durf het aan en haal de kapotgebeten visresten uit de weg. Onthaken doe ik achterlangs door haar kieuwdeksels. De fotograaf knipt er vrolijk op los.

Dan valt me ineens het bloedbad op. Drup, drup, drup. Het water kleurt rood rond mijn voeten. Het loopt met een straaltje uit mijn linker wijsvinger. Even deppen met de handdoek lost niets op. Het is niet te stoppen. Hier moet ik iets aan doen. De digitale camera blijft in de tas. Eerst die snoek terug. Die slaat meteen een diepe krater. Knippen en plakken met pleisters lost het probleem niet op. De druppels worden gewoon door de gaatjes in de pleister geperst.

Afplakken met leukoplast geeft ook een grappig effect. Er komen hele kleine druppeltjes dwars door het weefsel parelen. Ik moet dit toch hier op kunnen lossen? Er zitten nog rolletjes steriel gaas in mijn plaksetje. Het halve rolletje gaat eromheen. Die vinger wordt steeds groter. Nog vóór ik het verband vast heb gezet lijkt het alweer op de Japanse vlag bij de winkelhaken in mijn vinger.

De rest van het rolletje erop dan maar. Snel en goed afplakken. Ik geloof dat het werkt. Opgelucht ga ik het strijdperk fatsoeneren. Nieuwe vissen eraan. Net uitspoelen en te drogen zetten. Tang meetlint en camera weer op hun plaats. Gaat die pieper weer! De vierde snoekbaars. Ik kan niet bij de dreg. Ik pak de tang erbij. Probeer de dreg uit de harde kaak te pakken. Breekt er een punt van de dreg af. Zo hard ga ik toch niet tekeer?

Ik vis verder met twee punten. Erg gemakzuchtig natuurlijk. De volgende aanbeet mis ik. Toch maar een nieuwe onderlijn aanknopen. De dag kan echt niet meer stuk. Meteen hangt er weer een snoekbaars aan. Perfect gehaakt. Prachtvis. Er komt een imposant dreigende lucht mijn kant op. De dag is tot nu toe één groot feest. Ik ga dat zo houden. Een koortsachtig kloppend vingertje verandert daar ook helemaal niets aan.

                       


“”

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Co Sielhorst stopt met wekelijkse column Total Fishing
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 166
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 165
Total Fishing Import -