TotalFishing

Het hoe en waarom van het boeiensysteem

door Bram Bokkers

Met behulp van het boeiensysteem kan je 24 uur per dag gericht op meerval vissen. Deze methode is vooral handig op stromend water met veel drijfvuil. Het vissen is erg passief maar wel zeer doeltreffend om een grote meerval te vangen.

Om te beginnen plaats je de hengel in een steun met de top goed omhoog. Het beste is een steun waar je een optonic (elektrische beet verklikker) aan kan bevestigen die een signaal geeft als je beet hebt. Vervolgens plaats je de boei in het water.

Wanneer je de boei wilt plaatsen neem je een touw dat lang genoeg is en knoop je een gewicht (b.v. een steen) aan het uiteinde van het touw. De andere kant van het touw rijg je door de dobber (deze is hol van binnen) Wanneer je de steen over boord gooit zal het touw door de dobber lopen tot de steen de bodem heeft bereikt. Dan druk je de dobber zo onder water dat alléén de antenne boven water blijft. Vervolgens wikkel je het over gebleven touw om twee kikkertjes die zich op de antenne bevinden en klaar is Kees. Op deze manier staat de boei altijd mooi strak in het water en hoef je nooit van tevoren een touw op lengte te maken. Wanneer het water stijgt kan je touw bijgeven en wanneer het water zakt kan je touw opwinden. Dit is dus ook makkelijk als je wilt verkassen.

We hebben een boei zo gemaakt dat hij gedeeltelijk onder water staat. Het is een soort grote dobber met een drijflichaam van ongeveer 4 liter. Alleen de antenne steekt boven water, waar uiteindelijk de hoofdlijn naar toe gespannen kan worden. Deze antenne is ongeveer 40cm lang. Op deze manier kan de garde le pech de boeien niet zo goed zien staan en kan je de hoofdlijn hoger over het water spannen. Dit is erg belangrijk i.v.m. het vele drijfvuil. Aan de antenne zit een lijn van 1 meter met een poly balletje en een klip. (Dit is om uiteindelijk de hoofdlijn naar toe te spannen.) Het gedeelte onder het drijflichaam zorgt ervoor dat de boei door de stroming niet gaat tollen.

Aan de hoofdlijn van je hengel bevestig je een wartel. Aan de andere kant van die wartel bevestig je de breeklijn (15 ponds en ongeveer 150 cm lang.) Deze breeklijn monteer je met de andere kant aan de clip van de boei. Nu kan je de lijn strak spannen tussen hengel en boei. Aan die zelfde wartel monteer je door middel van een lus de onderlijn. Deze onderlijn is ongeveer 150 cm lang. Aan het einde van deze onderlijn hangt een stuk lood van 50 gram en weer een wartel. Deze onderlijn kan je er ook van tevoren al aanhangen. Wanneer dit klaar is kan je in alle rust de eigenlijke onderlijnen met de palingen er aan bevestigen. (Deze zijn ongeveer 50 cm lang). Dit is erg gemakkelijk i.v.m. het goed hangen van de paling (als die in de knoop zit), het verversen van de paling en voor het vervangen van je onderlijn. Op deze manier hoef je dus niet constant de breeklijn los te maken en de lijnen uit te varen e.d. Let er wel op dat de totale lengte van de twee onderlijnen bij elkaar korter is dan de breeklijn inclusief de lijn met de clip van de boei. (opgeteld) Dit voorkomt dat de paling om de lijn van de boei kan zwemmen. Je kan natuurlijk altijd wat rommelen met de lengtes van de onderlijnen en breeklijn maar let er altijd op dat de verhouding klopt.

Als dit allemaal voor elkaar is kan ik je verzekeren dat je een goede kans maakt een mooie vis te vangen. Je bent natuurlijk altijd afhankelijk van het weer, de gemoedstoestand van de meerval en het lot, maar de volhouder wint altijd! Veel succes.