image description

De haken en ogen van een Zuidelijke vistrip: deel 5

Tekst en fotografie:  Geert Luinge

We waren op vakantie op een warm eiland in de Middellandse zee ... en mijn plan om een paar mooie vissen te vangen begon in duigen te vallen.

Op de ene plek was het verboden om te vissen, op de andere was het onmogelijk om te vissen en die school illegale barracuda's in de jachthaven zat me nog steeds dwars. Maar... we gaan optimistisch verder op zoek naar een succesvolle stek !

De kust voor het appartement waar we deze keer zitten is bezaaid met scherpe lavarotsen. Boven- en onder water. De pokken op de rotsen zijn vlijmscherp en als ik hier door een vervelende zijwind tijdens het inwerpen een foutje maak, waardoor mijn gevlochten lijn twee tellen langs een rots schuurt, ben ik meteen mijn kunstaas kwijt en twijfel ik of dit wel een verstandige stek is. Gelukkig heb ik waterschoenen aangetrokken, dus ik loop het water in en... daar zie ik heremietkreeftjes over het zand lopen. Dat zijn leuke beestjes.

Die wonen met hun kont in een schelp (die ze ergens gevonden hebben) en als ze een grotere lege schelp tegenkomen schuiven ze hun achterlijf daarin en kunnen ze voorlopig weer verder groeien. Ik heb ze jaren geleden thuis in mijn zee-aquarium gehad. Je kunt er een leuke truuk mee uithalen, want als je dan een lege schelp in het aquarium gooit die wat groter is ... dan gaan alle heremietkreeftjes verhuizen. Ze willen allemaal graag ietsje groter wonen, dus dan doen ze met z'n allen een stoelendans en blijft uiteindelijk het kleinste schelpje leeg achter. Lachen !

Ik gooi mijn (vrij zwaar uitgelode) vlokdobber tegen de wind in, laat de (fluoro) onderlijn met het (gezette) haakje en het stukje rode siliconen-zager dwarrelen langs de rotsige stenen en ... daar gaat m'n pen !

Ik kan het bijna niet geloven want zelfs met een polaroid bril zie ik geen enkele vis in het 1 meter diepe kraakheldere water ... maar toch gaat die pen onder. Dan maar aanslaan. Kets ! Hangen.

Ik zal een lang verhaal kort maken: het barstte er van de vis... (hierboven zie je twee verschillende soorten) maar als je in het water keek zag je ze niet. Wat je wel zag waren hun schaduwen op de bodem, maar de vis zelf was vrijwel onzichtbaar. Ik ving er een stuk of tien en was blij dat m'n handen eindelijk weer eens naar vis stonken.

Toen we een paar kilometer landinwaarts reden werd ik als visser met mijn neus op de feiten gedrukt.

Er is hier in de zuidelijke landen namelijk een probleem dat wij in Holland niet kennen. Het gebrek aan regenwater, en het feit dat al het regenwater wordt gebruikt/misbruikt door de mensen. Dat kan voor een visser echt een groot probleem zijn. Ik heb meerdere keren mijn neus gestoten doordat een 'rivier' (die toch duidelijk op de kaart stond) was gereduceerd tot een miezerig stroompje.

De ene keer was het een lege bedding met droge stenen en veel te weinig water om uberhaupt een hengel uit te gooien, de andere keer een zompig moerasland waar kraanvogels in het laatste plasje water naar kikkers zochten. En mocht er toch nog ergens een visje zwemmen, dan krijgen de ooievaars hem wel te pakken.

Op de ene plek was er een zielig watervalletje dat niks voortelde, op de andere plek mondde een zogenaamde rivier uit in zee, maar er stroomde helemaal niks de zee in. Elke druppel regen die valt in de bergen van het achterland wordt opgevangen door een grote stuwdam, waar electriciteit wordt gewonnen. Dat is meestal ook 'waterwingebied' en dat betekent in de praktijk dat vissen vaak verboden is.

Het mondesmaat afstromende water zou beken en rivieren moeten vormen, maar het wordt massaal afgetapt door de boeren met hun akkers. Overal zie je kunstmatige irrigatie van olijfboomgaarden, bananenplantages,

avocadokwekerijen, citroen- en sinaasappelboomgaarden, die vaak 's nachts worden besproeid. Net zoals de tuinen bij de appartementen en de plantsoenen langs de boulevard. Dan heb je nog de duizenden toeristen die lekker lang onder de douche willen staan en de gordel van opaalblauwe zwembaden die dagelijks doorgespoeld worden... enzovoort.

Dus van de regendruppels die in het achterland neervallen bereikt vrijwel niets de kust. Alles wordt door mensen opgeslorpt. Dan blijft er voor de vissen weinig over. Dus ik kan je vandaag geen trotse foto laten zien van een net vol zelfgevangen vis, maar hopelijk ben je ook tevreden met een plaatje van de dinosaurus

die bij ons appartement uit het raamkozijn kwam gekropen. Weer eens wat anders dan de muizen in de schuur.

Of misschien een plaatje van het uitzicht dat we hadden, toen we 's middags in het huurmobiel langs de kust reden. Mijn hengels lagen in de achterbak te snakken naar frisse lucht, maar hoe kom je hier in hemelsnaam bij het water ? Het leek me geen goed plan om langs de rand van de rotsen te gaan lopen, dus het werd een hengelloze picknick bovenop, waarbij de enige vis-bijdrage bestond uit een blik haring in tomatensaus.

Totdat ik een eind verderop een paar vissende waaghalzen zag staan. Er was een plek waar je dichter bij het water kon komen, waar de rotsen minder hoog waren. Ik vond het een levensgevaarlijke stek. Ze visten met dobbers en vingen af en toe een dorade, maar als je ziet hoe gevaarlijk die ene domme gozer daar op die rots staat... mij niet gezien. Nee, dan zit ik toch liever in een luie stoel langs een sappig Hollands polderslootje. Stukkie veiliger.

Nee, voor de visserij kun je beter in Holland blijven. En nog beter kun je naar Noorwegen gaan. Daar is de visstand veel rijker en gevarieerder en de stekken veel makkelijker te bevissen. Hier in de zuidelijke landen moet je veel meer moeite doen om(vanaf de kant) wat te vangen en de visjes zijn over het algemeen niet bijzonder groot.

Ik bedoel: een Hollandse brasem is sterker dan de gemiddelde dorade. Tenzij je dus een stapel bankbiljetten neerlegt en zo'n professionele biggameboot afhuurt en gaat trollen op grote marlijnen en tonijnen, maar dan wordt het een pittig dure hobby.

Op de terugweg reden we (niet geheel toevallig) langs een haven, waar ik vlak voor de kant een school harders zag zwemmen. Ha ! Hier met die hengel ! Ik zag geen bord waarop stond dat de policia het vissen had verboden, dus gáán. Hardervissen is altijd ontzettend spannend, omdat je de vis het aas kunt zien pakken, maar ze zijn wel schuw en vaak moet je er op je hurken achteraan sluipen. Deze keer lukte het aardig. Ik ving er drie op een broodvlok, maar toen waren de boterhammen op.

Ik heb ooit een knaap gezien die harders ving aan een klein spinnertje, dus ik liep terug naar de auto om mijn andere hengel te pakken, maar toen begon ik te twijfelen. Of zou ik wat van dat groene wier van de stenen schrapen en dat aan de haak doen ? Als je van dat wier een dotje maakt... en je doet daar een bait-band omheen ... dat moet kunnen. Alleen was de oever hier erg steil en glad, dus ik kon niet bij het wier komen.

Maar thuis in Holland ga ik binnenkort toch eens met de wier-baitband op de harder. Gaat vast lukken. Ik besloot om met een 10-grams Toby lepeltje nog wat rond te gooien tussen de steigers, maar ik wist zelf eigenlijk niet waarop ik stond te vissen.

Dat lepeltje was te groot voor de harders en te groot voor de dorades en ik had geen staaldraad gemonteerd tegen de barracuda's, dus zou ik misschien toch ... Beng ! Aanbeet ! Mijn reflexen zijn wel okee, dus ik sla akuut aan en zet de haak in de bek van een... giftige pieterman !

In Noorwegen hebben we er tientallen gevangen, maar hier zitten ze ook. Dus ik wist meteen: niet vastpakken ! Echt heel voorzichtig zijn. De steek van een pieterman is zeer pijnlijk en kan lange tijd (maanden) aanhouden.

Ze zijn bijzonder lekker om te eten (prachtige graatloze filets met veel smaak) maar gevaarlijk om te fileren, dus pas op. Je kunt ze beter bij de visboer kopen en door hem laten fileren. Dat scheelt jou een hoop pijn en pleisters. De EHBO in geval van een pieterman prik is: lichaamsdeel een kwartier lang onderdompelen in heet water. Zo heet als verdragen kan worden, liefst boven de 40 graden, zodat het gif wordt afgebroken.

Het werd tijd om op het balkon in een stoel neer te ploffen en een glaasje te heffen. Die avond bakte ik de tentakels van de octopus die ik in aflevering 2 in het vriesvak had gelegd en er zat wel een lekkere smaak aan, maar om nou te zeggen dat ze mals en krokant waren, nee. Zelf kokkerellen op vakantie is altijd een uitdaging en nooit optimaal. Maar de pieterman smaakte puik, de cicades tjirpten weer in de palmbomen, in de schemering kwamen de vleermuizen langs het balkon fladderen en verder was het bladstil. Geen zuchtje wind.

Een uur nadat de zon was ondergegaan... kwam de maan op. Ik liep met m'n camera naar de kade van de jachthaven en maakte een paar foto's. Deze keer geen barracuda's. Alleen maar zeilboten, water en volle maan. Toch ging m'n vissershart sneller kloppen. Alleen al dat sfeertje... 

Vakantiegroeten van : Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl