Megasnoek 140

Megasnoek 140

door Co Sielhorst

24 november 2007.
Ik zit met een dubbel gevoel. Ik krijg dat karpervuur maar niet gedoofd. De jacht op een grote vis gaat onverminderd door. IJskoude avonden, helder maanverlicht. Een zilveren sfeer onder volle maan. Een halve kilometer zicht. Weer trilt de hengeltop een keer.


....De Strang…..

Vol spanning zitten we te wachten op het monster uit de diepte. Een uil ziet ons wat laat en hoekt een halve meter van mijn gezicht een andere kant op. Er komt iets op ons af zwemmen dat we niet meteen kunnen plaatsen. Vlak voor ons buigt het af en wordt steeds langer. Het blijkt een trijntje van zes eendjes zien we pas op het laatst. Een woest gebrul van oerrunderen in de verte, vechtende paarden, keffende vossen en af en toe de rauwe kreet van een reiger. Gaat het om die vis of om het vissen?

Zelfs de kilometer naar de auto is een zegening. Weer helemaal opgewarmd stappen we midden in de nacht in de auto. Geen ijs op de ruiten deze keer. Volgende week zijn we er weer. Die vis komt er wel. Geen ontkomen aan. Zaterdag moet ik een snoek op de kant zien te krijgen. Een keer naar de strang lijkt me wel wat. Kijken of ze hier iets vinden van de véél subtielere aasaanbieding.

Peter staat er al. Komt even een praatje maken. Ik zie zijn dobber bewegen.Hij vist nog met klassieke methoden.
Hij staat er al vanaf het eerste streepje licht. Nog geen stootje gezien. Figuurlijk gesproken dan. Het gaat niet geweldig maar het is nog niet zo rampzalig als vorig jaar. Toen was ik er niet. Er zijn dit jaar een paar snoekjes gevangen. Visjes van in de tachtig centimeter. Waar zijn dan die meters gebleven, al gauw een tiental vissen van een meter en meer.

Natuurlijk leren snoeken ook, net als karpers zien ze uiteindelijk kans om zelfs levend aas te ontwijken. Peter kan niet de hele dag blijven. Hij zwaait joviaal en slaat zijn laarzen schoon als hij in de auto stapt. Nu ben ik helemaal alleen. Dat is absoluut niet zielig. Helemaal niet als even later mijn sardiensnipper gepakt wordt. Even een hobbel en weg is de dobber. Strak draaien en uithalen. Een heerlijke massieve weerstand maakt duidelijk dat dit een mooie vis is. Er komt géén snerpende sprint. Dat betekent dat het géén snoek is.

De lijn buigt af naar links. Ik krijg een paar flinke dreunen op de top. Ik zit al te taxeren. Tachtig plus, minimaal. Reikhalzend kijk ik achter de dobber die nu dronken boven de oppervlakte slingert. Dan schiet het boeitje met de kevlar antenne op mij af alsof de lijn gekapt is. Het visfladdertje is van de haak dus een losser is nu wel wat duidelijker écht los. Snoekbaars, maakt niets uit, ik ben er even goed pissig over.

Een stevig brok baars dan maar. Snoeken kunnen hier onmogelijk slechte ervaringen hebben met dode baars. Op ander water is het vaak een prima recept om dressuur te doorbreken. Nu maak ik er ook nog een mooi stukje fileerwerk van. Nu wel even oppassen. Zomaar een haak door de huid van een baars prikken is niet verstandig. Daar komt een haak nooit meer uit. Net als makreel of paling, allemaal veel te taai. Er moet weer elastiek aan te pas komen. Ik leg de vis een stevig eind uit de kant neer.

Binnen een half uur staat de dobber weer te stampen. Woeste rukken, schichtige duiken. Een heel poosje helemaal niets. Dan schuift de dobber gedecideerd weg. Nu hakken.
Ik sta er van te kijken, sla een gat in de lucht. De baars hangt er nog aan. Nieuwsgierig draai ik de baars naar de kant. Zelfs een harde baars loopt schade op als een snoek er mee aan de haal gaat. Ik kan geen schrammetje ontdekken. Ook dit is een snoekbaars geweest.

De middag kruipt voort. Komt Kees aan. Zijn vooroorlogse kreidler gilt het uit als hij remmend de dijk afstuitert. Voorzichtig gaat er een handje omhoog. Ik zie hem optuigen. Geloof mijn ogen eerst niet. Hij gaat met kunstaas staan gooien. Grote shad met pittige loodkop zo te zien. Hij gooit ongelofelijk ver met zijn lange karperstok.
Er heeft hier een heel legertje kunstaasmannen rondgelopen. Allemaal met hun eigen specialiteiten. Ik weet niet of er ook groot rubber rondgezeuld is maar zoals die man dit water nu uit staat te kammen lijkt me heel gevaarlijk voor snoeken die dit nog niet kennen.

Een paar uur later lijkt me dit gevaar geweken. Er is geen vis geïnteresseerd. Geen snoek, ook geen snoekbaars. Waar sta ik in dit verhaal. Heb ik die halve streep voor met mijn visfladders?
Ook Kees ziet de dag visloos eindigen. Uit twee aanbeten put ik moed om door te gaan. Er zijn best mogelijkheden om verder te gaan met verfijningen in de aasaanbieding. Hebben snoeken ook een bloedhekel aan lijnen door het water? Waarom niet, denk ik dan. Volgende keer ga ik hier weer zitten.


.....Fileerwerk…..

Ergens denk ik dat zeilen daarom ook behoorlijk goed gaat op dit water. De tweede hengel opgetuigd met een zeilcombinatie kan in de auto blijven. Zelfs voor het laatste uurtje ben ik bereid om weer de dijk op te klunen om die stok uit de auto te halen. De beloofde zuidwesten wind blijft uit. Er wordt dus niet gezeild vandaag. De wind valt helemaal weg. Er is opvallend weinig activiteit te zien aan de spiegelgladde oppervlakte. Ik blijf zitten tot het begint te schemeren. Ik schat dat de watertemperatuur rond de vier graden ligt. Boven water voelt het ook tamelijk ijzig aan. Met het dalen van de temperatuur zakt ook mijn vertrouwen richting nulpunt.
 

Volgende keer ga ik kijken wat er gebeurt met liggende lijnen. Misschien moet ik ook soepeler staaldraad gaan gebruiken. Ik ga de boel inpakken en naar de auto sjouwen. De hele handel in één keer de steile dijk op gaat al stukken beter dan een paar weken geleden. Er is eigenlijk maar één ding waar ik doodmoe van wordt, wéér niets gevangen.


ANDEREN LAZEN OOK

image description
Co Sielhorst stopt met wekelijkse column Total Fishing
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 166
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 165
Total Fishing Import -