Megasnoek 119

Megasnoek 119

Door Co Sielhorst

25 februari 2006.
Het duurt lang voor alles het weer een beetje doet. De lage temperaturen van de laatste dagen dragen niet bij aan een soepel herstel. De wind blaast al lang uit oostelijke richtingen. Voor de afgesproken zeildag met Fred en zijn maten is dat niet echt slecht. Ik richt alle energie op deze dag. Ga geen risico nemen door een koude solo actie te ondernemen. Ik heb geen zin om deze dag bij voorbaat al te torpederen.

Maandag ben ik nog geen stuiver waard. Ik print vast de routebeschrijving uit voor een dialezing in Enschede. Nog even de datum checken. Ik noteer bovenaan het mailtje 22 februari. Ik prijs me gelukkig dat het nog een paar dagen duurt. Ik hoop woensdag weer wat fitter te zijn. Zoals ik me nu voel zou het helemaal niet lukken.

Dinsdagavond zit ik op de bank de gebruiksaanwijzing van mijn nieuwe camera te bestuderen. Om half acht gaat de telefoon. Ik hoor volle zaal geluiden op de achtergrond. Meteen slaat de bliksem in. In Enschede zit een zaal met honderd man op me te wachten.
Wat een enorme blunder. Ik grijp meteen de routebeschrijving erbij. Woensdag 22 staat erboven. Verkeerd verstaan? Fout genoteerd? Ik kan me daar alles bij voorstellen.

Met mijn koortskop, verstopte oren en bevende handjes moet ik iets fout gedaan hebben. Ik stamel duizend excuses. Geeft niks, kan gebeuren zegt de man aan de andere kant. Daar kan hij helemaal niets van menen. Die moet net zo razend op mij zijn als ik op mezelf.
Kan ik nog iets teruglezen? Nee natuurlijk niet. Die laptop is gejat. Ik kan de schuld alleen maar bij mezelf neerleggen. Hier zal ik nog wel een poosje last van hebben. Ik kan het alleen maar goed maken door op een andere keer terug te komen en mijn stinkende best te doen. Als ze me nog een keer willen hebben natuurlijk.

Ik moet door. Concentreer me op de zeildag met Fred. Hij heeft een paar maten uitgenodigd. We starten met koffie bij hem thuis. Daar vandaan is het maar een paar minuten rijden naar het water. Gelet op de wind die voorspeld is mik ik op de oostkant. Vanuit de auto zie ik het al. Verkeerd gemikt. Er zit geen vleugje oost in de wind zoals de hele week al beweerd werd. Dit is puur noord. We moeten naar de overkant.

We kunnen hier heel dicht bij het water parkeren. De heuvels achter ons zetten ons in de luwte. Pas tien tot twintig meter uit de kant beginnen de eerste rimpels. Terwijl ik met Fred toekijk en hier en daar een handje help bij het optuigen sneeuwt het licht. Alle mannen zijn goed voorbereid op een fris dagje.

Doorgaans zit ik het hele jaar helemaal alleen te vissen. Verstop ik me zo goed mogelijk voor de wereld. Dat doe ik volledig uit vrije wil. Ik heb er ook heel veel plezier in. Toch is de gezelligheid, de humor en de sfeer rond deze gasten een feest. Of komt het door de zon die er steeds vaker doorkomt. We zijn het er allemaal over eens, het is schitterend weer. Er kan vandaag niets fout gaan.

Er worden geweldige afstanden gehaald. Daarbij worden aasvissen langs veelbelovende rietkragen gevoerd. Ook dieper water krijgt de aandacht. Even doorhalen en zelfs een zeil op achtmeter vangt wind en gaat op pad. De kleurtest is weer heel leuk. Een zwart zeil is steeds goed zichtbaar. Rood doet het met deze zon ook prima. Blauw is wat moeilijker te volgen. Ik heb er zelf geel opstaan. Dat is op honderd meter al moeilijk te zien.

De dag kruipt voorbij. Er worden voetbaluitslagen gemeld bij leden van de zeilexpeditie. Uiteraard is men zeer te spreken over de volle driepunter voor FC Utrecht. Een rondje langs de mannen leert dat er nog veel vertrouwen is. Jack is fanatiek met kunstaas aan de gang. Zijn vader krijgt de zorg voor twee zeiltjes. Die staan een vreselijk eind weg.

Dan zie ik een kromme hengel. Eerst ben ik opgelucht. Even later zie ik dat onder het indraaien de boel vastgelopen is in het puin. Er ligt veel grove steenstort. Machtige schuilplaatsen voor snoek maar vast is vast als het een keer mis gaat. Fred trekt zijn waadpak aan. Hij komt een heel eind. Ziet kans om de dobber te redden. Het staaldraadje is verloren. Ik hoop dat de haak echt goed vast zit en dat die vis niet zomaar door een snoek opgepakt kan worden.


Ik hou mijn eigen hengel in de loop van de middag steeds dichter bij de kant. Tien zeilen blijven stug in de golven hangen. Dat kan betekenen dat de snoek vandaag niet erg actief is. Mijn vis hangt op zes meter. Moet vlak boven de bodem zijn. Mag ook op de bodem liggen. Langzaam maar zeker begin het bij iedereen te knagen. Waarom vangen we helemaal niets op deze prachtige dag?

Ineens is er spanning rechts van me. Het onderscheid tussen een meerkoet een zwart zeil is nog wel te zien. Zelfs op een paar honderd meter is duidelijk dat een koet twee keer zo groot is. Nu zie ik ook iets onder water verdwijnen. Het lijkt sterk op een dobber die onder gaat. Spannend, voel eens wat er aan de hand is. Intussen speur ik met de kijker in de verte. Er komt een dodaars boven, een minifuutje, iets groter dan een spreeuw. De dobber zie ik ook weer. De wind draait vaak. De zijdelingse druk loopt dan op en drukt de dobber wat dieper weg. Op een paar honderd meter afstand levert dat soms spannende taferelen op.

Dit is de schokkendste gebeurtenis van de dag. Toch was het een leuke dag. Ik kijk wel eens terug naar de ongelofelijke partij tobben die er bij mij aan vooraf ging voor ik op gang was met een zeildobber. Ik ben er van overtuigd dat er een paar mannen bij zijn die dit vaker gaan doen. Dat wil niet zeggen dat ik de hele wereld aan het zeilen wil hebben, maar diegenen die doorgaan wens ik een behouden vaart.

Nvdr: KLik op Archief voor meer Megasnoek!

 

 

 

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Co Sielhorst stopt met wekelijkse column Total Fishing
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 166
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 165
Total Fishing Import -