image description

De haken en ogen van een Noorse vistrip (17)

De haken en ogen van een Noorse vistrip (17)  

Tekst en fotografie: Geert Luinge  

Hallo vismaat. Wat ik je nu ga vertellen is allemaal waar gebeurd in de afgelopen jaren. 

Vissend op zee in een boot in Noorwegen heb ik samen met mijn vismaten een paar hachelijke avonturen meegemaakt. Er zijn een paar valkuilen waar je niet in moet trappen als je een vistrip maakt naar dit ruige land. Linke situaties waarvoor je moet oppassen.

Ik zal je vertellen wat er gebeurde. Niet omdat ik je bang wil maken, maar omdat jij er wat aan kunt hebben als je ook op avontuur gaat. De omstandigheden kunnen soms bar en extreem zijn.

Hierboven zie je bijvoorbeeld bergen vol sneeuw (in mei ter hoogte van Tromso) en die hebben ook invloed op de vangsten. Vooral gletschers die aan zee liggen kunnen een akelig koude tocht veroorzaken.

Zelfs de windrichting kan omdraaien door de ijskoude lucht die vanaf de berghellingen naar beneden zakt. Ik denk niet dat zo'n extra koude tochtige stek gunstig is voor de vangsten en voor jezelf is het ook niet prettig, dus onderaan een massa sneeuw en ijs ligt meestal geen hotspot.

Hieronder zie je een foto van een vreselijk onweer dat dreigend op ons af kwam tijdens een (aanvankelijk onschuldig uitziende) lentedag in Noorwegen. Achteraf hadden we het eerder moeten zien aankomen. Toen we besloten terug te varen was het (achteraf) eigenlijk al te laat.

We dachten dat het nog ongeveer een half uurtje terugvaren was naar de haven, maar doordat de wind keihard aanwakkerde moesten we met ons bescheiden 10 pk motortje (dit waren de beginjaren) ontzettend langzaam, tergend langzaam tegen de wind in zwoegen.

Dwars tegen de hoge aanrollende golven in, waardoor we zeiknat werden van het buiswater en compleet door elkaar geschud door het gehotseklots op de golven. En ondertussen zagen we de dreigende onweerswolken steeds dichterbij komen. 

Toen we bliksemflitsen zagen in de loodgrijze donderwolk die ons naderde werd het serieus spannend. Zo spannend dat het niet leuk meer was. Je hebt toch een paar grafiet-hengels aan boord...

Pas na anderhalf uur terugvaren onder barre omstandigheden waren we eindelijk (totaal gebroken en doodmoe) terug in de haven. We waggelden de steiger af, de loopbrug op, de deur open, de laarzen uit en ploften rechtstreeks neer op de sofa. Kapot. Total loss. Was toch linke soep. Kantje boord.

Nooit meer doen. Goed onthouden. Pfff ... Voorzichtig zijn op zee! Voortaan meteen teruggaan zodra er slecht weer op komst is. Niet blijven doorvissen en wachten tot het laatste moment, maar akuut rechtsomkeert naar huis. Veel te link. 

Vooral ook zorgen dat je niet aan lager wal belandt als de wind gaat aanwakkeren. De zee en het weer nooit onderschatten!

Gelukkig waren er ook mooie dagen waarop het fjord er rimpelloos en bladstil bijlag. Toen hadden we vette mazzel en vingen een paar mooie kneiters. 

Zo kun je in Noorwegen een paar uur later alweer in het zonnetje staan met een knappe koolvis in je armen.Grote koolvissen vang je meestal als toevalstreffer, tijdens het opdraaien op half water.

Daarom loont het de moeite om tijdens het vertikalen steeds de fishfinder in de gaten te houden, want zodra je op half water rare strepen of vissymbolen ziet verschijnen, draai je snel je kunstaas omhoog, en maak je kans op zo'n metallic zwarte torpedo. Knokken die dingen !

Als je heel veel mazzel hebt (en geen fouten maakt) verbeter je zelfs je persoonlijk rekord en sta je even later te pronken met een loodzware kabeljauw in je armen. Dan brul je het uit van puur geluk. Dat zijn de pieken en de dalen van een Noorse vistrip. 

Hier zie je maestro Chiel met een kanjerkabeljauw van 123 centimeter die ons dolgelukkig maakte. Maar tien minuten later kwam er een boot met Duitse buurvissers langszij, die een kabeljauw van 128 omhoog hielden. Ach ja, baas boven baas. Dus toen was het in onze boot even stil. Maar hé, alles is relatief. Het is helemaal niet belangrijk wie de grootste heeft ! 

Op de foto hieronder zie je hoe vriend Rein het aan de stok heeft met een heek van een meter. Alles lijkt daar rozengeur en maneschijn, maar dit was dus een absolute crisis-dril. Kort samengevat: omdat we in die tijd nog visten met te klein molentjes waar te weinig lijn op zat.

We waren een talud af gedrift, we hadden gezellig zitten kletsen en even niet op de dieptemeter gelet, waardoor het inmiddels meer dan 100 meter diep was, maar we hadden steeds lijn gevierd, tot onze spoel bijna leeg was. 

Toen kreeg hij die heek van een meter eraan. Die ging volop door de slip en er zaten nog maar een paar slagen lijn op de molen toen de wegsprintende vis eindelijk gestopt kon worden. Die heek is na een hele lange dril gelukkig wel aan boord gekomen, maar we hadden weer wat bijgeleerd.

Voortaan alleen nog stevige molens met een hoge inhaalsnelheid en een grote spoel met minstens 150 meter sterke (minstens 12 kilo) gevlochten lijn. Hier in Noorwegen zwemmen hele grote sterke vissen rond en daarvoor heb je echt degelijk materiaal nodig. 

Een goeie visstek vinden is tegenwoordig (met al onze moderne hitech apparatuur) erg makkelijk geworden. Vrijwel elke boot heeft een fishfinder en GPS met een gedetailleerde waterkaart op de monitor. Als je die waterkaart (met dieptelijnen om de 5 meter) goed leest heb je de vis meestal gauw gevonden.

In aflevering 3 van deze serie hebben we meer details besproken over het lezen van een waterkaart, maar deze keer waren het andere faktoren die onze visdag verknalden.

Op deze foto zie je een stek bij de Lofoten waar we op een mooie windstille dag naartoe waren gevaren. Daar was het echt een drilfeest! Dikke kabeljauwen aan de lopende band. Bingo! Hengeltopsport.

Geweldig goeie stek. Onderwater-bulten in de buurt van dieper water. Super. Op elke bult liep de fishfinder kompleet vol met bananen en we vingen er tientallen dikke gullen en (bovenop het plateau) zelfs een mooie heilbot als toegift. Dus daar wil je de volgende dag natuurlijk weer naar toe ! 

Maar toen stond er verdikkie een straffe wind van 5 Beaufort precies de andere kant op, waardoor we aan lager wal zouden moeten vissen. Oeps, is dat verantwoord? Wordt dat te gevaarlijk? We besloten om het wèl te doen, omdat het toch zo'n ontzettend goeie stek was (fout!).

Maar toen we eenmaal op die 'geheide' stek waren aangekomen bleek dat de gullen ergens anders heen waren. Onbegrijpelijk. Er was er geen eentje. Niks. Nada. Op geen enkele bult. Wat een (...)stek. Moesten we dat hele (...)eind weer terugvaren. Ook de wind ging harder waaien, wij moesten er tegenin, werden zeiknat door elkaar geschud en bijna misselijk van de klotsende hobbelgolven.

Maar het werd nog erger, want het ging nóg harder waaien, kletterend regenen,  ja zelfs even keihard hagelen. In een mum van tijd lag de bodem van de boot bezaaid met hagelstenen waardoor het spekglad werd.

Overal om ons heen hoorde je de hagel kletteren op de golven en even later wakkerde de wind aan en verschenen er dreigende schuimkoppen op het water. Deze keer hadden we 25 pk achter de huurboot hangen en dat was meer dan de vorige keer, maar eigenlijk nog te weinig. Wat ging dat ontzettend langzaam! Het schoot echt niet op. 

We besloten om een andere weg terug naar huis te varen, achter een eiland langs, dus meer in de luwte. Dat was wel een verstandige beslissing en het is uiteindelijk ook goed gekomen (ook doordat we 's morgens wèl de benzinetank hadden bijgevuld en een extra reservetank bij ons hadden) maar het was wel anderhalf uur terugvaren in een klein notendopje op de grote boze zee. Best eng.

Wat waren we blij dat we met onze uitgewaaide kop weer op de sofa konden neerploffen. Gesloopt. Uitgeput.

Als dan de plaatselijke poes (die de hele dag in de buurt van het visfileerhok heeft rondgelopen) met zijn stinkende vispoten bij je op schoot kruipt en even zachtjes in je oor komt ronken en je drinkt samen met de vismaten een glaasje op de veilige thuiskomst, dan gaan de oogjes héél gauw toe.

We prijzen ons gelukkig dat alles weer helemaal is goedgekomen en het wordt de hoogste tijd voor een tukje/slaapje/snurkje/houtzagerij.   

De volgende morgen worden we gewekt door de zon die door het slaapkamerraam schijnt. Als ik het gordijn opzij schuif zie ik een bladstille zee. Joepie! Nieuwe dag. Nieuwe kansen. Vissen!

Maar dit werd de dag waarop er iemand met zijn boot op de rotsen zou waren. Ik ben er vandaag helaas niet aan toe gekomen omdat het zulk pokkeweer was, maar dat avontuur vertel ik je de volgende keer. Afgesproken.

Vissersgroeten van Geert Luinge
g.luinge2@upcmail.nl

ANDEREN LAZEN OOK