Bellyboot trip Ireland - deel 2

Bellyboot trip Ireland (deel 2)

Door Bart Debaes

Derde dag.  Een lang en smal meer staat als eerste op de agenda. Ik verheug me al op de plantenbedden in de oever, dit is spinnerbaitwerk.


Spinnerbait-gebied.

Kurt mag voor peddelen omdat hij met de streamerhengel aan de slag gaat. Hij komt niet aan één beet gedurende de ganse lengte van de plas.

Ik kom achter hem aan en pluk regelmatig snoeken van op de plaatsen die hij kort ervoor heeft bevist. Tom vervloekt zoals al vaker het vissen met de spinnerbait, en haalt opnieuw zijn cyclops-lepel boven waarmee hij gisteren fantastisch scoorde. Ook nu blijkt dit veruit de beste keuze.

De overtuiging van andere jaren dat het niet zo belangrijk was waarmee je in Ierland vist, maar wel de manier waarop en de juiste stek, blijkt dit jaar helemaal verkeerd te zijn. Zelfs op plaatsen die we met ons twee als uitgevist beschouwden, komt Tom ons een beetje pesten door met een “big smile” de ene na de andere snoek nog aan te tikken.

 
Soms heel diep genomen.

Dat ik precies dezelfde lepel thuis liggen heb, geeft me helaas geen enkel voordeel. Aan het eind van de plas kunnen we te voet een zompige oever over om een ander meer aan te vallen. Heel erg eigenaardig: hier vallen de vangsten helemaal anders uit. De streamerhengel doet hier voor niets onder. Ik vang met een klein oranje rammelbolletje goed mijn deel.


Het oranje bolletje.

Tom valt hier echter compleet stil. Zijn glorieuze gevoel van darnet slaat om in een zeer begrijpbare frustratie, zeker als hij dan nog een tweede keer als “watje” het water uit moet. Wij hebben onze drank voor vanavond al binnen.


Leve de watjes want zij lessen onze dorst in de pub.

Beide meren leveren ons drie in vijf uur 36 snoeken op.We rijden naar een grote plas met een mooi diepteverloop, waar iedereen zijn lievelingsdiepte kan bevissen.
Er is wederom geen enkele vismethode die de naam van ‘beste techniek’ van de dag verdient. Alles lukt wel een beetje en gemiddeld is de vis wel van behoorlijk formaat. We weten uiteindelijk in vier uur 26 snoeken te verschalken.

Vierde dag. Net als elke morgen ligt er nog ijs op de wagen als we vertrekken. Niettegenstaande de stralende zon blijft het nog lang fris deze voormiddag – er ligt trouwens sneeuw op de heuveltoppen in de verte.


Na drie dagen zon ligt er nog sneeuw op de bergen.

We zijn opnieuw met z’n vijven en verdelen ons over de oevers van een groot meer. De ondiepe kanten die andere jaren prima leveren doen dit nu helaas niet.
Het water is nochtans ook al 13° dus daaraan ligt het niet. We moeten ver peddelen voor die ene beet op open water.

Na een uur komen we bij de eerste hoek en daar de andere twee ons niet kunnen zien maar door de wind blijkbaar goed horen besluiten we maar zelf wat actie te steken. “Ja, een grote en weer één, amai het is hier weeral kermis,” zijn de kreten die naast het gespetter van peddels en handen het geluid moet zijn waarmee we de anderen mee willen opjutten.

Als we veel later elkaar kruisen en de werkelijke vangst doorgeven, valt de frustratie van de tegenpartij omdat ze menen de verkeerde kant te hebben gekozen van hun gezicht. Blijkbaar vingen ze zelfs een stuk beter en groter dan ons, want Tom had een vis van 93 uit het midden geplukt op een ratelplug. De vangst vermindert niet veel als we elkaars beviste stuk hernemen.


Dikke negentiger.

Bijna bij de parking heeft Felix een wel erg kromme hengel in de hand. Hij drilt een snoek van 1,05 meter, wat later de langste vis van de reis zal blijken. Duidelijk een vis die afgepaaid is, mager maar toch sterk. In 4,5 uur komen 39 snoeken de belly’s van dichtbij bekijken, maar opnieuw valt de gemiddelde grootte wat tegen.


Duidelijk een vis die afgepaaid is.


Volgende week deel 3