WitvisPerikelen 58: ‘Visserslatijn’

WitvisPerikelen 58:

‘Visserslatijn’

Door Leon Haenen

Als fanatieke sportvisser maak je jaarlijks visdagen mee die lang heugen, van die dagen waarin alles op zijn plaats valt. Momenten die je steeds weer herbeleeft als je de foto’s een tijd later weer bekijkt. Binnen de tel weet je weer hoe het was, waar het was en welke emoties ermee gepaard gingen. Ik kan echt genieten van oude foto’s.

Ik ben in 2003 begonnen met het maken van digitale foto’s en vind het heerlijk om die regelmatig te bekijken  Heb echt memorabele momenten meegemaakt en ik heb foto’s mogen maken die jaren later een verhaal vertellen dat steeds een tikkeltje spannender wordt.

Soms wordt de anekdote op een ietwat gekleurde wijze verteld omdat het dan net even lekkerder aanhoort. Het woord visserslatijn is niet zomaar bedacht. Daar hebben wij met zijn allen voor gezorgd. Ik draag daar graag mijn steentje aan bij. Geloste vissen die enkel nog als een kromme hengel te zien zijn op de foto. Meer bewijs van het contact met de vis is er niet meer. Meer is vaak ook niet nodig. 

Veel van die prachtige actieplaten zijn vaak tot vissen uitgegroeid die wellicht niet eens in de rivier zwemmen. De dril wordt iets aangedikt, natuurlijk!! De aanbeet was van een verwoestend kaliber. Dusdanig dat je de aanbeet met een extra toegevoegd geluid erbij makkelijk kunt illustreren aan elk luisterend oor.

“Bhaaam!! Tot in de handgreep…de hengel werd zowat uit mijn handen gerukt…” Ik kan ervan genieten om dat soort verhalen te vertellen, net zo goed als dat ik een warm gevoel krijg als ik ze mag aanhoren. Heerlijk. Ik krijg er echt nooit genoeg van.

Ik ben er zeker van dat de visdag van vandaag er een is die toegevoegd gaat worden aan het rijtje illustere dagen. Dit was zo’n dag die van A tot Z klopte. Alhoewel het aan het begin van de week leek alsof het weer ons parten zou gaan spelen, was niets minder waar. We mochten niet klagen.

Het waaide weliswaar stevig, maar we hadden de wind in de rug. En het was droog. Het zou volgens de vrienden van buienradar pas in de middag gaan regenen. Prima! Met Tim had ik de week ervoor afgesproken dat we weer eens een dag gericht op sneep zouden gaan vissen. Het was voor mij al weer lang geleden en voor hem betekende de gerichte visserij op sneep een regelrechte ‘ontmaagding’… what’s in a name…

Voordat we op de plaats van bestemming aankwamen moest mijn vriend Tim eerst een enorme rit afleggen vanuit Dieren tot Eijsden. Van daaruit zouden we samen de rit ondernemen naar de Semois, een Belgische rivier die we gingen bevissen vlakbij de Franse grens. Voor Tim betekende dat een enkele reis van dik 300 km.

Hoe dan ook, hij stond al om half zeven voor de deur. Anderhalf uur later waren we op de plaats van bestemming. Een omgeving om van te smullen. Een dikke meter water en een grindbodem die je normaal gezien alleen in een aquarium ziet. Geen levende ziel te bekennen. Heerlijke natuur en muisstil. Enkel vogelgeluiden. 

Het water was niet helemaal helder. De bodem van de rivier was niet overal goed zichtbaar. Wat wel duidelijk zichtbaar was, waren de enorme wierbedden die tegen de overzijde van de rivier statig door het wateroppervlak wapperden. Ik mag graag denken dat de dikke vissen onder die wierbedden schuil liggen. Na een korte uitleg over hoe ik zag dat we moesten gaan vissen op deze plek, werd alles in stelling gebracht.

Tim monteerde de hengel en ik voerde de plek aan. Een potpourri van vers gekiemde hennep, tarwe en maden werd te water gelaten. Gescheiden van elkaar wel te verstaan, maar wel in een gezonde proportie. Ik nam uitgebreid de tijd om de stek aan te voeren. Kurkdroge maden vlogen over de stek en tot slot heb ik een paar handjes geweekte Nashbait 6 mm pellets op de stek gebracht, voorzien van een heerlijk riekende flavour… Drie keer raden welke… juist, de halibut juicer van Nashbait.

Ik legde Tim uit dat dit een van de stroken water is waar zowel een goed bestand aan barbeel, kopvoorn als sneep rondzwemt. Uit ervaring weet ik dat hier echt een goed bestand aan sneep rondzwemt. Ze zijn alleen niet altijd te vangen. Terwijl Tim nog aan het optuigen is, peil ik alvast de juiste diepte. Even later hangen er al een paar maden aan de haak en ben ik klaar voor de eerste drift.


Al snel is de eerste kopvoorn van de dag een feit.

De eerste drift verloopt super, want na tien meter gaat de dobber al onder. Kopvoorn, zo blijkt even later. De tweede drift is weer een kopvoorn. Tijdens de derde drift mis ik een aanbeet en los ik een paar meter verder nog een vis… “Of u wel een beetje uw gemak wil houden meneer Haenen,” scandeert Tim, die nog niet helemaal klaar is.

Zijn eerste drift verloopt niet veel anders dan de mijne, hij haakt direct een kopvoorn. En even later nog een. Dat begint lekker. Nog geen half uur later krijgt Tim een geweldige aanbeet die ik toevallig zie. De dobber schiet schuin weg. Hij slaat aan en merkt direct dat het hier om het serieuze werk gaat.

Terwijl hij met zijn vis in de volle stroming in gevecht is, schiet mijn 2 grams dobber ook weg. Ook ik krijg het aan de stok met een dikke vis. Ik voel direct dat ik een sneep heb gehaakt en meld dat richting Tim. Als beide vissen even later voor het eerst in het zicht komen, weten we alle twee dat we hier een uniek moment te pakken hebben: we haken tegelijkertijd een dikke sneep.

Er stroomt een fantastisch gevoel in mij. We hebben ons voorgenomen om gericht op sneep te gaan vissen en haken er binnen een half uur beiden een! Beter kan het echt niet. Mooie, sterke en vooral kerngezonde vissen. We hebben niet voor niets zo ver gereden. Wonder boven wonder maken we een redelijke foto met de zelfontspanner waar we beiden met onze trofee op staan.


Een duetje sneep is niet alledaags.

Mijn dag is nu al geslaagd. Het kan niet meer kapot. Tim wijst me fijntjes op een ander doel dat we vandaag zouden kunnen nastreven. Het zou super zijn als we de drie “kroonjuwelen” van de Ardennen voor de witvisser op een dag zouden kunnen verleiden. Sneep, kopvoorn en barbeel. Het is voor mij al jaren geleden dat dit voor het laatst gelukt is. En daarbij was het dan ook nog zo dat we wel de drie soorten vingen, maar niet 1 persoon.

Gezien het feit dat we nu al beiden een sneep en een aantal kopvoorns hebben gevangen, opent dat natuurlijk prima perspectief. Er zit hier ook barbeel, in elk geval in de buurt. Zoals zo vaak verdwijnt de vis als sneeuw voor de zon. We krijgen zeker een half uur geen enkele tik meer op de dobber. Dan vangt Tim nog een kopvoorntje. Ik haak een kleine serpeling en dan wordt het weer even stil.

Het is kwart na negen als de dobber van Tim weer wegduikt. Hij haakt een vis van een centimeter of 30… Een barbeel. Het is hem dus gelukt om die drie magnifieke soorten in een dag te vangen. Hij is helemaal in zijn nopjes.


Wie het kleine niet eert…

Niet veel later haak ik aan het eind van mijn drift een dikke vis. ik ben er zeker van dat het weer een sneep is, een dikke sneep. De vis rukt tot tweemaal toe een serieus aantal meters lijn van de spoel. Voorzichtigheid geboden, want ik vis vandaag met 16/00 nylon, Shimano Technium natuurlijk. Dan komt de sneep aan het wateroppervlak. Een rare beweging van de vis aan het oppervlak zorgt er mede voor dat ik de vis los… lijnbreuk.

Stiekem baal ik even als een stekker. Ik monteer een nieuwe onderlijn. Terwijl ik aan het monteren ben, zegt Tim dat hij gaat proberen een grotere barbeel te vangen. Hij hangt een tros maden aan de haak en gaat driften. Het zou voor hem de eerste grote vis worden die hij ooit met een dobber vangt in de Ardennen. Sterker nog, vandaag is überhaupt zijn eerste ervaring met de dobber in de Ardennen.

Ik merk aan hem dat hij het geweldig vindt. Hij heeft ook echt de juiste manier te pakken van vissen met de dobber. En dan gebeurt er iets waarvan ik niet echt gedacht had dat het zou gaan gebeuren: Tim haakt een dikke barbeel, een vette zestiger. Met de dobber, in de Ardennen. Aan alles zie je dat het een dikke vis is. Er is amper beweging te krijgen in de montage. Het lijkt even of hij vast hangt.

Zijn Spro Dutch float laat nog maar eens zien waarom het zo’n fantastische hengel is. We vissen er vandaag beiden mee. Zonder dat Tim ook maar een keer in de problemen komt wordt de vis gedrild. Op ervaren wijze en rustig, zonder de stek te verstoren. Als ik de vis voor hem land, ontlaadt Tim even. Een harde “Yes” galmt over het water. De foto’s spreken boekdelen. Waanzinnig!


Een bak aan de dobber!

De uren erna vangen we een aantal kopvoorns, geen grote vissen, maar wel veel. Om de beurt haken we wel een vis. Dan wordt het weer even stil. Dan krijgen we de eerste regen te verwerken. Ik merk er weinig van. De regenjas gaat dicht. We staan beiden in een waadpak. Nat gaan we zeker niet worden. De spullen staan lekker droog onder de paraplu. Als ik mijn presentatie aanpas en naast maden een bolletje rubiver in de kleur rood aanbreng, wordt dat direct vertaald in resultaat. Een mooie kopvoorn vergist zich in het aasje.
 

Een mooie kopvoorn heeft zich aan de rubiver vergist.

Een prachtig gekleurd exemplaar. Tien minuten later haak ik een kleine sneep. Ik ben er zo blij mee als een kind. Tot slot vang ik ook mijn barbeel. Ook een kleine vis van het formaat meetlatje, maar ik heb de drie soorten ook op de mat gekregen. Heftig hoor dat ons dit hier vandaag beiden lukt. Dat meen ik echt.

Een half uur later is het weer Tim zijn beurt. De grootste vis van de dag hangt aan zijn montage. Barbeel, dat is direct duidelijk. De vis blijft roerloos op de plaats staan en geeft met een paar korte bonken aan dat hij er is. Ik vraag me af of het beest in de gaten heeft wat de bedoeling is. Als Tim de druk iets opvoert, wordt de vis “wakker”. Met een rustige vaart vertrekt de barbeel van ons vandaan.

Dan lost Tim de vis… even is het stil op de stek. Dit was zo’n vis. Een vis die over een aantal maanden met de week groter lijkt te worden. Als je eraan terugdenkt dan komen de gevoelens van teleurstelling en euforie tegelijk terug. Een grappige mix. Ik ken Tim al een klein beetje. Deze vis komt de komende winter nog wel een paar keer op de proppen. Een heerlijk verhaal, dat weet ik nu al.


De kleinste sneep van de dag is qua kleur een juweeltje.

We vissen nog een uurtje door en vangen nog een paar kleine kopvoorns. Verder blijft het stil. De snepen zijn van de aardbodem verdwenen. Geen blinkende flanken meer, helemaal niets. De terugreis voelt kort aan. We komen tijd tekort om met elkaar te praten. Zoals altijd…

Tot volgende week,
Leon Haenen

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Witvisperikelen: Weerzien
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Visser in de maak ( deel 1 )
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Vooroordelen
Willem Moorman -