WitvisPerikelen 56: “Produit Miracle”

WitvisPerikelen 56:

“Produit Miracle”

Door Leon Haenen

De Bronkfeesten zijn me niet in de koude kleren gaan zitten. Eigenlijk was het allemaal wat veel van het goeie… althans…..dat “zegt” mijn buik. Zelf krijg ik als authentieke Bourgondiër nooit genoeg van dit soort feesten. Mij straf je niet met een serieuze dosis pilsener… zeker niet als deze ook nog uit Wijlre afkomstig is.

Ik word pijnlijk op de feiten gedrukt als ik mijn visbroek aan wil trekken. Ofwel de broek is gekrompen, of ik ben uitgezet. Ik vermoed zelf het laatste. Niemand die me ziet, dus ik laat het bovenste knoopje stiekem open. De vistrui camoufleert het knoopje, maar niet mijn buik. Hier zal ik iets aan moeten gaan doen, dit kan zo niet langer. Maar nu ben ik daar nog even niet mee bezig. Nu gaan we vissen.

Ik ga vandaag voor het eerst in zes weken weer eens proberen een witvis van formaat te vangen. Een witvis die in mijn targetlijst past. Stiekem wil ik op sneep gaan vissen. Waar sneep zit, daar zwemmen ook minimaal twee van de andere favoriete soorten.

Ik laad diezelfde ochtend pas de auto in en neem voor de zekerheid toch maar een zinkhengeltje mee… alsof een klein mannetje op mijn schouder me erop attent maakt dat de rivieren in de Ardennen erg gevoelig zijn voor de enorme hoeveelheid neerslag van de afgelopen dagen. Je weet maar nooit.  Het zijn per slot van rekening allemaal regenriviertjes.

Voor het eerst sinds heel lang vertrek ik zonder gemonteerde hengels. Ik zie wel wat er gebeurt. Lekker op de bonnefooi. Ik wil gewoon een paar uur ontspannen vissen. Monteren doen we wel aan het water. De avond ervoor heb ik een liter hennep uit de vriezer gehaald en ben ik nog snel een litertje maden gaan halen. Die zien er wel gesoigneerd uit. Voor sneep zou dat vandaag voldoende moeten zijn. De stek die ik voor ogen heb, herbergt normaliter sneep… en als ze er niet zwemmen, dan zwemmen ze wel ergens in de buurt en zijn ze snel gelokt. Dat hoop ik althans. Enfin, we zien het wel.


De nieuwe stek, met dank aan “le president”.

Het plan valt in duigen als ik aan het water arriveer. Bruin en hoog water op de Ourthe. Met de dobber niet goed te bevissen. Hier gaan we vandaag niet eens uitpakken. Het is namelijk een slechte stek om op zink te vissen. Een half uurtje later sta ik op de tweede stek van mijn keuze. Als ik uitstap zie ik een vriendelijke Waal allemaal bordjes met nummers langs de waterkant plaatsen. Er is vandaag een “concours de pêche”, oftewel een viswedstrijd.

Als ik zie waar de bordjes overal geplaatst worden, dan concludeer ik direct twee zaken. Ten eerste hoef ik ook hier niet uit te pakken en ten tweede ben je als deelnemer aan deze wedstrijd op driekwart van de nummers die zijn uitgezet zwaar de klos. Men mag alleen maar met de dobber vissen en dat is op veel van deze uitgezette nummers nauwelijks of niet mogelijk.

Wel grappig om te zien hoe men hier te werk gaat. Even denk ik na wat ik nu ga doen. Dan schiet me een plek te binnen die ik afgelopen winter van de voorzitter van de lokale hengelsportvereniging te horen heb gekregen. Hier ben ik nog nooit geweest. Hij heeft me destijds haarfijn uitgelegd wat ik moest doen en waar ik moest gaan  zitten. Werkelijk tot op de meter legde hij vol passie alles uit.

Hij had iets van mijn pa. De afmetingen die hij met zijn grote handen aanwees van de barbelen die daar zouden zwemmen waren astronomisch. Misschien is het bij mensen wel zo dat als je hele grote handen hebt, dat dan de afmetingen die je aanwijst volledig buiten proportie zijn. Zou dat kunnen? Ik zie de voorzitter nog zijn armen uit elkaar steken. Daar paste wel een dikke meter tussen… Heerlijk…

Hij zei: “Op dit stuk van de rivier is het belangrijk dat je tegen de overzijde van de rivier vist.” Hij vertelde me dat je bij helder water precies kon zien waar de sleuf lag. “Dààr moest ik met mijn aas liggen!”, zei hij, terwijl hij zijn grote donkere wenkbrauwen fronste. Hij legde een hand op mijn schouder en wees met de andere hand dreigend naar voren. Hij wilde me zo goed mogelijk uitleggen wat de bedoeling was.

Als ik op de plek arriveer is de sleuf niet zichtbaar, maar aan de hand van de stroming kan ik me er wel een voorstelling bij maken. Het water is ook hier aan de troebele kant. Opvallend was vandaag wel dat de Ourthe veel troebeler was dan de Amblève. Gewapend met een gevulde rugzak en een enkele hengel zonder steun of stoel loop ik naar de stek.

Er loopt een serieus fietspad langs het water. Het is er erg druk. De omgeving is echter erg fraai. Bijna net zo fraai zoals je het hier hoopt aan te treffen als je voor het eerst in de Ardennen komt. Het enige storende element is het fietspad. Ondanks het troebele water kan ik niet zeggen dat het water hier erg hoog staat. Ik monteer een schuivende loodmontage met een redelijke onderlijn. Ik schat een meter lang.


Geen zinklood, maar een lege voerkorf als gewicht.

Als lood gebruik ik een voerkorf van 50 gram. Er komt voorlopig geen voer in, maar ik krijg toch sterk de indruk dat ik veel minder vasthang en verspeel sinds ik te allen tijde een voerkorf monteer. Eigenlijk ook logisch, want zo’n groot ding als een voerkorf komt natuurlijk veel minder snel tussen de keien te liggen. Aan het eind van het geheel een hairsysteem waarop twee pellets bevestigd kunnen worden.

Ik vis vandaag met halibut pellets van Nashbait die in de visolie zijn gedoopt. Daarnaast heb ik een aantal mussle and crab pellets bij me. Ook deze staan al weken in de olie. Het grote voordeel van dippen van pellets in olie is dat de pellet niet week wordt. Hij kan er gerust maanden in staan zonder zacht te worden.

De olie heb ik bij Fish Inn gekocht. Sjeefke haalde ergens uit een lade nieuwe flavours vandaan. Hij had er goede ervaringen mee en was van mening dat ik ze ook maar eens moest proberen. Ik moet het van zijn woord hebben, want de reuk van visolie (zalm) gaat me door merg en been.


Pellets in de olie, helemaal top!

Zonder al te veel vertrouwen in de stek werp ik mijn montage strak tegen de overzijde van de rivier. Dat is nog best ver. Ik houd de hengel zo hoog mogelijk om zo weinig mogelijk waterdruk op de lijn te krijgen. Aan mijn kant van de rivier kan ik mooi plaats nemen aan de rand van het fietspad. Ik sta dus zeker een meter boven de waterspiegel.

Het vist wel prettig zo. Na tien minuten haal ik de montage uit het water. Ik meende iets gevoeld te hebben. Loos alarm wellicht. Een nieuwe inworp. Het aas ligt geen tien tellen in het water of ik krijg een paar geweldige tikken op de hengel. Onmiskenbaar! Maar wel hartstikke mis!

Als ik nieuwe pellets aan het monteren ben, krijg ik visite van twee bekende Walen. Oude gasten die ik al jaren ken. De ene heeft altijd gewerkt bij de gemeente en maakte de afvalbakken altijd leeg als ik aan het vissen was. Hij komt altijd een praatje maken. De ander heeft een café gehad of er gewerkt iets verderop in het dorp. In de zomer landen we er na het vissen wel eens om een (ja 1) verkoelend glas Stella Artois te drinken.

Vol bewondering kijken de twee mee wat ik aan het doen ben. Dat kennen ze dus niet. Ik leg het systeem op mijn beste Frans uit en laat hen de pellets zien en ruiken. De argwanendheid druipt van de koppen af. “Barbeel vangen ze hier met maden, met saucisse (worst) of met wormen…”, aldus de twee. 


De eerste meldt zich al snel op de stek.

De inworp die volgt is perfect. Terwijl de twee met elkaar in discussie zijn krijg ik een heerlijke aanbeet. Mijn Shimano Beastmaster geeft aan dat het raak is. En hoe. In de harde stroming geeft de vis extra gas. Als ik me even omdraai tijdens de dril, krijg ik van beiden een bevestigend knikje waarbij de lippen op elkaar geperst worden om de mond iets breder te maken. In een klap overtuigd!

Het was alweer een tijdje geleden dat ik het gevoel van een vechtende barbeel had mogen meemaken. Het genot is enorm. Op de mat blijkt dat de vis 61 cm lang is. Snel maak ik een paar foto’s van deze wilde vis en zet hem terug in de rivier. Helemaal goed dit!


Hier zal ik nooit genoeg van krijgen, prachtig als het lukt.

De pellets hangen er nog beiden aan. Om er iets meer “body” aan te geven, overgiet ik het geheel nog even met een scheut Nashbait Halibut Juicer. De Walen kijken met me mee. Niet veel later ligt de montage weer in stelling, in de sleuf. Het duurt misschien dertig tellen, maar dan is het alweer raak. “Un produit miracle,” roept de ene Waal tegen de andere. We liggen alle drie in een deuk. Weer een prachtvis die met me vecht alsof zijn leven ervan af hangt.

Ook deze goudbruine barbeel wordt niet veel later weer netjes vrijgelaten. Ondanks het feit dat de pellets er nog steeds aanhangen, monteer ik verse exemplaren. Wellicht overbodig, maar vertrouwen is ook wat waard. Of het zo moet zijn hangt er binnen een minuut weer een vis aan het uiteinde. Nummer drie van de dag, binnen een kwartier vissen. Zo gaat het vaak in de Ardennen.


Nummer drie van de dag, binnen een kwartier vissen.

Wat volgt is ook typisch. Ik krijg geen enkele aanbeet meer, wat ik ook probeer. Ik probeer een aantal meters stroomopwaarts, stroomafwaarts, dat mag allemaal niet baten. De sleuf die ik bevis is nog geen tien meter lang. Wellicht zijn de andere aanwezige vissen toch gevlucht. Waarschijnlijk laten ze zich dan stroomafwaarts zakken. Na die drie snelle vissen is de honger in elk geval zwaar gestild.

Ik vind alles prima nu. Ik besluit eens een half uur niet te vissen en lekker op het gemak de boterhammen te eten. Misschien keert de rust weer op de stek. Tijdens de boterhammen springt er een vis in de geul. Ik krijg de grijns moeilijk van mijn gezicht. Er zwemt in elk geval nog iets rond daar.

Ik haal de voerkorf van de lijn en hang er een kleiner lood aan. Misschien maakt dat minder lawaai? Misschien draagt dat iets bij? Als de pellets weer op de bodem liggen, krijg ik na een paar minuten een paar korte venijnige tikjes. Ik mis, maar weet dat het barbeel was. Met name de kleinere vissen pakken het aas op die manier. De volgende inworp hetzelfde verhaal. 


Kan het veel mooier worden?

Het gevoel zegt dat ik nu eigenlijk een blik smac moet opentrekken en met een klein blokje op de haak moet gaan vissen, maar de luie visser in mij heeft daar geen trek in. Een heel blik opofferen voor een paar blokjes, dat doe ik niet… ik heb ook last van de crisis. Ik besluit als tussenoplossing een kortere hair in te zetten met een enkele pellet. Wellicht doet dat ook al iets.

Ik krijg een paar tikken,maar kan er niet op aanslaan. Volhouden… Bijna twee uur probeer ik van alles uit en krijg ik nog steeds kleine tikken die op een aanbeet van barbeel wijzen. Ik kan er geen meer vangen. Ik ben echter meer dan tevreden met de drie stuks en kijk nu alweer uit naar de volgende keer… die snepen moeten er toch eens aan gaan geloven…

Tot volgende week,
Leon Haenen

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Witvisperikelen: Visser in de maak ( deel 1 )
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Vooroordelen
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Aalscholverperikelen
Willem Moorman -