WitvisPerikelen 25

WitvisPerikelen 25

Door Leon Haenen

Een column in drie delen, zou dat lukken vraag ik me af? Normaal gezien zou ik zeggen: “Dat is nergens voor nodig”, maar deze keer zeg ik: “Als ik dat niet doe, dan doe ik alle fanatieke sportvissers te kort.” Waarom zou ik een column in drie delen willen maken? Nou…, er zijn van die dagen waarop de complete puzzel in elkaar valt. Dagen waarop waterstanden, temperatuur, waterkleur, stroming, kwaliteit van de drift en de ‘eetlust’ van de vissen meewerkt. Wij hadden geluk, op onze visdag zat het weer eens ouderwets mee.


Als ik arriveer is Bert al ruimschoots uit de startblokken.

In verhouding arriveer ik laat aan het water. Vandaag gaat mijn vader mee en die ben ik eerst gaan ophalen. De nieuwe stek ligt ver van huis. Voor de spoorzoekers, ongeveer een half uur richting het Noorden rijden vanuit Maastricht. Bij toeval hoorde ik van de mogelijkheden op dit gedeelte van de rivier. Een doordeweeks bezoekje aan het water zorgde ervoor dat ik niet meer verder hoefde te zoeken. Bert zou vandaag ook meegaan en was al ter plaatse. Met dank aan Tomtom. 

Hij was al een dik uur aan het vissen toen wij aankwamen. In een SMS eerder die dag kreeg ik een bericht waarin hij me vangstgarantie gaf. Ik kon er wel mee lachen. Als ik aankom staat de teller echter nog op nul. Das op zich niks abnormaals bij barbeelvissen. Bert is er zwaar van overtuigd dat we barbeel vangen. Ik met hem! Pa neemt een eind van de drift vandaan stelling in en gaat als vanouds aan de slag met zijn korum barbeelhengel en een zinkloodje. “Basic” ten top, maar voor mijn vader een bewezen concept, ik ben het roerend met hem eens.

Gelukkig heeft hij vandaag wel van zijn jongste zoon aangenomen dat hij in elk geval ook eens een handjevol maden moet meenemen. Jammer dat hij eigenlijk te ver van ons vandaan gaat zitten. Ik denk dat hij dichter bij had moeten starten, maar pa wil dat niet doen voor Bert…. “Ik ga die jongen niet op zijn lip zitten”, luidde het eenduidige antwoord op de uitnodiging. Bert had echter geen bezwaar als hij aan het eind van onze drift had plaatsgenomen… Enfin….

Als ik stroomopwaarts bij Bert arriveer besluit ik direct om met de werpmolen te gaan vissen. De pin laat ik even liggen voor wat het is. Natuurlijk heb ik deze wel gemonteerd, maar deze stek lijkt me meer geschikt voor de molen. Zeker vandaag, want het waait keihard en de drift staat schuin van ons vandaan. We vissen op redelijk diep water waarbij het ook hier weer aan het eind van de drift iets omhoog loopt. Niet veel echter, ik denk dat er nog geen 30 cm staat.

Ik start met een zware dobber, 8 gram. Een relatief lange onderlijn wordt voorzien van een AB loodje als verklikker op een dertigtal centimeter van de haak vandaan. Als het water iets stijgt, dan schuif ik het loodje verder van de haak vandaan, zakt het water dan plaats ik de loodhagel dichter op de haak. Ik vis iets dieper dan het in feite is en probeer de montage dusdanig “te liften” dat ik net de grond raak. Ik wil er zeker van zijn dat mijn aas serieus over de bodem crost.

Dat is een gevoel… dat lukt mij ook niet constant, maar ik weet zeker dat het wel echt het beste is. Een LS2230 Gamakatsu als gewoonlijk. Van dit model heb ik voorraad voor de rest van mijn leven. De haak is bedekt met vijf dikke, witte vleesmaden. Ze ruiken als vanouds… Vanille… mmmmm. Ze zijn kurkdroog en zinken erg snel. Naast de maden start ik met de aanleg van een voerspoor met hennep. Vandaag vier liter bij me, dat moet genoeg zijn.

Ik sta nauwelijks tien minuten naast Bert als mijn dobber al onder water getrokken wordt. Ik sla mis, maar ben wel direct alert. Er zit al vis. “Dat was een aanbeet”, fluister ik Bert toe. Doordat ik met de werpmolen een stuk sneller kan vissen, lig ik in no time opnieuw in de buurt waar mijn dobber net verdween. Weer gaat de dobber onder. Een korte tik volstaat. Vis! Barbeel. Niet normaal hoe snel ik een vis vang. Ik ben er net. De dril is “des barbeels”. Het zenuwachtige karakter van de dril doet vermoeden dat het geen echte topper is. In het net blijkt de vis toch groter dan ik gedacht had. Met 69 cm een mooie openingsvis.


De eerste vis is al direct een prachtexemplaar.

Snel terug. Een handje hennep en weer vissen. Ik sta amper een kwartier in het water als ik merk dat mijn waadpak serieus lekt. Geen condens, maar echt water in mijn broek. Dat is vervelend. Het zal me er echter niet van weerhouden om te blijven staan. De drift blijkt wisselvallig. Elke drift is anders. We bespreken het onderwerp hardop. We zijn het er beiden over eens dat je vaak aan de manier van hoe je dobber door het water gaat al kunt aangeven wanneer je een aanbeet kunt verwachten.

Dat klinkt voor velen wellicht raar, maar het is echt zo. Hier is de rivier constant anders en varieert de waterhoogte aan een stuk. Makkelijk vissen is het niet… uitdagend des te meer. Na een aantal driften hebben we allebei wel een idee waar we de aanbeten kunnen verwachten. Die plek ligt wel een 20-tal meters van ons vandaan. De volgende aanbeet die verzilverd wordt is weer voor mij. Direct is duidelijk dat dit wel een dikke is. De barbeel maakt met zware dreunen en een snoeiharde run duidelijk dat zij hier niet van gediend is. Ze is het er niet mee eens.

Ik mag een paar meter lijn terugwinnen. Daar blijft het even bij. Dan weer een vette run door de slip. Behoedzaam loop ik richting de oever. Bert loopt met me mee. Hij zal de vis voor me landen. Een paar minuten later is het zover. De breedgeschouderde barbeel geeft op. Wel pas aan het net. Ze past er maar net in… dat zie ik graag. De tweede vis van de dag is gelijk een dikke. Met 75 cm een nieuw PR voor mij.  Weer een halve centimeter erbij. Ik  kan mijn ogen niet geloven. Wat een prachtbeest. Herstellen is niet nodig.


Close up van mijn grootste barbeel tot nu toe.

De vis vertrekt direct terug naar waar hij vandaan kwam. Niet veel later is Bert aan de beurt. Hij haakt zijn eerste barbeel van de dag… voor even, en dan lost hij de vis. Spijtig. “Wellicht vals gehaakt”, zegt Bert. Drift na drift gaan de dobbers met de stroming mee. Vrijwel elke minuut droppen we maden in de stroming. We zijn vandaag goed voor ruim vier liter maden. Een half uur na mijn tweede vis vangt Bert zijn eerste barbeel van de dag. 

Zijn centerpin is, ondanks het ontbreken van de authentieke ratel, hoorbaar. Je kunt gewoon horen dat de lijn van het wiel wordt afgerost. We staan beiden te freaken, dat is niet meer normaal. We staan hier nog geen uur en dit is al de derde vis die op de gevoelige plaat mag. Ook dit is weer een zestiger. Bert straalt. Hij herhaalt nogmaals zijn tekst: “Ik zei het je toch, vandaag krijg je vangstgarantie.”


De vangstgarantie van Bert werpt zijn vruchten af.

Ik feliciteer hem met zijn vangst. We genieten even kort na. Wat verse hennep over de stek en terug het water in. Ik ben inmiddels drijfnat. Mag van geluk spreken dat het niet zo koud is, anders had ik eerst een droog pak moeten gaan aantrekken. De visserij hier is fantastisch, er is geen mens te zien en de stroming is fenomenaal. Deze visserij is voor ons de mooiste die er is. Er is nog geen kwartier voorbij sinds de vis van Bert of mijn dobber verdwijnt weer uit het zicht. “Wéér raak”, scandeer ik. 

Weer een goeie vis. De waterdiepte draagt een enorme steen bij aan het drilgenot. Ook deze barbeel blijft heel diep en hangt ontzettend zwaar in de hengel. Ik wordt met de minuut enthousiaster. Van ver zie ik mijn vader zijn duim omhoog steken. Hij geniet op afstand mee. Mijn tweede zeventiger van de dag wordt even later door mezelf geland. Wat een dag weer, ik raak er niet over uitgesproken. Op de mat zegt de rolmaat dat deze jongen 72 cm lang is. Een kerngezonde, goudbruine barbeel in de fleur van zijn leven. Waanzinnig!


De vierde van de dag ziet er maagdelijk mooi uit.

Relaxed terug het water in. Ik ben gevoelsmatig klaar. Alles wat er nu nog komt is meegenomen. Lang hoeven we daar echter niet op te wachten, want nog geen kwartier later staat mijn Spro Carp float weer in de gevechtshouding. Ik kan iedereen die actief barbeel wil gaan belagen deze stok aanraden. Het is een relatief goedkope hengel van net aan de 100 euro, maar met een body, dat is niet normaal. Een betere dobberhengel heb ik nog niet vastgehad. Let wel, ik heb het over de zwaardere visserij op barbeel. De stok is 1.75LB. 

Ik ben er ook vast van overtuigd dat deze tophengel het heel goed gaat doen in de Ardennen, met een zinkloodje uit de hand. De lengte van de hengel gaat ook daar in het voordeel werken, let maar eens op. Het is onwerkelijk wat er gebeurt. Er komt weer een dikke vis aan het oppervlak. Aan de brede rug kun je al zien hoe laat het is. Het is het type vis die je niet meer in de nek kunt vasthouden. Te gek voor woorden. De derde vis van boven de zeventig centimeter wordt tijdelijk aan zijn element onttrokken. Liefdevol wordt het beest onthaakt.


Deze bek spreekt boekdelen…


… de karakterkop zegt alles.

Ik kan een klein vreugdekreetje niet onderdrukken als ik de vis voor me op de mat heb liggen. Deze is 73 cm lang. Een oude krijger, dat is duidelijk. Deze vis zou een spreekwoordelijk boek kunnen schrijven. Sommigen zouden zeggen dat hij er slecht uitziet, ik zeg dat hij getekend is door het leven. Een karakterkop van jewelste. Slechts één werkend oog, een kop vol littekens, maar verder kerngezond en oersterk. Deze vis heeft een enorme bek. Daar past wel een golfbal in, ongelofelijk. Wat doe je met een liter maden als je een aantal van dit kaliber vissen op je stek hebt liggen?


Ook met slechts één oog tóch een gezonde vis.

We zijn nog geen anderhalf uur samen bezig en hebben al vijf vissen op de kant gehad, waarvan drie boven de zeventig centimeter… Blijf de column volgen, want het wordt gekker en gekker…

Leon Haenen


ANDEREN LAZEN OOK

image description
Witvisperikelen: Weerzien
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Visser in de maak ( deel 1 )
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Vooroordelen
Willem Moorman -