image description

Van kierbesluit tot Droomfonds Haringvliet

Van kierbesluit tot Droomfonds Haringvliet  

Door Ron Smits  

Op dinsdag 23 januari presenteert Marco Hans Kraal namens sportvisserij Nederland het uit het kierbesluit geboren project "Droomfonds Haringvliet".  

Vele natuurliefhebbers, waaronder natuurlijk ook de sportvissers zijn getuige van de presentatie van dit project. De Haringvlietsluizen gaan op een kier vanaf september/oktober van dit jaar, dat is een feit, de poort naar de Europese rivieren gaat op een kier open. 

Voor de sportvisserij in Nederland gaat er veel veranderen met dit project dat gedragen wordt door Rijkswaterstaat, Vogelbescherming Nederland, Natuurmonumenten Sportvisserij Zuid West Nederland en Sportvisserij Nederland.

Na maar liefst twintig jaar overleg is het eindelijk zover, de sluizen van het Haringvliet gaan op een kier. Migrerende vissoorten kunnen het achterland van de rivieren bereiken. De zalm en zeeforel kunnen vanuit het achterland via de sluizen van het Haringvliet de zee bereiken om daar een paar jaar later weer langs terug te trekken naar hun geboorte rivier om in de kleine waterlopen weer voor het nageslacht te zorgen.


Marco Hans Kraal heeft de presentatie in goede banen geleid.

Glasaal kan weer naar binnen trekken om als schieraal weer naar de Sargassozee te trekken om ook voor het nageslacht te zorgen. Maar ook de zeebaars, haring, fint, stekelbaars zullen naar binnen trekken.

Er zijn een aantal voorwaarden voor het op een kier openen van het Haringvliet. De veiligheid mag niet in het geding komen, drinkwater moet gegarandeerd blijven en de haven van Moerdijk moet bereikbaar blijven. 

Als de sluizen volledig zijn geopend betekent dit een getijverschil in de Biesbosch van ongeveer één meter. Echter voor de landbouw en het drinkwater is dit geen optie. 

De verandering voor de sportvissers is positief, er komen immers meer vissoorten naar de Haringvliet, maar hoe gaan de bestaande vissoorten zoals snoek, baars, snoekbaars, brasem, karper zich ontwikkelen in de nieuwe situatie?


Overzicht van de migrerende vissoorten.

Door de sluizen op een kier te zetten, blijft er voldoende druk van de waterafvoer van de rivieren bestaan. Door deze (tegen)druk kan het zoute water niet vergenoeg doordringen om een gedeelte absoluut zout te maken. Hierdoor zullen diepere putten vlak na de Haringvlietdam wel zout worden (zout water is zwaarder dan zoet water), maar het gedeelte achter de dam zal een mix worden van zoet en zout water (brak). 

Hierdoor ontstaat er een heel geleidelijke overgang van zout (zee) naar zoet (Haringvliet) en deze geleidelijke overgang is een heel gunstig klimaat voor migrerende vissoorten. Het overgrote deel van de Haringvliet blijft zoet om de drinkwater inname punten te blijven garanderen. 

De snoek, brasem, karper, baars en snoekbaars kunnen bovendien prima gedijen in een zoete tot brakke omgeving. Snoek en brasem kunnen zelfs met een licht zoute omgeving nog prima uit de voeten.


Enkele vragen kunnen gesteld worden.

De snoek volgt in Zweden de haring tot op het licht zoute water. Ik heb in Zweden snoek, baars brasem en zeeforel door elkaar gevangen aan de oostkust van Zweden. 

Een ander belangrijk voordeel is dat, de met de uitgaande stroom meezwemmende vissen zoals snoek en snoekbaars, weer terug kunnen keren met de inlaat omdat de sluizen dan op een kier staan. 

Bovendien is de brakke zone een extra waarschuwing voor de zoetwatervissen dat ze zich op gevaarlijk terrein begeven. Deze naar buiten gespoelde vissen sterven nu op zee. 

Doordat er jonge haring naar binnenkomt, betekent dit ook een groter voedselaanbod voor de roofvis. Een groter voedselaanbod kan weer resulteren in een groter bestand aan roofvis.


Ted Sluyter van Natuurmonumenten.

Migrerende vissoorten kunnen op dit moment wel naar buiten, omdat het zoete water bij laag water afgevoerd wordt naar zee. Echter de vele zalmen en zeeforellen die in het achterland worden geboren en naar zee zijn gezwommen, kunnen een paar jaar later niet terugkeren naar hun geboortegronden, want de sluizen zijn bij hoog water gesloten. 

Voor de dam bevindt zich daarom de grootste concentratie van zeeforel en mogelijk ook de zalm, omdat zij de geboortegronden niet kunnen bereiken. Uit onderzoek blijkt dat slechts vijf procent (ca. 5000) terugkeert op hun geboortegrond. 

Niet alleen voor de migrerende vissoorten is dit een belangrijke poort ook voor vele trekvogels is deze poort en het Droomfonds project heel belangrijk. Vele vogels zullen tijdens de trek deze locatie aandoen om te foerageren.

Het kierbesluit wordt niet alleen door de natuurliefhebbers en sportvissers gevolgd, ook Belgische en Duitse organisaties die allerlei acties nemen in het achterland om de zeeforel en zalm terug te krijgen, reageren positief op het besluit en zullen het project zeker met interesse volgen. 


Evert Oostdam.

Veel ruimte voor vragen en discussie is er niet, maar al snel blijkt dat de meerderheid van de sportvissers angstvallig naar de beroepsvisserij kijkt, die naar alle waarschijnlijkheid de broodnodige trekroute in de toekomst gaat bevissen. 

Als het aan de sportvissers ligt komt er een totaal verbod om in de monding te gaan vissen. Helemaal niet vreemd zo’n maatregel, want ook in Denemarken is het verboden om in de directe omgeving van zo’n trekroute te vissen. De partners van het Droomfonds hebben deze boodschap heel goed begrepen en er worden gesprekken gehouden met de beroepsvisserij. Er is immers heel veel geld geïnvesteerd in het kierbesluit.

Velen zijn blij verrast zoals Sportvisserij Nederland dit Droomfonds Haringvliet heeft gepresenteerd. Sprekers van Marine research Wageningen, Rijkswaterstaat, Natuurmonumenten en de Vogelbescherming Nederland hebben hun visie op het Droomfonds toegelicht. 

Er zijn vele vogels getoond en de sportvissers, die de vogels heel vaak van heel dichtbij aanschouwen, kennen veel meer dan de getoonde vogels. De niet vissende natuurliefhebbers kennen echter maar weinig van de vissoorten die in onze wateren zwemmen.


De sprekers Koen Workel van Rijkswaterstaat, Erwin Winter van Wageningen Marine Research, Ted Sluyter van Natuurmonumenten, Roel Rutten van de Vogelbescherming Nederland en Evert Oostdam (wel bekend).

Het Droomfonds Haringvliet is geen eindpunt, maar is de geboorte van een goede samenwerking tussen natuurorganisaties, de sportvissers en Rijkswaterstaat. Er komen ook een aantal werkgroepen om bepaalde onderwerpen verder uit te werken. 

Hierdoor zullen we hopelijk kunnen genieten van een prachtig stukje natuur in onze delta. Ieder op zijn of haar manier. 

Ik mis alleen nog de bijdrage van de in het achterland actieve organisaties. Hun werk is van groot belang voor het Droomfonds. Misschien iets voor de werkgroepen? 


Vele bekende sportvissers zijn aanwezig.

Waarschijnlijk komt de zogenaamde groene energie die bij de diverse stuwdammen wordt opgewekt later ook aan bod om maatregelen te nemen. Tot op heden heeft dit project ongeveer 30 miljoen euro’s gekost. Een grote investering die mogelijk een brug gaat zijn naar die stuwdammen en hun visvernietigers. Verder kan ik alleen maar zeggen: “Ga eens kijken in Denemarken, waar natuur, economie en sportvissen hand in hand gaan”. 


Natuurmonumenten en sportvissers hebben vele raakvlakken, misschien is het in de toekomst mogelijk om onder bepaalde voorwaarden net als in Denemarken door een natuurreservaat toch aan de waterkant te komen.

Met dank aan Marco Hans Kraal voor zijn bijdrage om de presentatie in goede banen te leiden, de beide wethouders, de boswachters, de natuurliefhebbers, de onderzoekers en de vele sportvissers sportvissers uit Nederland en België, die aanwezig zijn tijdens de presentatie van een stuk natuurherstel in onze Delta.