TotalFishing

Tips en Tricks voor de zeeforel (6)

Door Ron Smits

Door de intrede van het vroege voorjaar en de zachter winter is de zeeforel nu al goed los in Denemarken. De watertemperatuur is nog laag (ca. 5 – 5.5 graden), dus is het heel belangrijk om te weten waar het water zich het snelst opwarmt.

Donkere plekken zoals bijvoorbeeld mosselbanken, warmen veel sneller op (maar raken ook de warmte weer sneller kwijt als de zon ondergaat). Voorts gaan we vissen op die stekken waar de wind aanlandig is (dus waar de wind op kop staat).

Leonard Muys met een kleine zeeforel.

Met deze wetenschap en het feit dat de meeste wind uit het zuidwesten komt gaan we ons geluk voor het grootste deel aan de westkust van het eiland beproeven. Als de wind uit het oosten komt is het aan de oostkust dat we de zeeforel te lijf gaan.

Zoek altijd die stekken uit waar het door de zon opgewarmde oppervlaktewater naar je toe geblazen wordt. Zeker als er dan ook nog van die donkere plekken kort aan de kant aanwezig zijn.

Ik maak nooit gebruik van een extra zijlijntje met een kunstvlieg of garnaal. Maar eerlijk is eerlijk je verhoogt de kansen op een aanbeet aanzienlijk. Voedselnijd verhoogt je kansen op een aanbeet van een zeeforel. Het is ook niet vreemd dat je zelfs twee zeeforellen haakt.

Ik maak hier nooit gebruik van omdat, als ik een zeeforel gehaakt heb, wil ik de vis tot in mijn kleine teen kunnen voelen, hoe de zeeforel zich probeert te ontdoen van de wobbler. Twee zeeforellen kunnen tegenstrijdige acties uitvoeren (of elkaar juist versterken). Meestal zal er één zeeforel wel ontsnappen.

Walter Kaiser met een zeeforel vanaf de kust van Langeland (Walter vist ook met dezelfde wobblers als ik).

Aangezien de wind (en ook de stroming) van groot belang zijn in de laatste week van maart kies ik voor het eiland Langeland. Het verschil in afstand tussen oost en westkust is hemelsbreed een kilometer of zeven. Dus je bent snel op je visstek.

Als er wat golfslag is, zijn de omstandigheden super. Doordat het water constant in beweging is heeft de zeeforel minder tijd om het kunstaas te bekijken. Hierdoor hoef je niet zo agressief te vissen als bij windstil weer. Gebruik altijd de spinstops, dit is zonder twijfel de beste tactiek om de zeeforel te belagen.

Vier a vijf slagen met de molenslinger maken en dan een spinstop. Zorg ervoor dat je de inhaalsnelheid en het aantal slagen sterk afwisselt. Vis je met dezelfde wobblers als waar ik mee vis, breng dan tijdens de spinstop ook je hengel wat naar voren.

Hierdoor krijgt de wobbler wat extra ruimte om schuin naar achter, al heen en weer waggelend (waar andere wobblers naar de bodem vallen) naar de bodem te bewegen.

Hierdoor dreigt het kunstaas aan de zeeforel te ontsnappen en zal de zeeforel keihard toeslaan. De zeeforel kan alleen maar omhoogkijken en daarom zal een volger achter en ook onder het kunstaas achter zijn prooi zwemmen.

Denk niet dat je te snel in draait, een zeeforel zwemt zonder moe te worden twaalf kilometer per uur. En dan heeft de zeeforel ook nog zijn explosiviteit tot zijn beschikking.

Omdat de wobbler meer lijn krijgt beweegt deze naar achter, dus naar de vis toe. Het toeslaan moet dus heel snel gebeuren.