Rivier in het vizier 9

Rivier in het vizier 9

 

 door Yvo Bindels

 

14 oktober 2006

Ondanks dat ik veel te vroeg bij de haven aankom, staat er al iemand op me te wachten. Levensgenieter en allround roofvisspecialist Piet Driessen is er helemaal klaar voor. In het donker maken we ontspannen de boot gereed. Vandaag probeer ik op m´n hoede te zijn voor het kattenkwaad van Piet. In de prille schemering varen we de haven uit richting een nieuw visavontuur.

 

Veel vissers vangen goed in de ochtendschemering. Ik kan dat niet onderstrepen. Op m´n thuiswater lijkt het of de vissen pas actief worden als het een uur licht is. Na een uurtje vissen hebben enkele kleine baarzen zich vergrepen aan onze bolle plugjes. Pas als ik ondiep ga varen, volgen de aanbeten elkaar sneller op. Geen reuzen, maar toch altijd leuk op het aangepaste materiaal.

 

Het lichte en redelijk strakke hengeltje is 1.80 mtr lang. Werpgewicht 10 tot 20 gram in combinatie met 7 ponds lijn prima geschikt om met kleine plugjes te vissen. Dunne lijnen verliezen de meeste trekkracht op de knoop. Daarom vis ik ze knooploos, middels de zogeheten No-knot Link, maatje S. Een soort haakje waar de lijn omheen gewikkeld wordt. Gemakkelijk in de wartel of speld te hangen.
 

  Knooploos verbonden

 

Visjes springen her en der uit het water. Waarschijnlijk jagende baarsjes eronder. We gaan werpen. Piet vist met allerlei kunstaas dat ik nog nooit gezien heb. “Piet, heb je oorbellen eraan?” vraag ik, terwijl er een gouden stukje metaal gevolgd door blinkertje en minishadje door de lucht vliegt. “Haha, zometeen wil jij ook zulke oorbellen!” lacht Piet.

 

Ondanks dat de baarsjes blijven jagen, krijgen we er geen gevangen. Zullen wel van miniem formaat zijn. We zoeken de rivier op. Piet kent dit stuk water ook redelijk goed. Tijdens het varen bespreken we enkele stekken. We varen een heel stuk stroomafwaarts. Zodat we later stroomopwaarts kunnen trollen.

 

Aan m´n steunhengel loopt een supertrap. Mosaplugje op de handhengel. De baarzen liggen verspreid langs de hele rivieroever. Ze bijten met regelmaat. Ook de grote bolle blauwzilvere norman-plug van Piet wordt regelmatig aangetikt. We maken vele meters, maar snoek geeft nog niet thuis. Op een plasje vissen we met jerkbaits boven afstervende planten. Heb er al vele snoeken vlak voor de boot op zien klappen daar.
 

 Stukje varen

 

Een grote plons achter me! Schrik me rot en draai me om, om te kijken welk monster de jerkbait van m´n vismaat heeft gepakt. Piet´s grijns spreekt boekdelen. Ik ben weer beetgenomen. Dagen met Piet blijven speciaal. Zoveel mogelijk genieten. Het is tijd voor een echte vis. Ondanks onze inspanningen blijven de snoeken weg. Het kan zijn, dat de rottende plantendelen teveel zuurstof aan het water onttrekken. We verruilen het plasje weer voor de rivier.

 

De supertrap die aan de handhengel hangt, versnel ik regelmatig. Net als ik uitwijk voor feedervissers, wordt de ratelaar gegrepen. “Dit is toch echt een vis!”. Vlug de andere lijnen binnen.

Al heel snel komt de snoek langs de boot. Nog lang niet klaar voor een onthaakpoging. Zit nog veel te veel energie in het lijf. Dan komen er enkele korte runs en wordt de snoek moe. De dreg hangt maar heel licht in een velletje. “Van mij mag ze er wel af zo.”, zeg ik tegen Piet.  M´n maat assisteert me even en de dame hoeft het water niet uit. Mooi zo.

 

Enkele mooie baarzen pakken dapper de forse normanplug van Piet. “ Vangt altijd en overal zijn visjes” zegt Piet, terwijl hij me de doffe ratel laat horen. We varen richting plas. Daar vang ik nog twee knappe baarzen op slechts 2 meter waterdiepte. Veertigers zijn hier absoluut geen zeldzaamheid. Als Piet aandachtig een sms-je leest, krijg ik z´n hengeltop binnen handbereik. Eindelijk een kans. Bezorg hem een knalharde aanbeet.  Piet vliegt overeind van schrik. Samen liggen we in een deuk.
 

 Hoeft het water niet uit

 

Vrijdagavond

Na een succesvolle vismiddag met Leon Heanen, komt Han bij mij op bezoek. We gaan samen kibbeling maken. Van zee heb ik enkele verse kabeljauwfilets meegenomen. Het koken is gezellig en verloopt prima. De uiensoep die vader van den Eertwegh voor ons gemaakt heeft, is een heerlijk voorgerecht en gaat ook morgen in de thermoskan mee.

 

Als we ‘s ochtends in de haven aankomen is het nog donker. In de schemering trollen we langs de oeverzijde van de plas. De hornetjes worden niet aangevallen. Pas na een half uurtje is het verantwoord de rivier op te zoeken met onverlichte boot. Na een dik kwartier varen kunnen we met slepen beginnen. Beiden een supertrap eraan en op de steunhengels groot rubber. Ik kies voor een bulldawg en Han voor een grote blauwe shad van 25cm.

 

De eerste uren gebeurt er helemaal niks. De harde wind maakt het moeilijk het stalen bootje op koers te houden. Het rivierwater is troebeler dan ik verwacht had. Kiezen op elkaar en stug volhouden voor die rivierkanjer. Een tik op Han’s steunhengel. Ik vaar een stukje terug. Han houdt de hengel in de hand en wederom een aanbeet op dezelfde shad. Er worden flinke klappen uitgedeeld, maar dan is de spanning weg. “Shit, dat kon een beste vis geweest zijn”, zegt m’n maat teleurgesteld.

 

Op een plasje houden we even pauze. Heerlijke kippenpoten en uiensoep met geraspte kaas erover. Visdagen met Han hebben ook altijd een culinaire waarde. Onder de boot staan afstervende planten. Massa’s voorntjes zwemmen langs de boot. “Daar!” Een snoekje laat de visjes schrikken.  We maken een eind aan de pauze en gooien de stek af met jerkbaits. Ook dit levert niks op.

 

Ik wil m’n maat niet graag visloos huiswaarts sturen, dus ik stel voor om grote baarzen te vangen. Op de plas zoek ik de stekken op waar de baarzen kunnen liggen. In de buurt van de winterstekken en rondom het aanwezige visbroed. Veel activiteit op het scherm. Op drie meter waterdiepte krijgt Han al direct een flinke baars erop. De vis weet zich kopschuddend van het hornetje te ontdoen. Zelf vis ik met de butcher en in de steun een jointed shadrapje.

 

Dit plugje is gepakt door een forse baars en de hengel staat in de steun te bonken. Vanwege de zeer harde wind, vaar ik de boot schuin de plas op. Dan pas kan ik de hengel uit de steun nemen. Een prachtige veertiger is over het plugje heen geschoven. Ik blijf genieten van deze vissen.

De volgende drift gebeurt exact hetzelfde. De steunhengel die krom vliegt. Wederom een prachtige baars op volle oorlogssterkte.

 

We trollen een paar keer over de stek. Het scherm geeft grote bogen aan. Een aanbeet bij Han, gevolgd door een lange run. Een héle lang run! Ik moet met de boot volgen. De vis is niet te stoppen. Meters lijn vliegen van de spoel. Ondanks de harde wind weet ik de boot steeds goed boven de vis te krijgen. Alle hengels liggen plat in de boot. De vis zwemt meerdere keren onder de boot door.

 

Na een dik half uur zien we wat er aan de hand is. Een brede bruine staart wuift met het plugje erin door het oppervlak. Een gigantische karper schiet er weer vele meters vandoor. “Niks forceren, die vis willen we na al die moeite toch zeker zien?!” meld ik m’n vismaat.
 

 Pijnlijke armen

 

De vis wordt langzaam maar zeker moe en de staart krijgen we steeds vaker te zien. We zijn inmiddels dik drie kwartier bezig. Han krijgt er pijnlijke armen van. Daar komen de kolken weer, gevolgd door de machtige staart. Ik kan het niet geloven als ik het plugje door de lucht zie vliegen. ”Nee hé!”. Jawel, de vis heeft gewonnen.

 

Daarna blijft het een tijdje rustig. “Tijd voor truc-speciaal” zeg ik lachend. “En dat is?” vraagt Han nieuwsgierig. “Hang er maar een ondiep lopend plugje aan, en alleen een handhengel”.

Han verklaart me voor gek als ik zeg dat ik op één meter water ga varen. Na nog geen twintig meter vliegt zijn baarstokje dubbel. Een prachtvis geeft uitstekend verweer. Met 43 cm een echte oude krijger. Toch nog een mooie vis voor m’n maat.

 

Tijdens de laatste drift haakt Han alweer een karper. Eigenlijk is hij opgelucht als de vis na een lange run losschiet. We ruimen de boot op en bespreken de visdag. Niet alle dagen kunnen succesvol zijn. Toch hebben we genoten van de visserij en alles eromheen. Lekker eruit zijn, blijft toch het belangrijkste.