Op zeeforel in Denemarken (deel 5 - slot): Stekken

Op zeeforel in Denemarken (deel 5 - slot): Stekken

Ondanks dat we nu een aantal jaren hebben gevist op de zeeforel, kunnen we nog steeds niet exact de vinger op superstekken en mindere stekken leggen, het blijft wat dat betreft een lastig verhaal. Soms heb je gewoon het gevoel dat het de omstandigheden en de stek perfect zijn waarna vervolgens helemaal niets gebeurt, maar het kan ook zeker andersom uitpakken!

Dan sta je aan een stuk water waar je al bij voorbaat de kans op nihil inschat en omdat je maat dan toch graag even wil peuteren wil je geen spelbreker zijn en maak je dan ook maar een paar balorige worpen. Opeens liggen daar dan meer verrassingen dan aanvankelijk verwacht. Met zeeforelvissen kan het haast allemaal en dat is eigenlijk maar goed ook; je moet nooit uitgeleerd raken anders zal de uitdaging er waarschijnlijk snel van af zijn.


Je raakt nooit uitgeleerd.

Vertrouwen

Eén van de belangrijkste dingen die je met zeeforel moet hebben is vertrouwen, altijd, ongeacht op welk type stek je ook staat. Geloven in je kunstaas, blijven zoeken en zoveel mogelijk proberen om iedere worp geconcentreerd en doordacht te vissen. Probeer het kunstaas onder water te zien en varieer met de presentatie om uiteindelijk erachter te komen waardoor de zeeforel te ‘triggeren’ is.

Met weinig vertrouwen wordt het spel als snel een nutteloze activiteit. Iets dat ook best moeilijk te voorkomen is, zeker als je enkele uren, of misschien zelfs wel dagen achtereen hebt geblankt. Een goede oplossing om scherp te blijven is simpelweg veel verschillende stekken afvissen, variatie zoeken, verscheidene technieken toepassen en veel meters maken totdat… Uiteindelijk loop je een keer in de vis, daar ben ik altijd van overtuigd.


... en opeens loop je in de vis.

Fjorden

Grofweg kun je in het voorjaar ervan uitgaan dat fjorden bijna altijd vis opleveren. Ik vind het één van de meest viszekere plaatsen om te beginnen. De vis zit hier dan veelal meer geconcentreerd en de kans op succes is wat groter dan langs de meer zoute kust. Hier starten we dan ook de eerste dagen van een visvakantie en wanneer ‘de kop eraf is’ vertrekken we naar andere stekken om het te proberen.

Bekende fjorden waar veel in het voorjaar wordt gevist op zeeforel zijn onder andere Vejle fjord en Harderslev Fjord. Ze zijn over het algemeen niet diep en door de variëteit (bochten, hoeken, dammetjes, landtongetjes en meer van dat soort onregelmatigheden) kun je relatief gemakkelijk ‘fishy’ plekken bevissen.


Dammetjes en dat soort onregelmatigheden kunnen topsteken zijn.

Tevens is het water in fjorden vaak brak of zelfs tegen het bijna puur zoete aan hetgeen als een soort van tussenstation fungeert voor de zeeforel die van de rivier afkomt en zijn opwachting maakt om het volledig zoute op te trekken. Deze periode is zo’n beetje van februari tot en met mei, afhankelijk van hoe de winter zich heeft gemanifesteerd.

Een nadeel van de fjorden kan wel zijn dat het druk is met andere vissers en het bij elkaar staan met deze visserij vind ik nooit zo’n geweldig goed plan. Heb toch altijd het idee dat je dan sneller vis verjaagt, zeker de grotere exemplaren. De kleinere (zgn. groenlanders) trekken zich over het algemeen niet zo gek veel aan van rumoer. Wil je je onttrekken aan de drukte dan is het vissen aan de kust een goede, maar wat taaiere optie.


Fjorden vaak druk.

Kust

Rondom Funen heb je vele plaatsen waar je toch nog te maken hebt met redelijk brak water. Hier zullen dan ook in het voorjaar zeker goed te vangen zeeforellen rondwaren. Zodra we ons dagje Fjord hebben gehad vertrekken we zoals eerder geschreven al snel richting kust, op zoek naar de verrassingen.


Kustverrassing.

Op plekken waar een redelijke stroom is door getij kun je vaak leuke momenten beleven door aan de randen te vissen rondom landpunten of riffen. Hier kunnen ware vreetpartijen plaatsvinden en soms kun je daarvan tekenen in de oppervlakte zien, erg spannend. Verder is het vrij kansloos om zomaar ergens op een plek langs de kust te gaan staan in de hoop dat er een zeeforel toehapt.


Een plons water afvissen met, in dit geval, de sbirulino.

Wanneer we de kust opzoeken zijn we dan ook altijd hoopvol wanneer we een onregelmatigheid vinden in de vorm van een rif, landtong of stroomnaad. Ook de bodem wordt daarbij onder de loep genomen. Een geliefde bodemstructuur is er eentje die wel wordt aangeduid als ‘leopard skin’, oftewel jachtluipaardhuid. Deze wordt getypeerd door eilandjes van begroeiing met daaromheen zandbodem en juist in die ‘eilandjes’ zit ook het voedsel van de zeeforel.


Diverse donkere plekken die kunnen worden gekenmerkt als voedseloases voor de zeeforel.

En die zandgebieden rondom die eilandjes? Die zie ik dan altijd dan maar als een ideale soort van snelweg voor de zeeforel. Ze kunnen zich zo makkelijk verplaatsen om zich eens in de zoveel tijd te storten op één of meerdere van die voedseloases.


Een klein zichtbaar puntje dat een dikke honderd meter verder, kort onder het oppervlak, doorgaat.

Het zijn eigenlijk wel van die geijkte stekken, echter uitzonderingen bevestigen immer de regel. Een Deen wees ons erop dat het ook geweldig kan zijn op kale zandvlakten. Wanneer je er op staat te vissen associeer je de ogenschijnlijke leegte van het gebied al snel met de mogelijk te verwachten vangsten… niets dus.

Toch kon je je volgens hem daar knap in vergissen. Hier trokken weldegelijk knappe scholen sandeels rond, en daar ging de zeeforel op zijn beurt weer achteraan! Ook weer een stek om niet zomaar over te slaan dus.


Schijnbaar een vrij levenloze stek, maar schijn bedriegt soms.

Conclusie? Ik zeg: gewoon een bult water afvissen en blijven proberen. Variëteit in wat voor zin dan ook lijkt automatisch kansrijker te zijn, maar het is absoluut geen harde waarheid. Ik geloof ook heilig in het vissen waar anderen niet gaan, zeker wanneer je op zoek bent naar groter en slimmer wild.

Wirwar

Ik kan me voorstellen dat je als beginnend zeeforelvisser niet heel gek veel wijzer wordt van bovenstaande bevindingen. Het is inderdaad, althans vind ik, best moeilijk een ‘zekere’ start te maken in deze visserij. Toch is daar wel een zeer handig hulpmiddel voor dat je zeker op weg kan helpen en dat is het boekje “Seatrout Guide – Fyn, Langeland & Ærø - 117 fine fishing spots on Fyn”.

Dit boekje is door vele zeeforelvissers inmiddels wel aangemerkt als een soort van ‘zeeforelbijbel’. Hierin staan 117 stekken benoemd middels kaart en verder toegelicht door middel van tekst die het een en ander uitlegt over seizoenen, karakteristieken enzovoorts. Kortom een heel erg handig hulpmiddel om je zoektocht naar de zeeforel te vergemakkelijken.

Naast het boekje zou ik je zeker aanraden met lokale vissers contact te zoeken. Ze kunnen je een berg informatie krijgen dat in geen boekje te lezen is en waardoor je ook heel snel wijzer wordt. Daarbij zijn de Denen over het algemeen heel toegankelijk, open en hulpvaardig. Gewoon doen!

Rivieren, een hoofdstuk apart

Naast de fjorden en de kust kun je ook op bepaalde tijden terecht op de rivier om achter de zeeforel aan te gaan, echter dit is geen eenvoudige opgaaf. Deze visserij is niet echt te vergelijken met de visserij in de fjorden en langs de kust. Dit komt met name door het feit dat de zeeforel op de rivier geen voedsel tot zich neemt, althans zolang hij optrekt. Wanneer hij zijn terugtocht naar zee inzet gaat hij weer volop vreten.


Rivieren vereisen een andere aanpak.

Hij zal dan, net zoals zalm dat doet, vanuit agressie het voorbijkomende kunstaas ‘aanvallen’. Paaien is dan zijn grootste prioriteit. De visserij is vaak bijzonder taai en vindt over het algemeen voornamelijk in de donkere uurtjes plaats en dat moet je maar net je ding vinden.

Persoonlijk heb ik er (nog) weinig mee. Het in het holst van de nacht langs de waterkant in de blubberzooi lopen, wachtend op die ene aanbeet… daar krijg ik de zenuwen van, alhoewel ik me kan voorstellen dat wanneer je eenmaal in het pikkedonker zo’n hartverzakkende aanbeet hebt gehad, je het er wel voor over hebt om meerdere nachten achtereen door te gaan. Je moet hoe dan ook goed tegen blanken kunnen!


Eigenlijk een rare visserij vergeleken met de kust en het fjord.

Ter afsluiting

Het is een ontzettend leuke visserij in het buitenland waarbij niet alleen de visserij belangrijk is. Ook de natuurbeleving is er geweldig en het overwinnen van jezelf aan die onmetelijke plas door uiteindelijk toch die vis te haken is iets geweldigs. Verder is Denemarken niet bijzonder ver weg. Binnen een uurtje of zeven kachelen ben je er al, ook een pluspunt.


De moeite waard om zelf eens van gaan te genieten.

Er is nog eindeloos veel over te vertellen, maar het leukste is uiteraard om het zelf mee te maken! Het seizoen laat niet lang meer op zich wachten dus wellicht is het een idee om er even snel tussenuit te piepen voor een dag of vier. Kan prima.

Mocht je nog vragen hebben dan kun je deze sturen naar info@totalfishing.nl

Eerder verschenen deel 1, 2, 3 en deel 4

 

ANDEREN LAZEN OOK