Op Ierlandtrip met zwarte roofvissers (deel 1)

Op Ierlandtrip met zwarte roofvissers (deel 1)   

 
Door Bart Debaes  
 
Het is weer zo ver, onze jaarlijkse Ierland snoektrip gaat van start. Het internet voorspelde ons droog en goed snoekweer. Ik hield al maanden de gemiddelde temperatuur in de gaten. Het zag er naar uit dat we dit jaar niet zouden moeten ronddobberen in water van +5°C. 
 
Normaal zouden mijn benen dit jaar ook droger moeten blijven. Ik kreeg namelijk van de firma Arca een waadpak en vier hengels mee om te testen. Ze vonden het sympathiek dat ik zo positief had geschreven over hun Red Predator dropshothengels, in mijn hier op Total Fishing verschenen stukjes over het “silverdropshotten”.
 
Ik wou dat testen wel doen met als enige voorwaarde dat ik eerlijk mocht blijven in mijn oordeel over de hengels en met de zachte vraag als ze ook geen goed waadpak voor me hadden. Ik wist namelijk niet meer wat aangeschaft qua neopreen pak, daar ik, net als vele van mijn vrienden, echt niet meer wisten welk merk of type te kopen om toch een redelijke tijd lekvrij te kunnen blijven. 
 
Beide vragen werden positief beantwoord, dus nog slechts één van mijn favoriete hengels mocht mee in de hengelkoker. De rest van de plaats werd ingenomen door vier mooi afgebouwde test exemplaren. Er zat bij de levering bovendien een testmolen bij. 
 
De SMA 3000 was de wat grotere versie van de SMA 1000 die ik graag gebruikte bij het silverdropshotten. Ook deze grote broer beviel me wel, en ik spoelde er 17°° van mij favoriete dyneema-lijn op: de Spiderwire code red. De kostprijs van al dit lekkers wou ik maar weten na de Ierse test sessies zodat ik onbevooroordeeld ermee aan de slag kon. 
 
Vier mooi afgebouwde testexemplaren.
 
We vlogen dit jaar met Air Lingus en dat is toch een gans stuk minder straf qua controle op bagage gewichten en dergelijke. Helaas minder stipt ook, want we kwamen twee uren later dan voorzien bij de B&B. Hopla, slechte start, want dat waren dus statistisch gezien al onmiddellijk een vijftal snoeken minder op de boekhouding wink .
 
Ierland lag er veel groener bij dan het voorbije jaar. Het was duidelijk ook hier geen koude winter geweest. Nu maar hopen dat de plantengroei al wat gestart was en dat de snoeken al hadden gepaaid. 
 
Veel groener dan vorig jaar.
 
Het weerzien met ons gastkoppel was zoals steeds heel erg hartelijk, en daar vooral onze gastheer ook goed kan “mee-zeveren”, zoals dat bij ons in België heet, bleef de sfeer die er al was van op het vertrek, heel erg leuk. 
 
We waren namelijk al vanaf vanmorgen vroeg met drie man de twee anderen aan het jennen geweest. Met drie hadden we namelijk van de redactie van 'De roofvis' een zwarte hoodie gekregen voor onze bewezen diensten. We hadden die voor het vertrek zoals afgesproken aangetrokken. 
 
Zoals bij elke mensengroep die je een gelijk kostuumpje aantrekt geeft dit onmiddellijk een groepsgevoel, en we zouden de niet-zwarten dit jaar wel eens een lesje snoeken leren. Wim die ondertussen al wat geplaag gewoon is trok zich hier weinig van aan, maar bij nieuwkomer Frederik zag je soms wel eens een lachje groener dan de omgeving. 
 
De groene omgeving.
 
Onze gastvrouw had een heerlijk bord met rijk belegde sandwiches voorzien, en na deze versterking vlogen we de valiezen aan om al het nodige hengelsportmateriaal in gereedheid te brengen. We lagen pas op het water om 17.15 uur en mochten uitzonderlijk ons avondmaal nemen om 20.00 uur. De dikke twee geviste uren gaven ons echter wel al een schitterende start.
 
Er moest op ons eerste meer aangeschoven worden aan een steiger om makkelijk de belly’s te water te laten. De derde in rij lag er nog niet op of Tom had de eerste snoek al te pakken. Niet groot, maar zoals elke trip was je eerste snoek er één van zeer grote waarde. 
 
Als je namelijk zonder snoek van een water af komt dan wordt je als watje in de analen bijgeschreven. Zowaar een titel waar nog niemand trots over was. Om de spanning nog wat hoger op te drijven heb ik dit jaar een roze T-shirt meegebracht met als opschrift 'Watje'. Het is de bedoeling dat je die overhandigd krijgt direct na de visserij en hem moet aandoen bij het avondmaal. En ook bij het avondlijke pub-bezoek. 
 
Het zou echter niet voor deze avond zijn weggelegd, want al gauw klinken van alle kanten kreten bij het aanslaan van vis. In het begin gaan nog regelmatig de tackleboxen open op zoek naar nog beter vangend kunstaas, maar het blijkt een avond waar iedereen uitkomt op lepels. 
 
Ik vang prima op een kleine oude Orcla lepel en de 17grams Mepss Syclops in gold/fire tiger kleur. 
 
Prima vangende orcla lepel. 
 
Zo raak ik aan dertien stuks. Al is de grootste maar 72 centimeter ik amuseer me rot. 
 
Syclops goud-fire tiger.
 
Ik test namelijk de zeer mooi afgewerkte Lovector 10 tot 30 gram uit en dit is een hengel die graag heerlijk eerbiedig wil buigen voor een sterke vis. In het begin dacht ik dat de top te zacht was om goed de beten te kunnen voelen, maar daar bleek niets van aan. 
 
Zelfs zachte tikjes bleken goed door te komen, en zowat elke beet hangt. Vreemd is wel dat ik drie vissen in de rug haak en twee onderaan de kieuwdeksels. Wordt het weer zo een jaar met van die eigenaardige inhaakplaatsen?
 
Als dood-aas hengel monteerde ik de Opticast 270 met een werpgewicht van 30 tot 60 gram. Dit duidelijk een stuk harder dan wat ik gewoon ben, maar om te doodazen heb je soms een wat hardere hengel van doen. Op mijn wat grotere vissen wil ook deze hengel echter prima in zijn curve gaan dansen. Mede door zijn prima aantik power, vind ik dat een zo geschikte hengel, dat hij bijna de ganse reis hierdoor mijn belly-bootgezel zal zijn.
 
De grotere vissen komen op dit dood aas, gemonteerd onder mijn succesdobber van vorig jaar. Het blijkt dat deze tik-tak-dobber me weer meer aanbeten oplevert dan de anderen hun montage. Het geloof in deze geluidproducerende beetverklikker stijgt opnieuw. 
 
De succesvolle tik-tak dobber.
 
Tom aan de overkant van het meer vangt zich te pletter aan de Tiny-buster en de Cyclops light van acht centimeter. Hij leidt de lijst met 23 gevangen vissen op zowat 34 aanbeten, en dat in een dikke twee uur!
 
Kurt komt heel wat trager op gang, maar vangt op zijn gele Ierlandlepel toch nog 10 stuks. Wim staat al vroeg weer in de verte op de steiger, en als notoire hengelbreker vrees ik voor hem al het ergste. Het blijkt dit keer echter zijn belly te zijn die moeilijk doet. Eén van de bladders bleek te lossen, dus zijn vistijd was korter geweest, maar met 5 stuks toch niet slecht te noemen.
 
Frederik heeft al onze raadgevingen goed aangenomen en snapte al 12 snoeken op 19 aanbeten. Zijn favoriete aas is ondertussen de Spro Scud lepel in silver-green. Echt grote snoeken plukte hij als zeebaars en karpervisser nog niet, dus als we hem plots horen roepen dat hij een echte beer aan de haak heeft, kijken we elkaar een beetje grijnzend aan. 
 

Brede kop van een dikke tachtiger.
 
 
De aanblik van de breed openstaande kop  doet meerdere rookies al denken aan een metervis, het zal ook wel zo iets zijn. Zijn kreten gaan echter steeds luider en hij heeft het al over een meter-tien, terwijl we zijn richting uitpeddelen. Het blijkt dat hij nog zo slecht niet is in schatten. De meter blijft staan op 109 centimeter, logisch dat hij door het dak ging. 
 
Logisch dat hij door het dak ging.
 
De zwarte bende is er dus vandaag al aan, als het op de grootste aankomt. In aantallen liggen we wel duidelijk boven, dus we laten ons voorlopig niet intimideren. 
 
Hier worden geheime plannen gesmeed.
 
Vanwege de grote, late vis is er een belly-op-de-rug-spurtje van doen om op tijd te zijn voor het eten. In de pub zitten een aantal zwarte-hoodies bij elkaar, worden er hier geheime plannen gesmeed?

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Peter dobbert door… naar 2023…
Willem Moorman -
image description
De haken en ogen van een Noorse vistrip (17)
Marc Borst -