**KLAAR** De beste Ierse zeevisstekken op een rij (2)

De beste Ierse zeevisstekken op een rij (2)

Door Joop Folkers

Vervolgens komen we aan in Valentia island. Deze superstek is al eens uitgebreid besproken op onze site (lees rubriek buitenland of gebruik de site-zoekmachine). Een topstek, gelegen aan de westkust, die zijn weerga nauwelijks kent. Buiten de gezellige warmte, die dit door een brug met het vaste land verbonden eiland uitstraalt, staat Valentia borg voor een regelrechte topvisserij! P&S heeft deze stek als enige in zijn programma opgenomen. En geloof me het is momenteel al onmogelijk om een jaar vooruit te boeken… Logisch want het is een stek waar je gegarandeerd terug komt! Goede schippers, super goede vangsten en niet te vergeten een bonk gezelligheid staan garant voor een volmaakte vakantie.

                       


“Nog één keer het “beste stekkenoverzicht”

Zelf hebben we hier al de nodige grote roggen, congers en lengen weten te vangen. Rond de vele, uitgebreide vaak ondiepe riffen barst het werkelijk van de (grove-) pollak. Ook dikke kabeljauw, blauwe haai en voor Ierse begrippen zeer zware congers (50+ ponders!!) worden hier jaarlijks gevangen. Schipper Richard doet er werkelijk alles aan om de juiste stekken te vinden. Wil je conger, dan krijg je conger. Wil je leng dan krijg je ook daadwerkelijk leng. Werkelijk imponerend is een bezoek aan de Skellig Islands. Twee door duizenden Jan van Genten witgekleurde rotspartijen, die majestieus uit het heldere oceaan water oprijzen. Tussen de twee eilanden bevindt zich een stroomgat van pakweg 800 meter waar het oceaanwater met een enorme kracht doorheen wordt gevoerd. Je begrijpt dat hierdoor een enorme stroming ontstaat, waardoor aasvis in de problemen komt. Een ware topstek voor (zware) pollak dus!

Of het nu komt door het oer Hollandse pontje dat er tussen Valentia en Cahersiveen pendelt weet ik niet, maar ook nu gaf het ons een hopeloos emotioneel gevoel toen we het mooie Valentia Island verlieten. Terwijl we links de massieve bergen rondom Dingle zagen verdwijnen reden we over de N68 via Tralee richting Tarbert. Hier namen we alweer een pont, nu naar Kilrush. Kilrush was rond de beginjaren ’90 een van de betere stekken van de Ierse westkust. Er lag destijds dan ook een zeer moderne vloot supersnelle boten, die de vissers binnen een relatief kort tijdsbestek naar de monding van de Shannon konden brengen. Een goede stek voor ruwe haai. Een dag herinner ik me nog als de dag van vandaag. Samen met schipper Martin Brennan vistten we vlak onder de kust nabij een vrij ondiepe zandbank. Hier had Martin volgens zijn zeggen, enkele dagen ervoor nog mooie ruwe haaien gevangen. Een supersportvis, die zeker aan licht materiaal voor ongekend plezier zorgt. Dat Martin het verhaal niet uit zijn duim had gezogen bleek al snel, want binnen een tijdsbestek van amper twee uur vingen we maar liefst 6 mooie vissen waarvan de zwaarste ruim 43 pond op de schaal bracht! Het gebied waar de Shannon uitmondt in de oceaan (Mouth of the Shannon) staat bekend om zijn enorme hoeveelheden stekelrog. Ondanks dat sloeg het aantal vissen wat we hier binnen een relatief kort tijdsbestek wisten te vangen werkelijk alle records. Dertien stekelroggen waarvan het zwaarste exemplaar ruim 15 pond woog, en dat op ultra licht materiaal! Helaas is de vloot snelle sportvisboten behoorlijk ingekrompen, maar de bestaande charterbotenboten vangen nog steeds volop vis!

                       


“Niet alleen magnifieke vissen maar ook andere dieren kom je daar in het kraakheldere water tegen”

Enkele dagen later arriveerden we in Clifden. Een stad waar ik heel wat visavonturen had beleefd. Eigenlijk alle vissoorten die in dit deel van de oceaan voorkomen zijn hier te vangen. John Ryan, een echte Ierse “schipperslegende” startte hier rond de begin jaren ‘70 met een charterboot voor sportvissers. Zijn eerste boot was een kleinere catamaran, een fijne stabiele boot waar we menig visje op hebben weten te vangen. Ook zijn volgende boot “the Wild Rover”genaamd was wederom een catamaran. Hoeveel vis we vanaf deze schuit hebben gevangen is niet in te schatten, maar dat er heel wat records op gesneuveld zijn kun je rustig van me aannemen. Overigens John Ryan vaart nog steeds. Nu met de stijlvolle “Celtic Queen” voorzien van alle gemakken voor de sportvisser. De vismogelijkheden rond Clifden zijn en blijven gewoon uniek. De vele grote eilanden aan de rand van de Oceaan breken de veelal zware oceaandeining. Mede hierdoor is er vrijwel altijd wel een rustige visstek te vinden. Binnen deze eilanden bestaat de vangst in hoofdzaak uit conger en kleine stekel/blonde rog. Mochten deze vissoorten het laten afweten, dan kun je je nog altijd uitleven op mister pollak. Ook hebben we vissend rond de meest westelijk gelegen eilanden heb ik meerdere malen dikke lengen kunnen vangen!Clifden is een bruisende stad, waar ’s-avonds genoeg te beleven valt. Naast de vele unieke restaurants kan men in vrijwel iedere pub (en dat zijn er nog al wat!) zijn zangtalenten tonen tijdens de ouderwetse Ierse sing-songs. Kortom qua gezelligheid en vismogelijkheden een ware topper!

                       


“De vis die je daar vangt is altijd in superconditie”

Na enkele mooie visdagen vertrokken we naar Westport. Een klein visplaatsje gelegen aan de eens zo visrijke Clew Bay. Rond de eindjaren ‘70 voerde de beroepvisserij hier destijds al zeer zware blauwvintonijnen aan! Vissen die, althans volgens de plaatselijke vissers, ’s-nachts tijdens de (hors-) makreelvisserij per ongeluk in hun netten terecht waren gekomen. De uitgestrekte Clew Bay stond destijds bekend om zijn enorme vleet populaties. Vissen van 100 kilo en meer, waren hier dan ook geen uitzondering. Het kon gewoon niet op! Dagelijks werden de enorme roggen op de kant gewogen en daarna gewoon dood in de haven gedeponeerd! Goed voer voor de krabben! Maar na een x aantal jaren was de vleet populatie zo sterk uitgedund dat ze zelfs zeldzaam werden. Gelukkig werd daarom destijds dan ook een verbod ingesteld, om deze schitterende grote roggen nog langer aan de kant te brengen! Resultaat na ruim 30 jaar is dat de vleet populatie langzaam maar zeker weer hersteld! Op veel plaatsen langs de Ierse west- en noordkust worden momenteel weer steeds meer van deze reuze roggen gevangen. Houden zo dus!

Maar goed de Clew Bay is dus een langgerekte baai die uitmondt op de Oceaan. Het eerste gedeelte bestaat in hoofdzaak uit vele kleine eilandjes. De gehele baai wordt gekenmerkt door zijn vele diepte verschillen. Verreweg de beste stek bevindt zich rond Clare Island. Een eiland precies gelegen in de monding van de Clew Bay. Mede dankzij de sterke stromingen en het enorme voedselaanbod rond dit eiland een waar paradijs voor heel veel vissoorten. Grote congers, mooie ruwe haaien, lengen heel veel pollak vormen hier het hoofdmenu! Ook barstte het hier jaren terug nog van de doornhaaien. Op pakweg zo’n 5 mijl voor de kust van Achill Island vinden we de zeer visrijke Bills Rocks. De naam zegt het eigenlijk al, zomaar twee bilvormige rotsen die ergens in de middle off nowhere uit de Atlantic oprijzen! Een toplokatie voor zeer zware pollak terwijl ook zware conger en ruwe haai hier hun jachtdomein hebben. Volgens insiders DE STEK voor grote haringhaai (Porbeagle). Ook hier had men het enkele jaren geleden al over enorme vissen die men eind september vrijwel dagelijks in zijn geheel uit het water zag springen. Al snel bleek dat het hier om enorme blauwvintonijnen ging die hier jaarlijks op doortrek naar hun winterbestemming langs kwamen.

                       


“Je kunt er van alles tegenkomen”

Na vele heerlijke visdagen werd koers gezet naar onze laatste bestemming, te weten Sheep Haven en Lough Swilly. Twee toplokaties gelegen in het mooie Donegal. Het domein van de enorme blauwvin tonijnen. Hier zette men enkele jaren geleden de trend om deze spectaculaire vissen te kunnen vangen. Enorme “makrelen”met de kracht van een “stoomlocomotief”. Supervissen, die iedere sportvisser telkens weer tot het eind weten te boeien. “Levende machines”, die niets van overgave willen weten! Trouwens de noordkust is tevens een van de beste gebieden van Ierland als het om ruwe haai gaat. Vooral de delta voor Lough Swilly is een waar eldorado voor deze fantastische sportvis. Een stek waar we enkele jaren geleden nog ruim 20 mooie topen op een ochtend wisten te vangen. Machtige sportvissen die, na het maken van wat foto’s direct gemerkt worden teruggezet in hun element! Een stek waar opvallend veel rode- en grauwe ponen huizen. Misschien leuk om te weten is dat men sinds vorig jaar een paar goede stekken voor vleet heeft weten te lokaliseren. Sindsdien worden er jaarlijks behoorlijk wat van deze mooie platvissen gevangen en uiteraard zo snel mogelijk weer aan moeder natuur terug gegeven! Op zo’n 5 mijl uit ten noorden van Horn Head vinden we Tory Island. Een groot eiland met een enorme vogelpopulatie (Jan van Genten) Hier vinden we zeer goede pollak stekken. Jammer genoeg ben je voor het bevissen van dit soort stekken altijd wel weer sterk afhankelijk van de weersomstandigheden. Een topstek voor dikke record polakken. Trouwens ook blauwe- en niet te vergeten haringhaaien, behoren in dit gebied gedurende de zomermaanden tot de vangstmogelijkheden.

                       


“Bij vertrek uit het ruige Ierland is het altijd weer even slikken”

Dan tot slot, de zeer goede wrakvisserij op pakweg zo’n 15mijl uit de kust van Fanad Head tot aan het vuurtoren eiland Inishtrahull barst het werkelijk van de wrakken. Tijdens zowel de eerste als tweede wereldoorlog zijn hier zeer veel geallieerde schepen naar de kelder geholpen. Een waar “scheepskerkhof”dus, wat mede dankzij de enorme diepte ter plaatse (ruim 100 meter) nog heel wat geheimen kent. Zelf vingen we hier meerdere grove lengen en lommen. Ook pollak en dikke koolvissen zijn beslist geen onbekenden zijn in dit gebied! Na wat mooie visavonturen nemen we afscheid van Sylvester Hiemstra en het personeel van het super gezellige Beach Hotel in Downings. We maakten een afspraak om volgend jaar terug te komen voor een uitgebreide “blauwvintonijn-sessie” . Terwijl we via Letterkenny het oer Engelse Londonderry inreden en we dus weer de Engelse ponden uit de knip moesten trekken, kregen we het toch wel even moeilijk!! Gewoon even slikken en doorkarren dus! Net voorbij Antrim, volgden we de borden Belfast Airport. Waarom weet ik niet, maar het jaarlijks terugkerende afscheid van dit inmens mooie en gastvrije land doet altijd weer zeer! Een ding stond echter als de bekende paal boven water, volgend jaar komen we er zeker weer terug!

Meer informatie over Ierland kunt u vinden op o.a. www.ierland.nl, www.angling.ireland.ie of www.discovernorthernireland.com/angling

 

ANDEREN LAZEN OOK