Het ‘rijen’ der karpers

Het ‘rijen’ der karpers

 door Jan Kamman

Aan het eind van het voorjaar is de watertemperatuur zover opgelopen dat de karpers zich overgeven aan hun grootste natuurlijke drang: de voortplanting. Zelfs de voorzichtige (grote) exemplaren laten de voorzichtigheid varen en storten zich vol overgave in het luidruchtige paaigewoel. Het ‘rijen der karpers’ is losgebroken. Jan Kamman verklapt de slaapkamergeheimen van ons aller Cyprinus carpio.

‘Soms kan het er ruw aan toegaan’


In Nederland zijn de karpers meestal in het 4de levensjaar geslachtsrijp, mannetjes soms een jaar eerder. Dit kan echter ook veel sneller. In tropische gebieden kan karper al na één jaar geslachtsrijp zijn! Daar paait de karper ook meerdere malen per jaar af, terwijl dit in Nederland in de regel slechts eenmaal per jaar gebeurt. En sommige jaren komen de karpers bij ons helemaal niet tot paaien. De aanwezige eieren worden dan weer opgenomen door het lichaam. Veelal zonder nadelige gevolgen voor de vis zelf. Soms gaat dit echter mis en sterft de karper aan wat in de volksmond ‘versteend kuit’ wordt genoemd. Paai
De paai van karpers vindt plaats vanaf een watertemperatuur van zo’n 18 IC, veelal op ondiepe met planten begroeide plaatsen. Dat ‘rijen’ begint meestal in de ochtend. In de dagen daarvoor vormen de karpers al kleine groepjes, bestaande uit een vrouwtje en diverse mannetjes. Vlak voor de paai worden de mannetjes opdringeriger. Tot onderlinge gevechten komt het echter niet. Ze stoten tegen het vrouwtje aan om haar te verleiden en te stimuleren. Totdat het vrouwtje al sidderend de eieren (kuit) uitstoot en de mannetjes bijna tegelijkertijd de zaadcellen (hom). Dit gebeurt enkele malen achtereen, gedurende een periode van enkele uren en gaat gepaard met veel geweld. Het water spat hoog op; hele bedden met waterplanten worden ontworteld en het schuim staat erop! Dat hele paaiproces kan meerdere dagen duren en soms door een terugval in temperatuur ook voor langere tijd worden onderbroken. Tijdens het paaien kan het er ruw aan toe gaan. Sommige karpers raken zwaar beschadigd door het ‘rijen’ tegen planten, stenen en takken. Schubben raken los en soms zijn er zelfs diepe wonden te zien op de flanken. Gelukkig herstellen de vissen zich snel. Binnen korte tijd zijn de meeste verwondingen geheeld en weer bedekt met amorfe schubben, dat wil zeggen: schubben zonder jaarringen.

‘Het hele paaiproces kan meerdere dagen duren’


Eieren
De eieren moeten direct bevrucht worden, omdat de benodigde versmelting van de ei- en zaadcel slechts gedurende korte tijd mogelijk is. Door de opname van water zwellen de eieren binnen enkele uren sterk op, tot ze ongeveer vier a vijf maal zo groot in volume zijn. De eitjes zijn dan een paar millimeter groot.
Bij de kunstmatige kweek van karper vindt zogeheten droge bevruchting (zonder water) plaats, waardoor men meer tijd heeft. Karpers zijn ontzettend vruchtbaar, per kilo lichaamsgewicht worden ongeveer 100.000 eieren aangemaakt. Een vrouwtjeskarper van tien kilogram maakt dus zo’n 1 miljoen eieren aan.
De eieren worden afgezet op de aanwezige waterplanten. Doordat ze kleverig zijn, plakken ze als het ware aan de planten vast. Eieren die naar de bodem zinken en in het slib terecht komen, gaan allemaal verloren. Bevruchte eieren zijn helder en wat gelig van kleur; onbevruchte eieren worden wit en zijn ondoorzichtig. Van enige ouderliefde of iets dergelijks is bij de karper geen enkele sprake. De eieren worden aan hun lot overgelaten. Een deel van het eiwitrijke kuit wordt zelfs weer opgevreten door karpers… Larven
Afhankelijk van de watertemperatuur komen de eieren al na drie tot acht dagen uit. Belangrijk voor de eieren is dat er voldoende opgelost zuurstof in het water zit. De larven of broedjes zijn ongeveer 5 mm in lengte en zijn aan de buik voorzien van een dooierzak met voedsel om de eerste dagen door te kunnen komen zonder actief naar voedsel te hoeven zoeken. In het begin kunnen ze namelijk nog niet goed zwemmen en hechten ze zich aan waterplanten. Na enkele dagen zwemt het broedje naar het wateroppervlak om daar de zwemblaas te vullen met lucht. Ze beginnen dan ook met het eten van heel klein plankton. Tegelijkertijd beginnen de vinnen zich te ontwikkelen; de lengte is dan tussen de 7 en 10 mm. Na een paar weken, bij een lengte van ongeveer 20 mm, beginnen ook de schubben zich te vormen. De grote afvalrace
De paai van karpers verloopt lang niet altijd succesvol in Nederland, eigenlijk mag je zelfs zeggen: slechts zelden. Aan de ene kant is dit maar goed ook, want anders waren onze wateren letterlijk afgestapeld met kleine karpertjes. Aan de andere kant zou op de meeste wateren het karperbestand teruglopen, wanneer er geen kweekkarper meer wordt uitgezet. Vanaf het eerste moment dat een karpereitje door zijn moeder wordt uitgestoten, ligt een groot aantal gevaren op de loer. Visseneieren worden bijvoorbeeld gegeten door andere vissen zoals paling. Broedjes en kleine karpertjes zijn het spekkie naar het snoekbekkie. Ook een oorzaak dat zo goed als alle jonge karpertjes worden opgevreten, is dat ze geen echte scholen vormen, waardoor ze kwetsbaarder zijn voor roofvissen.

‘Zodra karpers boven de 40 cm. zijn hebben ze nog maar één “natuurlijke” vijand…’


De late paai in het jaar en de voor karper relatief lage watertemperaturen in ons land, waardoor de groei traag verloopt, zorgen ervoor dat de kleine karper tegen de winter meestal te weinig reserves heeft opgebouwd. Zo’n klein traag zwemmend visje, helemaal in z’n eentje. Dat gaat niet goed. Nu zult u waarschijnlijk zeggen: “Bij mij in de buurt ken ik een watertje, waar de karper zich wel succesvol voortplant, hoe kan dat dan?” Dergelijke wateren ken ik inderdaad ook. Vaak is er iets ‘speciaals’ aan de hand, wellicht een dikke baggerlaag, ontbreekt er de snoek, heeft het bijna droog gestaan of is het tijdelijke overstroomd geweest. Meestal kennen we de achtergronden gewoon niet en blijft het een raadsel waarom het de ene keer wel lukt met de voortplanting en de andere keer (of op een ander water) domweg niet! Het volledige artikel van Jan Kamman en nog veel meer informatie die u als karpervisser niet mag missen, vind u in Dé Karperwereld 36, dat vanaf nu te koop is in de betere hengelsportzaak of boekhandel/kiosk. U kunt natuurlijk ook een abonnement op dit luxe en toonaangevende Nederlandstalige karpermagazine nemen.

ANDEREN LAZEN OOK

image description
De Allrounder 122 : Droog op karper
Willem Moorman -
image description
De Allrounder: Karper op de vaste stok.
Willem Moorman -