Een betere kunstaasvisser door minimaliseren (deel 15)
Door Berthil Bos
In dit laatste artikel van de reeks ‘’een betere kunstaasvisser door minimaliseren’’, gaan we de boel eens evalueren, nadat we eerst nog een paar kunstaasje noemen die de anderen goed aanvullen, maar ook vaak in sommige situaties overtreffen.
Dat ik deze aasjes als laatste noem, komt omdat ik ze ook apart meeneem op mijn visavonturen, gemakkelijk opgeborgen in een mapje. Het zijn uiterst makkelijk te vissen kunstaasjes zoals bucktailspinners, spinnerbaits en streamers. Vaak gebruik ik ze in zeer specifieke omstandigheden o.a. bij veel waterplanten spinner(bait) en gelokaliseerde vis (streamers).
Deze gemakkelijk te vissen kunstaasje heb ik in een mapje.
Samen met de andere geselecteerde kunstaassoorten, kan je nu elke situatie op het water het hoofd bieden en dat komt je succes ten goede. Met een beetje goede wil kan je al deze besproken kunstaasjes, in de aantallen die ik genoemd heb, in drie platte Planodozen meenemen en dat geeft veel extra ruimte in de boot en je eigen bovenkamer.
Zoals ik al eerder zei hoef je je natuurlijk niet te houden aan de merken die ik heb genoemd, al zijn het stuk voor stuk bewezen kunstaassoorten. Doordat je per soort kunstaas maar een beperkt aantal meeneemt, worden ze snel eigen en is de stap naar de anderen wat moeilijker te vissen soorten een stuk eenvoudiger.
Als je nu bang bent dat je voor een vistechniek te weinig keuze hebt, vergeet dan niet dat je veel kunstaas voor diverse technieken kan gebruiken. Een paar voorbeelden;
een dieplopende Ernie op 1 meter diepte gevist, kort achter de boot.
Stel dat je trolt op half water of nog ondieper. Dan kan je na het uitproberen van je tweede soort ondiep lopende plug nummer drie, vier, vijf, zes enz. gaan gebruiken, maar dat levert m.i. weinig extra’s op. Pak eens een diep lopende plug en laat hem kort achter de boot zwemmen, zodat hij ook op halfwater zijn kunsten vertoont.
Deze pluggen hebben vaak door hun grote lip een totaal andere actie, die wel het verschil kan maken. Door je veel kleinere meegenomen collectie kunstaas ben je sneller geneigd om te experimenteren, wat tot verassende ontdekkingen kan leiden. Een jerkbait trollend aanbieden of een spinnerbait, alles is mogelijk tot op zekere hoogte.
Ook kan je door je vistechniek te veranderen bij een bepaald soort kunstaas, deze een totaal andere actie geven. Om weer even het trollen met ondiep lopende pluggen erbij te halen het volgende. Je trolt deze plug met een gelijkmatige snelheid van bijvoorbeeld 4 km. per uur door het water. Maar als de vis dan niet thuis geeft, moet je toch iets anders verzinnen, waardoor ze wel actief worden.
Als eerste kan je de snelheid opvoeren in de hoop dat de rovers hun natuurlijke reflex gaan gebruiken en niet de tijd hebben om alles eens rustig te bekijken. Ook kan je het aas d.m.v. rukken steeds versnellen wat ook weer aanbeten kan uitlokken en ten derde kan je gaan slalommen met de boot, waardoor de plug bij iedere bocht gaat versnellen of juist stilvalt.
Je ziet dat je met één en dezelfde plug diverse acties kan creëren. Dit alles kan je ook met kunstaas doen dat je werpend wil presenteren.
geen waterplant in de buurt maar de Spinnerbait doet zijn werk.
De spinnerbait bijvoorbeeld, die je ook kan trollen, is natuurlijk bedacht om tussen de waterplanten zijn weg te vinden, zonder constant groen te haken. Vaak vissen we hem visueel dicht bij de oppervlakte, maar waarom laten we hem niet tot bij de bodem komen om ook deze onderste waterlagen af te vissen.
Omdat de haken naar boven gericht zijn en de bladen hier weer boven hun roterende werk doen, kan je hem prachtig over de bodem voeren wat ook weer iets totaal anders is en zeer succesvol. Waterplanten of niet dit kunstaasje is overal in te zetten. Je ziet dat je met de hoeveelheid kunstaas kan gaan minimaliseren, maar dat hoef je zeker niet met de mogelijkheden.
Een goede allround kunstaasvisser, die op elke situatie kan inspelen, moet elke soort kunstaas door en door kennen en het minimaliseren per soort zal je hierbij helpen. Ga je hierna weer meer experimenteren en je meegenomen hoeveelheid weer wat uitbreiden, dan ben je weer een stap verder.