image description

De haken en ogen van een vistrip: Wales deel 5

Het leed dat kamperen heet.

Tekst en fotografie: Geert Luinge

Hallo vismaat.

Hallo vismaat. Het is inmiddels 2020 geworden en deze knakker gaat binnenkort met pensioen, maar in vroeger jaren heb ik tijdens mijn vele vis-vakantie-trips nogal wat gekampeerd, in allerlei tenten op talloze campings in verschillende Europese landen en daarbij zijn een aantal incidenten en lastige- of komische situaties geweest, die ik je zal vertellen. Ofwel: er is nogal wat chaos geweest die onze visplannen in de war schopte. We zullen nu even een paar typische gevallen van vis-kampeer-ellende doornemen... Om je kapot te ergeren.

Volgende week laat ik je zien hoe onze Wales-vistrip plotseling dramatisch eindigde door een hevige storm, waarbij mijn tent de lucht in vloog...en hierboven zie je alvast het dreigende front dat naderde...

Maar... om het een beetje overzichtelijk te houden moeten we eerst terug in de tijd. Naar mijn allereerste vis-kampeer-avontuur bij de padvinders in de jaren zestig van de vorige eeuw, waar ik de enige was met rubber laarzen èn een zaklamp èn een zakmes  en daar maakte je destijds helemaal de blits mee... dus het kampeervirus had me al vroeg te pakken. Bovendien was ik de enige welp die met zijn zakmes een hele mooie 'hengel' uit een boomtak had gesneden (met prachtige inkervingen die de hengel eigenlijk alleen maar zwakker maakten, want na één keer 'vissen' was hij al geknakt).

In die prille jaren gingen we met het gezin op vakantie naar het zuiden, waar ik in mijn eigen 'kindertent'  buiten mocht slapen... en toen is de kampeer-ellende eigenlijk pas goed begonnen.  In de jaren daarna heeft het tentgebeuren altijd een grote (vaak negatieve) rol gespeeld bij onze vissessies en er zijn heel wat kostbare visuren verprutst door gehannes met de tent en gesodemieter op de camping. Wat ik bedoel ? Ik zal je een paar voorbeelden geven, in willekeurige volgorde. Allemaal wáár gebeurd in de afgelopen 50 jaar :

-  De haringen van de tent zijn onmogelijk in de grond te krijgen doordat het overal stenen zijn.

-  of... de haringen van de tent hebben geen grip in het zompige gras en alle scheerlijnen zijn losgewaaid.

-  of... de tent staat op een helling,  dus 's nachts rol je van je luchtbed af naar beneden.

-  of... de tent staat in een kuil, al het water stroomt naar ons toe en er staat een plas onder het grondzeil

-  of... de tent staat bij nader inzien toch pal in de wind en gaat waarschijnlijk te veel wind pakken (laatste camping op Wales, wordt vervolgd)

-  Onze tent staat vlakbij een goeie visstek, op een plek met een prachtig uitzicht, maar helaas ook vlak naast een boerderij waar ze de volgende ochtend de gier en stront over het land uitrijden... en die beerputlucht waait precies onze kant op. Geweldig uitzicht, gruwelijke strontlucht.

- Of... onze tent staat naast een maisveld dat verdomme precies vandaag geoogst moet worden. Op onze geplande visstek denderen de tractors en bulderen de oogstmachines langs de waterkant. Alle vis is verjaagd and no fishing possible.

-  Of... onze tent staat in een stadspark, bij een vijver waar het krioelt van de vis... en we vangen goed, maar ... de tuinmannen zijn de hele dag bezig met plantsoen onderhoud. Gras maaien, bomen snoeien, hout hakken, takken snipperen enzovoort. Wat een teringherrie ! Dus 's avonds hebben we een schorre stem, een halve hooikoorts en een hele hoofdpijn. Als we dan eindelijk rustig willen gaan slapen... begint er vlak naast de tent een uil te krassen... die daar nog uuurenlang mee doorgaat... Nietterusten !

-  Onze tent staat bij nader inzien toch ietsje te dicht bij de toiletten van de camping, want om de haverklap komt er een gore strontwalm langs, er wordt voortdurend met deuren geklapperd en tot diep in de nacht lopen er luidruchtige mensen over het knerpende grindpad vlak naast mijn tent. Je doet geen oog dicht ! En het ergste is: dat gaat allemaal ten koste van de visserij. Je moet toch scherp zijn... als je morgen wat wilt vangen.

-  De tent staat deze keer op een onschuldig ogende plek, naast een kabbelende beek waar uitdagende beekforellen springen, maar onder het grondzeil van mijn tent worden 's nachts tunnels gegraven door muizen. Ik word midden in de nacht wakker doordat het grondzeil onder mijn luchtbed omhoog wordt geduwd

en als we een paar dagen later de tent opbreken blijkt er een kompleet gangenstelsel en een groot gat te zijn geknaagd in mijn ooit-waterdichte kuipgrondzeil.

Het was oorspronkelijk altijd de bedoeling dat we zouden gaan vissen, maar het noodzakelijke kampeergebeuren gooide vaak roet in het eten.

Nog een paar voorbeelden van tent-ellende en andere narigheid tijdens onze vistrips :

-  We hebben tot diep in de nacht doorgevist en goed gevangen, dus we zijn pas om 03 uur naar bed gegaan, maar... onze tent staat naast een boerderij... en om 05 uur begint de haan te kraaien, dan beginnen de kippen te tokken, de varkens te knorren, dan begint de hond te blaffen, de koeien gaan loeien en een zwerm duiven vliegt klapwiekend op... om vervolgens op de noklat van jouw tent te gaan zitten en jouw tentdoek vol te schijten. Grrr. Laatmemetrust !

-  Of... de tent staat perongeluk in de buurt van een imker die een paar bijenkorven in zijn achtertuin heeft staan en daardoor barst het van de zoemende bijen. Bovendien staat er op de camping een openbare vuilnisbak waar het krioelt van de wespen en... die bijen en wespen gèk zijn op de geur van ons voer en lok-aas. Ze kwamen massaal de auto invliegen zodra je de achterklep opendeed. Wel eens meegemaakt? ... een zootje zoemende wespen in de auto terwijl je op een smalle landweg rijdt ? Gezellig !

Ik zie die beestjes toch liever op een bloem dan op mijn dashboard zitten.

- Onze tent staat vlak aan zee, op een mooi schiereiland aan de kust.

Het is diep in de nacht en we liggen in de tent te slapen... maar opeens begint het hard te waaien, want... in de verte nadert een knetterend onweer !  We zien de flitsen door het tentdoek heen en ik begin te tellen... ..drie-en-twintig... vier-en-twintig... Donder ! Dat betekent dat het onweer nog 24 gedeeld door 3 ...ofwel 8 kilometer ver weg is. (de snelheid van het geluid is 343 meter per seconde, dus ongeveer een kilometer in 3 seconden) Maar even later wordt ik bij elluf...twaaluf... al onderbroken door een keiharde donder en het onweer nadert bliksemsnel. De tent begint gevaarlijk te klapperen in de harde wind (scheerlijn losgeslagen),

de striemende regen klettert tegen het tentdoek boven ons hoofd en liggend in onze slaapzakken moeten we de rechtopstaande tentstokken stevig vasthouden om te voorkomen dat de tent tegen de vlakte gaat.

Maar... die ijzeren tentstokken zijn super bliksem-geleiders, dus die moet je juist niet vastpakken ! ... we kunnen dus maar beter uit de tent gaan vanwege die ijzeren stangen... !? ... maar dan gaat onze tent gegarandeerd tegen de vlakte... eh ... eh... Wat doen we? Hoezo crisis !

Gelukkig bleef het onweer vlak voor de kust hangen en kwam niet verder landinwaarts, maar we waren flink geschrokken... en later die nacht begon de tent ernstig te lekken... zodat we de volgende morgen met wallen onder onze ogen wakker werden in een zeiknatte slaapzak. Wat een toestand.

- In de loop der jaren stonden we op plekken waar we ruim uitzicht hadden over onze visstek en de tenten waarmee we op pad gingen werden steeds groter en luxer en vooral waterdichter, maar toen ik uiteindelijk een echte deWaard-tent had aangeschaft... (volgens kenners de RollsRoyce onder de tenten) moest ik in totaal 48 haringen de grond in jassen voordat die tent eindelijk stond ! Gaat toch allemaal van je vistijd af.

Onze buren hebben trouwens héél andere ideeën over hoe een tent eruit moet zien. Het ene stel kruipt in een neppe volkswagenbus om het stadse gevoel vast te houden, een ander bejaard echtpaar klimt bovenop het dak van hun fourwheeldrive alsof ze op safari zijn en zo heeft iedereen zijn eigen manier van kramperen.

We zetten onze tent op een heerlijk rustige plek in Wales waar we uitkijken over een weldadig groen grasveld. Ik tuig mijn vliegenhengel op en ga wat oefenworpen maken op het lege grasveld. Daarna loop ik naar de rotskust aan zee, waar ik op een piepklein streamertje meteen succes heb (geep, lipvis en pollak), dus ik sta daar lekker te vissen... maar... als ik een paar uur later terugloop naar de tent... zie ik in plaats van gras... alleen nog tenten en kampeerders. Weg rust en privacy.

En altijd en eeuwig is er weer een nieuw probleem.

- Met de tent is deze keer niks mis, maar wel met onze buurman. Hij heeft het plan opgevat om 8 vette worsten, hamburgers en kippenbouten tegelijk op de barbecue te flikkeren, maar hij is vergeten om houtskool te kopen en de kampwinkel is al dicht.

Hij heeft dus maar een kartonnen doos en een stapel glossy tijdschriften in de fik gestoken en daar gooit hij nu zijn rauwe vleeswaren bovenop. Uche uche, wat een rookgordijn. Bedankt buurman, wij hadden net de schone was buiten hangen.

Die idioot had trouwens ook een (waarschijnlijk zeer tijdelijke) vriendin die de hele dag zichzelf zat te bekijken in de achteruitkijkspiegel van de auto, die de volumeknop van de cd-speler zó ver opendraaide dat de accu leeg was, die in een doorkijkblouse over de camping liep (bij windkracht 5) en de hele dag met haar naaldhakken wegzakte in het gras.

Maar... midden in die nacht schrok ik wakker, doordat er een keihard schreeuwende ruzie opsteeg uit hun tent en ...ik weet het niet zeker hoor... maar ik vermoed dat zij er toen pas achterkwam... dat het háár glossy modebladen waren geweest, die hij op de barbecue had gepleurd.

Zo kan ik nog wel even doorgaan, want in 50 jaar vis-kamperen kom je een hoop ellende tegen. Bijvoorbeeld die laatste camping in Wales (Shell Island), waar ik voor de allerlaatste keer de restanten van mijn geknakte- en gescheurde tent bijeen raapte, nadat een hevige storm het complete campingterrein had verwoest. Maar dat dramatische verhaal vertel ik je de volgende keer.

Je kunt de vorige afleveringen over vistrips naar Noorwegen, Denemarken, de Middellandse Zee, Normandië, Bretagne en Ierland nog eens bekijken via deze link 

Vissersgroeten van  Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl