image description

De haken en ogen van een vistrip: Schotland deel 2

Tekst en fotografie: Geert Luinge

Hallo vismaat. 

Vandaag gaan we weer met de hengels in de achterbak op zoek naar een mooie stek in het woeste Schotse landschap, hopende op een nieuw avontuur aan de waterkant.

Ik kan niet garanderen dat we veel vis zullen vangen, maar we gaan ons best doen. Onze uitvalsbasis is het dorpje Dunbar aan de Schotse oostkust, waar we deze week de caravan hebben neergezet op een camping aan zee. Maar... zoals je weet ben je bij de visserij aan de kust altijd afhankelijk van het getij, en aangezien het nu laagwater is... gaan we eerst maar eens op verkenning. Kijken of we uberhaupt ergens bij het water kunnen komen... en ergens een hengel uitgooien ?

Aan de horizon zien we een spierwit eiland dat nogal de aandacht trekt, namelijk de meest beroemde natuur-attraktie in de wijde omtrek: Bass-Rock. Dat is een rots in zee die helemaal zit afgeladen met Jan van Genten. De Scottish Birdwatchers Organisation heeft ze voor ons geteld: hier zitten zo'n 150.000  Jan van Genten op een rots. Het is de grootste kolonie ter wereld. Dan moet het rondom die rots dus barsten van de vis, want er zijn ontzettend veel hongerige monden te vullen.

Maar... de heren Birdwatchers maken zich niet zoveel zorgen om wat er aan de voorkant ingaat, maar meer om wat er aan de achterkant uitkomt. Er was namelijk een bioloog die berekende dat deze vogels jaarlijks meer dan 150.000 kilo ammonia uitschijten, die ze droppen in zee... en sindsdien kan deze puur-natuur-vogelrots worden bestempeld als een van de meest verontreinigende milieudelicten van heel Schotland. Dus ... pure natuur is ook milieuverontreiniging !? Ik snap er niks van. 

Bij de camping werden we opgewacht door een Schotse hooglander die de zaak in de gaten hield. Op de achtergrond zie je het strand waar ik van plan was om met twee flinke strandhengels op de steunen extra ver te gaan werpen in een poging om misschien een hondshaai of een rog te vangen... maar toen ik bij het haventje vlak voor mijn voeten in het water keek zag ik een witte strook zand, waarboven gepen, pollakken en lipvissen heen en weer zwommen... dus ik kon meteen weer rechtsomkeert... om toch maar de lichtere spinstok te gaan halen. 

Na veel gesjouw en geploeter (die stenen zijn spekglad) had ik eindelijk een stek gevonden waar het rammelde van de vis. Vlak langs de kant zwommen de harders heen en weer... wat altijd een verleidelijk aanbod is, maar daar heb ik me al vaker op stukgebeten... dus dat is een no-go. Die harders zijn vreselijk schrik-achtig en wegzwemmerig en moeilijk-te-vangen. Mij niet gezien. 

Dus het leek me verstandiger om eens met een Toby lepeltje te gaan gooien in het verlengde van de diepste geul... en... meteen bij de eerste draai was het raak. Tenminste... ik kreeg een harde tik en zag iets glimmends plonzen aan het oppervlak, maar het hing niet. Daarna nog twee missers en helaas niet-hangers. Verdorie... zouden dat misschien gepen zijn... die niet gehaakt worden omdat de dreg te groot is?

Dus dan sta je daar tussen het blaasjeswier op de spekgladde stenen met je kunstaas-trommel te  klungelen, want je wilt een kleiner dregje monteren op datzelfde lepeltje... en dan sta je met een tangetje te frunnikken met een héél klein splitringetje (dat je vooral niet uit je handen moet laten vallen) en na veel gehannes zit dat mini-dregje er eindelijk op... en wil je verder gaan met vissen... maar... op het moment dat je je omdraait... schop je perongeluk tegen je kunstaas-trommel, die akuut van de glibberige stenen af kukelt en ondersteboven leeg stort tussen de waterplanten. Non de ju nog an toe. Maar... regen komt zonneschijn, of in dit geval... na een kwartier oponthoud vanwege trommel-opruimen en kunstaas-sorteren gooi ik dat lepeltje met mini-dregje te water en meteen... Bonk! ... en nu wel hangen! Een flitsende geep. 

Maar helaas was dat ook de enige geep, want de rest van de school stoof akuut in paniek de haven uit richting open zee. Dus dan zullen we nu eens kijken of hier ook lipvissen tussen het zeewier rondscharrelen? Ik pak uit mijn rotzooi-trommel weer dat tangetje en ga opnieuw staan frunnikken om dat dregje er weer af te halen... want achter de lepel knoop ik nu een stuk nylon van 30cm met daaraan een venijnig haakje. Als aas gebruik ik een stukje van een pok of limpet die ik met een mes van een rots afsteek, want dat is lekker taai vlees dat goed op de haak blijft zitten en lipvissen zijn er gek op. Ik werp dat zaakje vlak achter de rand met waterplanten... laat het naar de bodem zakken... en ga met korte rukjes heel langzaam binnendraaien... de lepel waggelt over de bodem... de beaasde haak wappert erachter... dat trekt meteen de aandacht van elke vis die in de buurt zwemt, dus al gauw... Tiktik... Trr Trr... Kets !  Een ballan-wrasse die mijn spinhengel lekker krom trekt. Jolly good fellow !

Maar ja, dan wordt het weer eb. Dan trekt de zee zich terug en vallen er duizenden hectares strand en slikken droog. En daarin zitten miljoenen sappige zeepieren verstopt, die ik nu ga zoeken, omdat ik vers aas nodig heb voor de haaien en de roggen die ik vanavond hoop te vangen. 

Het vangen van een hondshaai en/of kathaai is meestal niet zo moeilijk, als ze er zitten. Je hebt er geen speciale uitrusting voor nodig, je hoeft niet subtiel te vissen en je hebt meestal gauw beet. Het enige belangrijke is: super-vers aas!  Hoe bloederiger hoe beter. Hoe sappiger hoe lekkerder. Bij voorkeur een strip verse makreel of haring, maar een flinke tros verse zeepieren lusten ze ook wel. Met lekker veel olie en sappen en geurstoffen die zich onderwater snel verspreiden. Ik heb in het verleden nogal zitten kliederen met rubby-dubby en stinkend visafval in allerlei voerkorven en geprobeerd om geurend visafval in een voerkorf vlakbij mijn beaasde haak te krijgen om de vis te lokken, maar aan zee werkt dat niet. Vooral vanwege de stroming, maar ook omdat zo'n volle voerkorf een lastig  zwaar werpgewicht is met veel weerstand in de lucht en in het water. 

De laatste tijd pak ik het anders aan. Geen voerkorf meer, maar het aas injecteren met pilchard-olie of bestrijken met een sterke geurstof. Inwerpen... naar de bodem laten zakken... lijn strak draaien...  maar... het aas vanaf nu niet meer verplaatsen. Het geurspoor op de bodem is begonnen en afhankelijk van de stroming verplaatst het zich langzaam stroomafwaarts om vis te lokken... en dat spoor mag niet meer onderbroken worden ! Ik weet nog hoe de ervaren schipper van onze haaien-expeditie in Ierland ontzettend sjagrijnig werd toen wij in onze domme onschuld de rubby-dubby zak uit het water hadden gehaald om hem bij te vullen met verse makreel. No no no ! You should never break a scent trail !  Fish will lose that trail and stop swimming in the right direction. Now we will have to wait much longer. Damn !

Zodra je een geurend aas op de bodem een paar meter zou verplaatsen... wordt dat geurspoor meteen verstoord en zal de aanzwemmende vis je aas veel moeilijker kunnen vinden. Dus het aas moet echt stil blijven liggen om optimaal vis te lokken. Dat betekent dat je na het inwerpen de lijn niet zo strak moet draaien dat het lood gaat verschuiven. Maar... dat wil niet zeggen dat je het een hele lange tijd moet laten liggen. Juist wèl vaak inhalen en steeds aas verversen en weer opnieuw ingooien en een nieuw  geurspoor trekken... levert meestal meer vis op dan lang afwachten met aas op de haak dat allang zijn geur heeft verloren, of al door de krabben is aangevreten. Maar één ding is zeker: zodra die geurstoffen worden opgepikt door de sensoren in de neus van een haai...   zwemt hij gegarandeerd achter zijn neus aan... richting jouw aas. Duurt nooit lang. 

Het vangen van een rog is een stukkie lastiger, omdat het aas meestal al is opgegeten door een hongerige hondshaai, voordat de wat trager zwemmende rog het heeft gevonden. Met een schuivend lood op de hoofdlijn (minder weerstand en mooiere aanbeten), met een extra lange wapperlijn (de rog gaat met zijn platte buik op het zand op de onderlijn liggen), met een haaklijn van minstens 60 honderdste fluorocarbon tegen de scherpe tanden en aan het eind een stevige haak (of cirkehook) met een flinke dot geurend aas... maak je de meeste kans. Helaas is het me tijdens deze Schotse trip niet gelukt om er een te vangen (we trokken al vrij gauw het binnenland in), maar de roggen die we jaren geleden in Ierland vingen... stonden nog steeds in het geheugen gegrift.     

In de categorie 'overig wild' kan ik nog melden dat het op sommige plekken barstte van de spider-krabbetjes, die er niet alleen verdomd alien uitzien, maar ze kunnen ook verbazend hard rennen. Ik kon nog net deze foto maken, maar een tiende seconde later was hij al weer weggesprint en verdwenen tussen het blaasjeswier. 

Tijdens mijn speurtocht naar vis kwam ik ook terecht bij de plaatselijke visboer, waar ik niet alleen een paar héle dure zeebaarzen zag liggen en een zak verse garnalen kocht, maar op de toonbank ook een eigenaardig beest zag liggen, waarvan ik deze foto maakte. Quizvraagje:...Wat zou dit zijn ? Zie jij wat het is ? 

We zullen er meteen een tweede plaatje aan toevoegen, dat je waarschijnlijk wel op een idee zal brengen. Het was een beest dat bij die visboer maar liefst 75 euro kostte... en ik schrok niet alleen van de prijs, maar ook van zijn vreselijke bek vol tanden. Nooit geweten dat een kreeft er van dichtbij zo horror-achtig uit zou zien. Die rode flappers zijn de lamellen onderaan de buik, waar bij de vrouwtjes de eieren aan vast zitten. Ja, behalve vissen leven er onderwater nog veel meer wonderlijke wezens die aan ons aas kunnen knabbelen. 

Een vriend van me ving ooit een keihard klapperende kreeft aan de hengel, en die dingen zijn verdraaid sterk en kunnen veel weerstand bieden tijdens de 'dril' , maar eerlijk gezegd zat deze kreeft niet gehaakt aan het aas, maar hij zat hopeloos verstrikt in de onderlijn, waar hij met zijn acht poten een macramé breiwerkje van had gemaakt. 

We zijn van plan om morgen het Schotse binnenland in te trekken, dus voorlopig moeten we helaas even afscheid nemen van de zoute vissoorten aan de kust. Maar gelukkig zijn we dan ook niet meer afhankelijk van de alles-bepalende invloed van het getij op onze visplannen. Want als er geen water is... kun je ook niet vissen... en dat is altijd jammer. 

Tijdens een laatste rondrit langs de kust zien we bij eb in de verte een eenzame zeehond op het drooggevallen slik liggen, maar bij vloed komen ze als tamme varkens in de haven rondsnorkelen en dan komen ze soms vlak voor je voeten langszwemmen.

Met een laatste blik achterom zie ik in de verte op zee een vissersboot uitvaren en we nemen afscheid van de zee. Benieuwd wat de komende weken ons gaan brengen in het Schotse binnenland. 

Tot dan. 

Vissersgroeten van Geert Luinge: email:  g.luinge2@upcmail.nl

In de vorige afleveringen van deze allround-praktijk-serie over het vissen in het buitenland lees je de avonturen die we beleefden in Noorwegen, Denemarken, Bretagne, Normandie, Ierland, Wales en de Middellandse zee ... via > deze link <

 

ANDEREN LAZEN OOK