image description

De haken en ogen van een vistrip : Normandiƫ deel 2

Tekst en fotografie:  Geert Luinge

Hallo vismaat. Vandaag gaan we weer op zoek naar vis aan de Cote Opale van Normandië, maar vorige keer had ik je verteld dat het op mijn geplande visstek barstte van de zeehonden, dus we moeten een nieuwe list verzinnen.

Om je een idee te geven van het verschil in getij (en de invloed daarvan op onze visplannen) zie je hieronder twee foto's van dezelfde strekdam... met een tijdsverschil van 6 uur.

Toen ik bij eb op deze stek stond had ik er weinig vertrouwen in om wat te vangen, maar bij vloed kreeg ik meteen de neiging om met een plug te gaan gooien in de hoop op zeebaars. Dus ik heb daar fanatiek staan smijten met allerlei soorten kunstaas, maar... helaas geen baars gezien en geen aanbeet kunnen uitlokken.

Bovendien... de concurrentie was enorm. Niet alleen de zeehonden zwommen konstant heen en weer, (dus die joegen sowiezo alle vis de stuipen op het lijf), maar ook de aalscholvers stonden op de uitkijk en de meeuwen hielden een oogje in het zeil, waardoor er voor mij als visser weinig overbleef.

Ik zocht op de kaart naar een nieuwe stek en zag dat er een eindje verderop een brak binnenmeer is...waar ik misschien een hengel kan uitgooien? We besluiten om er een wandeling naartoe te maken, met in de rugzak mijn telescoophengel, een doos kunstaas en een bak stinkende zeepieren, dus ik had er goed zin in.

Vanuit de verte zagen we al dat er eenden ronddobberen... maar wat zitten die stil... ze zwemmen helemaal niet...

Zodra we dichterbij komen blijken het houten lok-eenden te zijn. Dan begint mijn vriendin opeens onrustig te worden, want ze ziet ergens een schutters-hut en ze denkt dat we op een jachtterrein lopen waar straks met jachtgeweren geschoten gaat worden. Ik kijk om me heen of er misschien een vlag- of bal is gehesen en zie niks hangen, maar dat maakt weinig uit, want  " We moeten hier weg ! "  Zucht... daar gáán m'n visplannen.

Ik loop nog even haastig langs de oever van de plas en zie duizenden piepkleine visjes in het kraakheldere water. Ik til wat waterplanten op en scharrel wat in de oeverzone en... daar glibbert opeens een glasaaltje tussen planten vandaan. Geinig.  Heb ik toch nog wat gevangen ! Maar eerlijk gezegd was dit dus de zoveelste mislukking. Weer een visplan naar de klote.

Enfin... ik was nog steeds op zoek naar een bevisbare stek, dus we rijden langs de kust en komen in een dorp waar het strand bestaat uit grind ... in plaats van zand. Dat is goed waardeloos, jongen. Niks niet lekker liggen op je badhanddoek, klote lopen over die knarsende stenenmassa, spekgladde keien aan de waterlijn, pootje baaien vergeet het maar en ...een hengel uitgooien overdag is verboden... Merde !  Iedereen zit elkaar verwonderd en teleurgesteld aan te kijken. Zo van: noemen ze dát nou een strand ?

Dus dat betekent: gauw doorrijden en zoeken naar een fatsoenlijker stek. Die vond ik uiteindelijk ook en ik heb daar een paar uur lekker staan uitwaaien op een vlak zandstrand...  maar... er zijn nog méér problemen en akkefietjes die je als visser kunt tegenkomen als je op pad bent.

Zoals bijvoorbeeld:... een hond die met z'n neus in je vistas staat te wroeten... of een hond die met z'n lompe poten je hengelsteun omver loopt ...of een hond die met zijn nagels tegen je peperdure waadpak opspringt.

Deze keer was het een agressief keffend Frans opdondertje dat mijn visrust verstoorde. Het beestje was amper dertig centimeter hoog, maar zorgde voor een berg aan overlast. Ik denk dat er gemiddeld twee van die Franse ukkiehondjes passen in één gemiddelde Engelse dog, en dat is natuurlijk goed nieuws van het strontfront (want hoe kleiner de hond hoe kleiner de kont en hoe minder de stront), maar deze opdondertjes kunnen gemeen vals keffen en bijten en ze hebben vaak last van hoge bloeddruk.

De bazin van dit mormel verzekerde me dat het opgewonden blaffertje absoluut niet lastig was, maar ze had eerlijkgezegd ook niet verwacht dat het kreng er uiteindelijk met mijn boterhammen vandoor zou gaan.

Tenminste... dat klote-keffertje pakt brutaalweg mijn lunchpakket uit mijn vistas... en rent er mee weg... en ik zie zó al mijn overheerlijke boterhammen door het zand rollen. Dat misbaksel ruikt nog even aan een broodje... hapt er de plak ham tussenuit en rent dan keffend en kwispelstaartend verder. Potjandozie !

Die middag was ik vrij vroeg thuis. Ik had wel een paar (ondermaatse) zeebaarzen gevangen en had nog best lekker staan vissen, maar toch ietsje te veel honger. Dus ik stelde voor om uit eten te gaan. Iets typisch Normandisch graag.

Wat ik niet snap is dat ze hier in de restaurants een zogenaamde specialiteit hebben die helemaal niks voorstelt. Overal zie je Moules Frites op de menukaart staan ( gekookte mosselen met frites), maar als je dat bestelt krijg je een pan vol mini-mosseltjes, die van zo'n zielig babyformaat zijn dat ze bij ons in Yerseke zeggen: die moeten eerst nog een paar jaar doorgroeien. Wat is zielig in het Frans ? Kortom: voor de mosselen hoef je niet naar Normandië.

Dan tussendoor nog een culinaire tip voor de viskoks onder ons: Mocht je ooit van plan zijn om een zelfgevangen krabben-soep te maken (met gefruite uitjes, boursin en vers geplukte zeekraal), zoals de gek hierboven, doe er dan vooral géén extra zout bij, zet de brander op maximaal en laat het zaakje goed doorkoken. En bedenk wel dat de stront van die krabben nu ook in je soep zit... en dat daar nog een hééleboel zand uit gaat komen... dus dit bleek achteraf toch niet zo'n succes. Of laat ik het anders zeggen... ik heb wel betere soepen gemaakt.

Het werd tijd om op onderzoek uit te gaan. Onder water. Ik trok mijn geile rubberen wetsuit aan, spugde in mijn duikbril, flapte in mijn flippers, snorkelde door mijn luchtpijp en ging onderwater op zoek naar vis. Het meest benieuwd was ik naar die stek bij de zeehonden. Zou je daar nou wèl of niet vis zien zwemmen ?

Ik liet me meevoeren door de stroming (oppassen dat je niet te ver gaat, want daarna moet je dat hele roteind weer tegen de stroming terugzwemmen) en ik had vantevoren ingeschat waar ik de meeste kans op vis zou hebben. Langs de rand van de zandbank zat een richel waar het water ineens dieper werd en daar lag een strook schelpenzand waar volgens mijn theorie platvis zou moeten rondzwemmen.

En verdomd, precies op de plek die ik vooraf vanaf de kant als meest kansrijke had uitgekozen lag er opeens een dikke bot, die me wazig aankeek. Dat gaf me eindelijk een goed gevoel en een beetje vertrouwen voor de toekomst. Want deze bot lag dus op 50 meter afstand van een zandbank vol zeehonden. Maar... ligt die er vanavond nog steeds? ... of is 'ie dan al opgegeten ?

Soms zwem je tussen de vissen zonder dat je het in de gaten hebt. Dan lijkt het alsof er stukjes zeewier en apenhaar om je heen zweven, maar als je beter kijkt en dichterbij komt zie je dat het geen blaadjes zijn maar dunne slanke visjes. Als je dan inzoomt op zo'n zeenaald (familie van het zeepaardje) ... is het eigenlijk best een mooi visje.

Ik zou hem graag willen bijschrijven op mijn gevangen-soortenlijst, maar ik geloof niet dat er in mijn vistrommel een haakje zit dat klein genoeg is voor dit mummelmondje. Je bent een héle knappe visser als je een zeenaald kunt aankruisen op je soortenlijst. Mij te moeilijk.

Tussen de stenen scharrelden allerlei 'gewone' krabben (zoals in mijn mislukte soep), maar ook een paar spider-crab babytjes van zo'n 10 cm. Nou heb ik altijd weinig moeite met het vastpakken van een krab (gewoon bij zijn achterpoten), maar deze alien monstertjes lijken veel meer op een spin dan op een krab en zoals je weet staat de spin op nummer 1 van de meest bangmakende beestjes. Ten onrechte, maar toch.

Dus om deze foto te maken moest ik die spinnekrabbetjes in een emmer zien te krijgen zónder ze vast te pakken ( dan zouden er trouwens ook poten gaan afbreken).

Dus dan neem je een fijnmazig schepnet en ... maar... weet je hoe hard die engerds kunnen rennen ? Die hou je niet in een schepnet. Die sprinten er op hun haastige hoge poten vandoor. Nee, het heeft me heel wat moeite gekost voordat ze eindelijk in de emmer zaten.

Meteen na de foto mochten ze natuurlijk weer terug, dus toen ging ik ze vrijlaten op de strekdam... en daar liepen twee meisjes die nieuwsgierig in de emmer wilden kijken... maar daarna héél bang begonnen te gillen en hard wegrennen... toen ik de emmer voor hun voeten omkeerde. Zijn spinnen dan echt zó eng ? Maar dit zijn krabben. Stel je niet aan.

Er is hier in Normandië een toeristische attraktie die ik je als visser van harte kan aanbevelen. Het schitterende zee-aquarium Nausicaa in Boulogne sur Mer, dat móet je gezien hebben. Ik heb in mijn leven al heel wat aquariums gezien, maar deze staat zeker in de top drie van allermooisten.

Er zweven flinterdunne dodelijke kwallen met meterlange neteldraden in een gewichtsloos vacuum, er zwemmen vissen die afkomstig lijken van andere planeten, en er zitten zeesterren tegen de ruiten die zo groot zijn als een fietswiel.

En gelukkig zwommen er ook een paar kabeljauwen, want die had ik op mijn laatste vistrips naar Noorwegen nog maar zo weinig gezien.  Ahum.

We waren zeer bekoord door de schoonheid van de natuur in het prachtige aquarium, maar bij buitenkomst werden we hardhandig wakker geschud, toen we weer door de 'gecultiveerde' mensen-wereld liepen... en op de boulevard zagen ... wat die rare Fransozen hier aan vreselijke bouwstijlen naast elkaar durven neer te zetten. Wat vind je hier van ?  Als je er lang naar kijkt krijg je hoofdpijn.

Hoewel ik dus mijn hengels in de achterbak had klaarliggen leek me dit toch géén goeie plek om een aasje uit te gooien. Maar wat ik wèl kon doen was... op zoek gaan naar de plaatselijke hengelsportzaak om daar info in te winnen over de beste stekken in de buurt.

Dus ik liep met mijn groezelige visjas en mijn stinkende modderlaarzen langs uitsloverige miljonairs villa's met brede oprijlanen en door vreselijk dure- en chique winkelstraten, langs winkels vol goud en juwelen en tientallen boutiques en parfumeries vol opdringerige geurtjes en walmpjes. Weet je wat ik dan altijd denk... als ik langs zo'n Ici-Paris of zo'n Douglas parfum-winkel loop ? Dan denk ik: Wat zou jij nou liever hebben ...als je verkering krijgt met een meisje ...? 

Een meid die de hele dag op haar naaldhakken in de beautyshop allerlei deodorants, eaudetoilettes en parfums loopt te spuiten... of een meid die de hele dag op haar laarzen bij de ijmuider visafslag kibbeling staat te bakken ? Ik weet het wel. Ik zou toch echt kiezen voor die vismeid. En ik zou haar aanraden om voortaan nog wat dichter bij de gerookte palingen te gaan staan.

Maar heb je daar in Normandië dan verder helemaal geen grote vissen gevangen? Waar zijn die netten vol vis en waar blijven nou die foto's van die 80 plus zeebaarzen ? Is deze poon dan de enige vangst die je ons tenslotte nog kunt tonen ? Ja, inderdaad. En daar schaam ik me niet voor !  

Waarschijnlijk snap je er niks van, maar deze knorrende poon maakte me dolgelukkig, toen ik na een heleboel pogingen en hindernissen op de laatste dag van mijn vistrip eindelijk een prachtige aanbeet kreeg en aan een zelfgestoken zeepier deze prachtige vis boven water haalde. Kijk, daar word ik nou gelukkig van. Stom hè.

In de volgende afleveringen gaan we op zoek naar vis en avontuur in... Bretagne.

Daar is de visserij stukken beter, zegt men. We gaan het zien. Tot dan.

Vissersgroeten van Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl

ANDEREN LAZEN OOK