image description

De haken en ogen van een vistrip: Ierland deel 5

Tekst en fotografie: Geert Luinge

Hallo vismaat.

Deze keer gaan we op verkenning door de binnenlanden van ierland. Dus vandaag geen zoute vis, geen haaien, geen congers, geen gullen en geen lipvissen, maar zoet kabbelende beekjes, traag stromende rivieren en kraakheldere meren met andere vissoorten, zoals snoek, baars en forel. Kijken wat we tegenkomen.

We rijden vanaf de kust door een paar verlaten dorpen en daarna via een kronkelweg door de bergen, waar we geen sterveling tegenkomen.  Alleen gras, struiken, stenen, af en toe een paar schapen, heel veel bochten en laaghangende mist. Dat is best een byzondere ervaring, als je gewend bent om in Holland met een vaartje van 100km per uur over de snelweg te blazen. Dus: verkijk je niet op de afstanden en de reistijd als je hier in ierland een visplan maakt.

Bovendien rijd je aan de linker kant van de weg, meestal in je eigen Hollandse auto, dus dan kun je niet goed de bocht om kijken en zie je een eventuele tegenligger pas laat aankomen. Dus rustig an.

Zorg er ook voor dat de benzinetank goed vol zit, want in deze kale wildernis is het volgende tankstation vèr weg en een zak frites halen bij de Mac kun je hier ook wel shaken. Dus dat wordt een beetje survivallen in de wilde natuur.

Mijn zoon Micky, die thuis alle survival-programma's van Discovery had bekeken liep in ierland te patsen met zijn multi-purpose zakmes, zijn ingebouwde kompas en zijn magnesium-stick voor het kampvuur, dus die kon zich lekker uitleven. Toen hij in een bergbeek bij een watervalletje een paar forellen zag zwemmen ging hij er sluipend met een hengel achteraan... en na een paar vreselijke missers lukte het hem om 'voor het eten te zorgen'. Dat is goed voor zo'n jongen. Daar wordt 'ie man van. Dat geeft hem zelfvertrouwen. Goegedaanjoh. Schouderklopje.

Een eindje verderop werd het water breder en we zagen een forel springen aan het oppervlak. Het viel me op dat de mini-spinnertjes die we gebruikten erg vaak werden aangetikt, zonder dat de vis hing. Na tientallen gemiste aanbeten op de spinner was het tijd om over te schakelen naar de vlieg.

Ik tuigde een hengel op met een vlokdobber, een paar loodhagels en een 12 honderdste onderlijn van 50 cm met aan het eind een goudkopnymfje uit de vliegentrommel. Nou dat ging goed ! Je hoefde niet te beazen, je kon met die dobber makkelijk onderhands ingooien, je was tòch aan het vliegvissen (dus in fly-only wateren mag je ook op deze manier vissen) en de forel(letjes) waren er gèk op.

Even een culinaire tip tussendoor: beekforel is erg lekker als je hem schoonmaakt, afdroogt, bestrooit met viskruiden en eventueel wat groenten in de buikholte... dat verpakt in een dubbele laag aluminiumfolie... en dan een kampvuur maken.

Eerst ga je stenen verzamelen en die in een cirkel neerleggen, dan droge tondel zoeken, takjes en sprokkelhout zoeken... aansteken met je magnesiumstick... en op de rand van het kampvuur de forel 'en papillotte' gaar stomen in zijn eigen vocht. Twintig minuten later zit je te smullen van je zelfgevangen vis. ( als je geen alufolie hebt zoek je op het strand naar kelpbladeren of zeewier en leg je de vis daartussen). Samen je zelfgevangen vis eten... buiten bij het kampvuur... zo is het al vele duizenden jaren geweest... en zo hoort het.  Als vanouds.

We reden langs een bergmeer waar het water zo helder was dat je de baarzen op de bodem kon zien... maar dán gaat deze jongen dus meteen een hengel pakken ! Ik tuigde snel mijn lichtste spinhengel op, molentje met dunne gevochten lijn, 16 honderdste fluoro voorslag, twistertje eraan... Boem! Vette baars.  Dat ging lekker.

Maar... opeens zag ik een eind verderop een kolk en een grote vis uit het water springen. Zou dat een jagende snoek zijn ? Maar dan moeten we nu dus staaldraad gaan monteren vanwege de snoekentanden.

Alleen... als je één snoek hebt gevangen is dat staaldraad meestal gekinkt en na een paar vissen sta je met een kringelend zootje dat de prullebak in kan. De moderne titanium onderlijnen zijn wat dat betreft minder knik-gevoelig (maar natuurlijk duurder) en ook dik fluorocarbon met sleeves (minstens 70 honderdste) voldoet tegenwoordig goed. Maar ook mèt staaldraad ving ik die baarzen, dus dat stelde me gerust.

Die grote snoek liet het voorlopig even afweten, maar ik zag aan de oever tussen de waterplanten wel een schattig snoekje staan. Het is nog een kleuter (kijk maar naar de schaatsenrijder op de voorgrond), maar nu al een hongerige rover. Ik zag hem in kniediep water jagen op kikkervisjes. Die heeft nog een hele toekomst voor zich.

Dat deed me denken aan de snoekjes die ik jaaaren geleden in het aquarium in mijn huiskamer te gast had. Als zo'n snoekje honger had ging hij jagen op een prooivis... en dan had hij vaak héle grote honger. Dan at hij aasvissen die de helft waren van zijn eigen lichaamslengte, dus dat mag je wel 'flinke trek' noemen.

'Lots of appetite' zeggen de ieren... en ze balen van de vraatzucht van de snoeken. Omdat die snoeken hun forellen opeten en dat is niet de bedoeling. Volgens hun dan. Dus daarom zijn er in het verleden in ierland helaas vele duizenden snoeken expres 'vernietigd' omdat men liever de edele zalmen en forellen wou beschermen.

Ja, de snoeken in ierland hebben het hard te verduren gehad, maar gelukkig gaat het de laatste tijd beter en in de grotere wateren zoals Lough Derg kun je gelukkig nog steeds hele beste bakken van snoeken tegenkomen.

Het vangen van ècht grote snoeken is meestal een kwestie van veel ervaring en stug doorzetten. Je moet sowiezo veel tijd investeren, grotere- en diepere wateren bevissen, een goede stekkenkennis opbouwen van het water, uitgekiende technieken en oersterke materialen gebruiken en ... veel geduld en geluk hebben.

Maar als je doorzet, volhoudt, regelmatig je aas ververst en geen fouten maakt, dan kun je uitendelijk met een mega-snoek op de foto, zoals een vriend me laatst toestuurde.

Ik zat op dat moment in mijn tent naast een meer in ierland, waar ik verliefd was op een schattig klein snoekje... maar hij stuurde me een nogal confronterende foto van een monster dat hij gisteren had gevangen...  Allemachtig !

Hij zette 'gewoon' twee hengels op de steunen aan de oever van zijn stek, voerde vooraf flinke stukken aasvis met een radiografisch bestuurbare voerboot, zette twee zelfhaaksystemen neer met twee grote getakelde dooie aasvissen eraan, had electronische beetverklikkers met alarmerende lichteffekten in de slaaptent, een stretcher, een slaapzak, een thermosfles en een pot bier ...

en vooral onbeperkt internet op de smartphone.

Dus die zat op zijn eigen succesvolle manier te karpervissen... sorry, ik vergis me... te snoekvissen. Een tijdje later stuurde hij me nóg zo'n plaat van een kneiter, deze keer gevangen door zijn broer, met hetzelfde high- tech- bait- boat- rod- pod- auto- alarm- sleep- well- dead- bait- self- hook- system.

Sodemieters ! 

Het systeem werkt goed, dat valt niet te ontkennen. Maar... op een stretcher liggen in een tent met een koptelefoon op en een smartphone in je hand...  dat heeft volgens mij weinig met vissen te maken. Of ben ik nou te ouderwets ?

Snoekvissen is voor mij: aktief struinen langs het water met een spinhengel en een trommel kunstaas, talloze worpen maken met spinners en pluggen, verschillende wateren afstruinen, uitdagende rietkragen opzoeken, langs randen van plantenbedden gooien, allerlei hoekjes uitkammen... enzovoort. Kortom: ontzettend aktief bezig zijn. Veel lopen, konstant werpen, overal zoeken en weinig stilzitten. En dan vang ik op een middag meestal wel een aantal snoeken.

Maar voor de ècht grote snoeken van ver òver de meter moet je het blijkbaar aanpakken zoals deze jongens. Ook al liggen die soms de hele dag passief op een stretcher te wachten op één enkele aanbeet. Je moet er wat voor over hebben. Ieder zijn meug.

Ik had je beloofd dat ik een paar kiekjes zou maken van de dieren die we onderweg tegenkwamen, dus ik ben op mijn buik in het natte gras gaan liggen om twee parende libelles van dichtbij te bekijken en ik zag op een boomstronk een dikke kever kruipen die ik nog nooit had gezien. Naast hem zat nog een andere tor of kever... die er heel anders uitzag. Dat was de bruine buurman van die groene glimmerd.

Stel je toch eens voor... dat jouw éne leven hier op aarde niet in een mensenlichaam, maar in een kever-lichaam terecht was gekomen. Dat je in de schepping geen mens, maar een kever was geworden. Zou je dan ook iets kunnen denken ? Vast wel. Wat zou je dan denken ... als je een kever was ? ... of een vis ?

Zo kunnen mijn gedachten tijdens het vissen altijd heerlijk afdwalen. Dat is het heilzame van onze hengelsport. Geen stress, geen haast,  genieten van de natuur om je heen en leven in het moment.

Don't worry, be happy, go fishing.

Nu ik toch met de camera rondloop laat ik nog even de futenfamilie zien die langskwam op mijn stek. Zonder vogels zou het vissen een stuk minder interessant zijn. Als je goed om je heen kijkt zie je zo veel verschillende soorten rondvliegen. Soms komen ze zwemmend langs je dobber, soms waggelend door het gras, meestal vliegend door de lucht... en af en toe zelfs vertikaal klimmend tegen een boom.

Het trommelende geluid van een specht die tegen een boom ratelt, het gesnater van de eenden, het gekwaak van de kikkers, het gezang van de merels, het gekwetter van de eksters, het gekoekoek in de verte en het ge-oehoe van de uilen. Dat is de prachtige natuurlijke achtergrondmuziek die bij onze hobby hoort. Ik hoor het graag. Zonder koptelefoon.

Maar... wat ziet mijn oog ?  Er zwemt vlak voor de kant een knappe forel... en een eindje verderop nóg een. Eerst gauw een paar foto's maken en dan bliksemsnel de vliegenhengel tevoorschijn halen. Maar... langs de oever staat het vol met bomen en struiken, dus daar verspeel ik al gauw een paar vliegen in de takken... en dan moet ik weer een nieuwe onderlijn knopen... Zucht. Vliegvissen blijft een uitdaging.

Met weemoed denk ik terug aan vroeger, toen ik samen met mijn vader op sprinkhanen-jacht ging. Als je door het hoge gras liep sprongen de krekels alle kanten uit,  dus... even wat sprinkhanen vangen... voorzichtig in een doosje doen... voorzichtig uit het doosje halen (oppassen dat de rest er niet uitspringt) , subtiel in het kontje prikken en stroomopwaarts van de forel op het oppervlak leggen... Zo deden we dat toen.

Het werkte geweldig goed. Het was natuurlijk aas waar de forellen gèk op waren. Zo'n krekel blijft spartelen en de aandacht trekken... die forel heeft hem akuut in de gaten... een kolk.. een flitsende lijn... een kromme hengel en een gelukkige visser. Daarna belandde zo'n forel meestal op de barbecue of in de rookoven. Niks mis mee.

Maar tegenwoordig moet je eerst op internet uitzoeken of je hier überhaupt wel mag vissen, je moet ergens een visvergunning te kopen... waar meestal op staat dat het een fly-only water is, dus alleen vliegvissen.

De 'old-school' technieken met levend aas zijn meestal verboden en er zijn allerlei regelementen, voorschriften en beperkingen. Dus... er is nogal wat veranderd in de loop der jaren. Het vrije vissen in de wilde natuur is 'gereguleerd' en heet nu hengelsport. Jammer, maar wel begrijpelijk.

Maar...  toen kwam er weer zo'n pijnlijk moment uit de dagelijkse praktijk : Terwijl ik daar dus best een knappe forel sta te drillen... heb ik hélemaal niet in de gaten... dat het gras aan de oever van de beek ... vól ligt met koeien-flatsen... en je voelt hem al aankomen...

Ik glij me daar toch uit in de koeienkak ! Zat er hélemaal onder. Gelukkig kon ik die forel veilig landen en onbeschadigd terugzetten, maar de rest van de dag liep ik rond met de rustieke, doch penetrante odeur van verse koeienstront.  Dat zijn de haken en ogen van een ierse vistrip. 

Het werd tijd om naar huis te gaan. De avond viel, de wind ging liggen en de horizon kleurde oranjerood. Na een lange rit door de bergen arriveerden we terug op onze basisstek aan de kust, waar we de volgende keer weer met een boot de zee op gaan. Met een groep vismaten op zoek naar haaien, congers, vleten, roggen, tarbotten... enzovoort.

Je kunt de vorige afleveringen over vistrips naar Noorwegen, Denemarken, de Middellandse Zee, Normandië en Bretagne nog eens bekijken via deze link 

Vissersgroeten van  Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl

ANDEREN LAZEN OOK