Cuba-avontuur (1)

Cuba-avontuur (1)

Door Leon van Hagen

Cuba, wat ‘groen van binnen’ betekent, het land van rum, koffie, sigaren en Fidel/ Raoul Castro, werd onze vakantiebestemming dit jaar. We streken neer op het schiereiland Varadero, hetgeen ‘ondiep water’ betekent.

Dit is een landtong van zo’n 20 kilometer lang, met aan de noordkant de Atlantische Oceaan en aan de zuidkant een soort binnenzee, dit alles op zo’n 2 uur van het werkelijk schitterende en sfeervolle Habana. Zo noemen de Cubanen de hoofdstad Havana, want die naam is door Uncle Sam verzonnen.

Onze timing was niet al te lekker; orkaan Isaac scheurde langs Cuba en zo hadden we de eerste 3 dagen slecht weer. Uiteraard was ook dit jaar de reishengel met toebehoren ingepakt om daar het een en ander eens te onderzoeken qua vismogelijkheden. Eén pech van te voren; de batterijoplader van mijn goede digitale camera bleek zoekgeraakt. De oude camera moest dus mee en die geeft helaas een minder goede kwaliteit foto’s af.

De Cubanen zijn arm. Van de socialistische staat krijgen ze allemaal een salaris van 13 euro per maand en daar kunnen ze een week van leven, voor de rest is het een kwestie van bijbeunen. Vissen heb ik ze volop zien doen, nagenoeg alles met handlijnen. Er is namelijk weinig tot niks verkrijgbaar op hengelsportgebied.

Op internet kon ik van te voren niet heel veel vinden omtrent het vissen daar. Wel heb ik met behulp van Google Earth de omgeving rondom het hotel bekeken. Aan de zuidzijde van het hotel zag ik op een kilometer afstand een baai aan de binnenzee, omgeven met mangroveoevers.

Omdat het weer toch niet best was in de eerste dagen zijn we erheen gewandeld. Het was even zoeken maar bleek inderdaad een plek aan de binnenzee waar beton gestort was. Waarschijnlijk moest dit een soort “trailerhelling” voorstellen.

De volgende morgen besloot ik het erop te wagen en om 05.00 uur stond ik op het strand, gewapend met de Penn 20-80 gram reishengel en de Penn Atlantis 7000-molen, een doos vol pluggen en 300 meter 20/00 braid op de spoel. Het waaide als een gek en de naweeën van de orkaan gaven een aardige branding.

Toen ik na 5 worpen mijn nieuwe Yo-Zuri-popper met titanium onderlijntje zag afbreken wegens een enorme pruik in de lijn, was de lol er wel af. Ik besloot naar de plek te gaan aan de binnenzee, die de naam Laguna heeft bleek later. Hier was het een stuk aangenamer met de wind en de zon begon door te breken.

Ik begon met een nieuwe popper te smijten, maar dit gaf geen actie, alleen veel groen aan de haken van een soort zeegras wat in het water hangt. Uit veiligheidsoverwegingen besloot ik ook maar niet verder te waden tot waar het beton reikte, geen idee hoe diep het er was. Het water was te donker om te zien wat je voor je had.

Ik verruilde de popper voor een Rapala x-rap in de kleur “moss green”, maar ook dit gaf weer om de 2 slagen wier. Toen ik eenmaal dacht nu de hele baai wel te hebben uitgegraast, besloot ik de plug nog langzamer te gaan vissen. Dit gaf ineens een knal van een aanbeet en de slip begon te gieren, de dril kon beginnen. Hij ging behoorlijk tekeer en het leek me een grote vis gezien al die power. Eenmaal op het droge bleek het een gedrongen, moddervette mutton snapper in schitterende kleuren.

Ik besloot hem maar te bewaren, er was vast wel een arme Cubaan blij te maken met naar het schijnt een zeer smakelijke vis. Het was volledig daglicht geworden en verdere worpen leverden nog 2 kolken achter de plug op vlak voor de kant maar vooral veel zeegras. Plots kwam er een Cubaan aanlopen die ik eerder op die stek had gezien. Hij had wel wat weg van Morgan Freeman, de Amerikaanse acteur. We communiceerden in “steenkolen-spaans” wat wonderwel werkte en ik bood hem mijn vis aan, ik stond tenslotte op zijn stek nietwaar?!

Hij nam deze dankbaar in ontvangst en slingerde 3 handlijnen, beaasd met een door de rug gehaakte sardine, een meter of 30 uit de kant. Andere Cubanen die aankwamen om te vissen stuurde hij naar de baai ernaast. Ik informeerde naar barracuda en hij gaf aan dat die meer naar rechts zaten. Ik waadde een stukje maar zakte tot de enkels weg in de modder, dat was niet echt lekker.

Ik had er een klein poppertje in het zilver aangezet en kreeg na enkele worpen een aanbeet van een kleine barracuda, maar die schoot net op de kant los en sprong in een keer terug het water in. Later op de dag op het strand vertelde de ene na de andere Cubaan dat de visserij drama was vanaf het strand en er nu na de storm wel weer kleine visjes onder de kant zouden komen.

Het water was inderdaad gekalmeerd en ik zat met de verrekijker over zee te staren. Daar zag ik een plons die alleen van een grote vis kon zijn. Het was op zeker geen pelikaan of fregatvogel, die je ook steeds meer zag duiken onder de kust. Ik begreep van het personeel dat de waterfietsen en catamarans vrij te pakken waren voor een half uur. Daarmee zou je dus ver uit de kant kunnen komen en zo gezegd zo gedaan.

De waterfietsbeheerder had nog wel geprobeerd me van het plan af te houden omdat er toch niets zat. Beter kon ik bij hem voor 80 pesos met zijn catamaran en zijn Rapala’s verder uit de kant. Simone en ik namen eigenwijs de waterfiets en lieten ons eenmaal 500 meter uit de kant afdriften op de wind. Na een paar worpen met de witte Owner-plug volgde een gigantisch harde aanbeet en het werd een hele beste dril waarin ik een dreg los voelde schieten.

Na verloop van tijd kreeg ik hem toch boven en Simone filmde het hele schouwspel. Het bleek nu een nog grotere mutton snapper te zijn die wild tekeer ging. Toen ik hem aan de voorslag op de fiets wilde tillen boog de haak uit en werd hij alsnog verspeeld. Eén dreg was haast helemaal rechtgebogen.

Het filmpje bleek achteraf mislukt dus dat was wel jammer. De tijd ging snel en we moesten terug, trollend met de plug achter twee gestaag trappende Hollanders. We misten zo nog een keiharde aanbeet die niet vastzat en vingen er ook nog één, een horsmakreel van zo’n 35 cm.

Dit zagen die “waterfietslui” gebeuren en waren er als de kippen bij om het visje in ontvangst te nemen. “Waterfiets trolling”, wat een belevenis is dat! Hoewel ik eerder bij de diverse keukens had geïnformeerd naar verse garnaal (als aas), kreeg ik steeds nul op het rekest.

Via Luis, een van de plaatselijke security guards, had ik begrepen dat daarvoor gelapt moest worden, in tegenstelling tot voorgaande vakanties in de Caraïben van deze hotelketen. En inderdaad, na de kok 5 CUC te hebben toegeschoven, had ik een mooie klus vers gepelde garnalen.

Ga naar deel 2!

ANDEREN LAZEN OOK