Beide voetjes terug op de Ierse grond! ( deel 7 )

Beide voetjes terug op de Ierse grond! ( deel 7 )

Door: Bart DeBaes

 Als het water warmer is kan dit hier echt super zijn, maar algauw wordt onze twijfel  bevestigd.

We zijn al ver gepeddeld voor de eerste beet komt. Mijn tik-tak dobber heeft er ééntje uitgedaagd voor een attack, maar blijkbaar niet voldoende om door te bijten. De herkansingen met kunstaas leveren even weinig op. Wim ligt dichtbij en ik kan meegenieten van zijn eerst twee koolskampenaartjes, één op elke hengel. We zwemmen de grote kom in waar het overal 2,4 meter diep is.


We starten vandaag met het meer dat het dichts bij onze B&B ligt.


De wind staat stevig op de oever en heel ver knallen is mogelijk. Op zo een heel verre worp komt na de eerste trek een massieve boenk. De tegenstand aan de andere kant belooft een ferme vis.


Deze negentiger is duidelijk wel afgepaaid.


Als we Kurt kruisen horen we dat hij nog maar één beet kreeg en ze gelukkig, voor hem althans, verzilverde. Ik probeer vruchteloos grotere diepten uit met een kleinere maat shad. Daarna zoek ik het afgelegen plateau op van anderhalve meter met een ondieper duikende rammelaar van DLT. Een zeventiger pakt zo hard dat mijn middenvinger aan de molenvoet er pijn van doet.

Wat verder op het plateau doet een vijftiger hem zachtjes na. De rest van de tijd zal vooral peddelen en gooien zijn, mijn acties hier zijn blijkbaar op. Kurt kan net voor we er uit gaan zijn vangst verdriedubbelen, met zijn 3/3 vist hij aan 100%. Wim had er vier op zes.


De wind is aan het afvallen.


Een plas van 92 hectare behoort nu tot de mogelijkheden. Het water is slechts 6°, en veel minder helder dan we gewoon zijn, maar toch net voldoende, hopen we. De eerste misser mag ik na een half uur op mijn conto schrijven. De eerste vis is echter voor Kurt. Hij zal nu echter nog uren moeten wachten tot zijn volgende beet. We vissen met z’n drie naast elkaar, elk op een andere afstand van de oever, en dus ook op een andere diepte.

Ik drijf meest naar het midden toe en krijg opnieuw een misser te verduren.Wat later gaat er één af. Wim plukt er twee ver van elkaar. Na een heel erg verre worp krijg ik een dreun, en sla aan. Direct springt de snoek bijna een meter hoog uit het water. Het is een fantastisch zicht, maar ik ben hem wel kwijt.


We naderen het ondiepste stuk met het eiland in.

Hier komt bij allen nu en dan wat actie. Kurt arriveert in een snoeken-kinder-tuin, en moet met zijn kleinste kunstaas aan de slag. Uiteindelijk zal hij toch maar 4 koolskampenaartjes plukken op achttien woeste aanvalletjes. Wim vult hier de teller aan naar 5 vissen op 6 acties. Op een gegeven moment krijg ik niet ver van het eiland een tik, te weinig om op te slaan.

Bij de herkansing duiden een paar kolken aan dat mijn lepel wordt achtervolgd. De beet komt echter niet. Ik draai voor alle zekerheid toch maar een aantal keren mijn kunstaas voor mijn boor voor ik ophaal, echter zonder gevolg. Het moment dat ik de zilveren brok hef om een nieuwe worp in te zetten, springt een drieste snoek het ijzerwerk achterna. Verdikkeme, waarom pakt hij dan eerder niet!

Onmiddellijk laat ik het kunstaas weer vallen, en trek het gelijk vooruit. Een donkere schaduw komt naar boven en een seconde later verdwijnt de helft van het zilver, en voel ik weerstand. Mijn aanslag is raak, maar na een tweetal seconden kopschudden gaat de vis er af. Ik peddel voorzichtig wat achteruit en doe nog een aantal worpen.

Op de zevende volgt dichtbij een gouden flits, maar mijn hengeltop laat niets gevoelen. De rover is blijkbaar geleerd, en ik besluit in een laatste poging om mijn dood aas over de stek te draaien. Ik leg mijn kunstaashengel dwars over de belly en pak mijn andere stok. Net als ik traag begin binnen te draaien veert het handvat van mijn eerste hengel in rukjes naar boven. In reflex denk ik aan de bodem te hangen en hef. De hengeltop begint echter te dansen op het ritme van een tegenstribbelende snoekje.


Is dit de groenjas van daarnet.

Een stil hangende lepel was blijkbaar verleidelijker dan een fladderend zwemmende, hoe vreemd kan het worden. Terwijl ik mijn makkers verhaal wat er allemaal gebeurt is, let ik niet zo goed op. Ondertussen hapt ook dit snoekje naar, en in mijn vingers, net naast de pleisters van gisteren. Ik kan starten met de tweede laag rood op mijn belly, gelukkig zitten nieuwe pleisters nu wel in mijn jack. De wind valt verder af, en helaas ook de beten.


We genieten nog een tijd na van het mooie zicht van de spiegelgladde plas voor we vertrekken.

 

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Peter dobbert door… naar 2023…
Willem Moorman -
image description
De haken en ogen van een Noorse vistrip (17)
Marc Borst -